bijnieren en hypofyse Flashcards

(24 cards)

1
Q

Welke hormonen worden in de hypofysevoorkwab geproduceerd?

A

Prolactine, Groeihormoon (GH/somatotropine), Adrenocorticotroop hormoon (ACTH), Thyreoïdstimulerend hormoon (TSH), Luteïniserend hormoon (LH), Follikelstimulerend hormoon (FSH)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de functie van prolactine?

A

Stimuleert melkproductie in de borsten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat doet groeihormoon (GH)?

A

Stimuleert groei van weefsels en botten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de functie van ACTH?

A

Stimuleert de bijnierschors tot het produceren van corticosteroïden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat doet TSH?

A

Stimuleert de schildklier om schildklierhormonen te produceren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat doet LH?

A

Stimuleert ovulatie bij vrouwen en testosteronproductie bij mannen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat doet FSH?

A

Stimuleert rijping van eicellen (vrouwen) en spermaproductie (mannen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke hormonen worden opgeslagen in de hypofyseachterkwab?

A

ADH (antidiuretisch hormoon) en oxytocine.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waar worden ADH en oxytocine geproduceerd?

A

In de hypothalamus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de functie van ADH?

A

Reguleert water- en vochtbalans door water terug te houden in de nieren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat doet oxytocine?

A

Stimuleert weeën tijdens de bevalling en de melkafgifte bij borstvoeding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waar liggen de bijnieren?

A

Boven op de nieren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Uit welke twee delen bestaan de bijnieren?

A

Uit de bijnierschors (cortex) en het bijniermerg (medulla).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke drie groepen hormonen maakt de bijnierschors?

A

Mineralocorticoïden (bv. aldosteron), Glucocorticoïden (bv. cortisol), Geslachtshormonen (androgenen en oestrogenen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de functie van aldosteron?

A

Bevordert natriumretentie en kaliumuitscheiding → verhoogt bloeddruk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat doet cortisol?

A

Verhoogt het glucosegehalte in het bloed bij stress, beïnvloedt vet- en eiwitstofwisseling.

17
Q

Wat is de rol van androgenen/oestrogenen uit de bijnieren?

A

Aanvullende productie van geslachtshormonen; hoofdproductie gebeurt in testes/ovaria.

18
Q

Welk hypofysehormoon stimuleert de bijnierschors?

A

ACTH (adrenocorticotroop hormoon).

19
Q

Wat gebeurt er bij stress met ACTH en cortisol?

A

Stress → meer ACTH → meer cortisolproductie.

20
Q

Wat doet cortisol bij te hoge concentraties?

A

Zorgt voor negatieve feedback → remt afgifte van ACTH en CRH (uit hypothalamus).

21
Q

Schildklier welke hormonen

22
Q

functie

A

Stofwisseling, groei en ontwikkeling

23
Q

Hyperthyreoïe

A

Snelle hartslag, kortademigheid, tremors, menstruatie klachten, depressie, dorst, warmte intolerantie

24
Q

Hypothyreoïde

A

trage hartslag, snel koud, oedeem, haarverlies, gewichtstoename