BIO TOET 2MEI Flashcards

(5 cards)

1
Q

Autosomale vererving

A

Dit betreft de overerving van de kenmerken waarvan de genen gelegen zijn op de autosomen
of de lichaamschromosomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Geslachtsgebonden vererving

A

Dit betreft de overerving van de kenmerken waarvan de genen gelegen zijn op de
geslachtschromosomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Vraag: Kan je verklaren waarom er een verschil zal zijn tussen een autosomale vererving en
een geslachtsgebonden vererving?

A

Antwoord: Autosomen zijn voor beide geslachten gelijk, geslachtschromosomen niet. Als een
eigenschap op een X of Y-chromosoom ligt zal het een verschil maken of het jongen of een
meisje is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

monohybride
kruising

A

Als twee ouderdieren in één eigenschap verschillen, noem je dit een monohybride
kruising.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Dihybride kruisingen

A

Dihybride kruisingen zijn kruisingen waarbij de ouderparen in twee verschillende
kenmerken van elkaar verschillen. Er zijn bijgevolg twee verschillende allelenparen bij
betrokken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly