Book Flashcards
(81 cards)
1
Q
a little magic
A
een beetje magie
2
Q
important
A
belangrijk
3
Q
a charming man
A
een charmante man
4
Q
director
A
directeur
5
Q
an export company
A
een exportbedrijf
6
Q
a good sense of humour
A
een goed gevoel voor humor
7
Q
I.T.
A
informatica
8
Q
an intelegent woman
A
een intelligente vrouw
9
Q
intimacy
A
intimiteit
10
Q
life
A
het leven
11
Q
a marketing company
A
een marketingbedrijf
12
Q
a fashion company
A
een modebedrijf
13
Q
music
A
muziek
14
Q
to travel
A
reizen
15
Q
secretary
A
secretaresse
16
Q
a serious relationship
A
een serieuze relatie
17
Q
a spontaneous woman
A
een spontane meid
18
Q
spontaneity
A
spontaniteit
19
Q
between
A
tussen
20
Q
a little romance
A
wat romantiek
21
Q
to look for
A
zoeken
22
Q
to laugh
A
lachen
23
Q
to enjoy
A
genieten
24
Q
to gather / meet
A
vergaderen
25
to think
denken
26
to count
rekenen
27
to look
kijken
28
to succeed
slagen
29
to advise
adviseren
30
to lay down
liggen
31
to hear
horen
32
to give
geven
33
to read
lezen
34
to design
ontwerpen
35
to deserve
verdienen
36
to study
studeren
37
publisher
uitgever
38
to kiss
kussen / zoenen
39
against / to / at / towards
tegen
40
weird / strange
raar
41
job interview
sollicitatiegespreek
42
insurance company
verzekeringsbedrijf
43
that's right
dat klopt
44
experience
ervaring
45
customs
douane
46
business / affairs
zaken
47
registration
inschrijving
48
sure
zeker
49
indeed
inderdaad
50
quite
nogal
51
senior citizens
bejaarden
52
groceries
boodschappen
53
yes, of course
jazeker
54
at the moment
momenteel
55
quite active
nogal actief
56
I expect you are
U bent zeker...
57
make a joke
maakt een grapje
58
mad / crazy
gek
59
together
samen
60
always
altijd
61
nice children
leuke kinderen
62
to wear
dragen
63
splendid / fantastic
schitterend
64
friendly
vriendelijk
65
to have a chat
een praatje maken
66
respond quickly
snel antwoorden
67
to attend the school
op school zitten
68
to get homesick
altijd heimwee krijgen
69
to earn enough money
genoeg geld verdienen
70
to vote
stemmen
71
to follow
volgen
72
to practice
oefenen
73
often
vaak
74
to like / to love
houden van
75
to think of
denken aan
76
to have experience with
ervaring hebben met
77
to look at / to watch
kijken naar
78
to drive in
rijden in
79
neutral
onzijdig (het)
80
feminine
vrouwelijk
81
masculine
mannelijk
