Chapter 5- Renal Clearance Flashcards

(22 cards)

1
Q

Wat zijn functies van de nieren?

A
  • Zorgt voor renale blood flow
  • Minerale, elektrolyten en zuur-base balans
  • Excretie van afvalstoffen
  • Activatie van metabolieten
  • Productie hormonen : EPO,Vit D,Renine
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer spreekt men van renale klaring?

A

Men spreekt van renale klaring als minimaal 25% van de geabsorbeerde dosis onverandert uitgescheiden wordt in de urine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe bereken je de renale klaring?

A

RE= GFR + TS - TR

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waarvoor staat GFR en wat houdt dit in ?

A

De hoeveelheid water die per tijdseenheid gefiltreerd wordt door de glomerulus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoeveel bedraagt de filtratie fractie van de renale bloodflow?

A

125/1100*100% = 11%

22% cardiac output * 5000 ml/min = 1100 ml/min is het volume bloed die per tijdseenheid bij de nieren aankomt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Van welke factoren is geneesmiddel filtratie afhankelijk?

A
  • molecuulgrootte
  • eiwitbinding
  • ionisatie
  • polariteit
  • nierfunctie over het algemeen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Van waar is de stof creatinine afkomstig en hoeveel bedraagt de klaring van deze stof ?

A

Creatinine is een afbraakproduct van creatinefosfaat in de spieren en wordt over het algemeen op een consistente snelheid geproduceerd door het lichaam. De klaring van creatinine bedraagt 130 mL/min

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat houdt het proces tubulaire secretie in?

A

Het transporten van geneesmiddel deeltjes van peritubulair bloed naar het filtraat en dit ook wel tegen het concentratiegradiënt in. Dit proces is actief en verzadigbaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het gevolg van tubulaire secretie op de klaring?

A

De klaring zal groter zijn dan de glomerulaire filtratie constante keer de ongebonden fractie aan eiwitten. Omdat er bij dit proces eenmaal meer stoffen worden toegevoegd die uitgescheiden kunnen worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Op welke wijze wordt PAH geklaard in het lichaam? Is er hier sprake van reabsorptie of secretie?

A

PAH wordt vrij gefiltreerd door het lichaam, helemaal niet geresorbeerd en er vindt totale secretie plaats naar de tubulen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoeveel bedraagt de renale plasma flow van PAH?

A

De renale plasma flow bedraagt 625 mL/min.

Let wel dat er bij PAH alleen secretie plaatsvindt en geen resorptie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Noem enkele fysisch chemische eigenschappen die voorkeur geven aan renale klaring

A
  • Geladen bij fysiologische pH (anionen en kationen)
  • Hydrofiliciteit
  • Grote polaire oppervlakte
  • Groot aantal vrij roteerbare bindingen
  • Groot aantal Htjes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de rol van transporters bij de renale klaring en noem de twee major pathways

A

Transporters zorgen voor de in- en uitgang van stoffen naar de cel. De twee major pathways zijn het organisch anion systeem en het organisch cation systeem waarbij er verschillende transporters zoals solute farriers en ATP binding cassete transporters worden onderscheiden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe draagt het organisch anionsysteem bij aan geneesmiddel therapie?

A

Via de antiporter die geremd kan worden door bv NSAID’s

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe vindt actieve tubulaire reabsorptie plaats ?

A

Vereist energie en kan ook tegen concentratiegradienten in plaats vinden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

En hoe zit het met passieve resorptie?

A

Vindt via diffusie plaats dus alleen met het concentratiegradient mee en dat is van hoge maar lage concentratie.

17
Q

Wat zijn kenmerken van de passieve tubulaire resorptie?

A
  • vindt plaats in de distale tubules
  • niet verzadigbaar : de klaring is constant en het proces vindt plaats door middel van diffusie
  • lipofiliteit van een geneesmiddel
  • pH van urine en de pKa van het geneesmiddel
  • Diureses (Concentratie gradient)
18
Q

Is er sprake van reabsorptie dan geldt welke regel?

A

Dat de renale klaring kleiner is dan de glomerulaire filtratie constante keer de ongebonden fractie

19
Q

Hoe worden de plasmaconcentraties van uraat constant gehouden?

A

Door balans tussen de generatie en excretie tussen gespecialiseerde transporters die zich bevinden in de proximale tubulus cellen.

20
Q

Waarvoor zorgt uraat

A

Uraat zorgt ervoor dat eventueel schadelijke radicalen uit ons lichaam worden verwijdert

21
Q

Hoe wordt uric acid uitgescheiden?

A

Als het laatste afbraakproduct van ongewenste purine nucleotides in het lichaam

22
Q

Van welke orde kinetiek is er sprake wanneer verzadiging optreedt?

A

0e orde kinetiek