Chapters 3, 4 & 5 Flashcards
(175 cards)
1
Q
aangeboren
A
congénito
2
Q
bescheiden
A
modest
3
Q
dun
A
thin
4
Q
eigenschap, de
A
characteristic
5
Q
eigenzinnig
A
quirky
6
Q
geestig
A
funny
7
Q
kwetsbaar
A
vulnerable
8
Q
noemen
A
nomear
9
Q
oordeel, het
A
judgment
10
Q
vertrouwen
A
to trust
11
Q
voorstelling, de
A
performance
12
Q
hoewel
A
in spite of
13
Q
ontslag, het
A
despedimento
14
Q
beleefd
A
polite
15
Q
grap, de
A
joke
16
Q
helemaal
A
completamente
17
Q
machteloos
A
powerless
18
Q
uitwisselen
A
to exchange
19
Q
voornamelijk
A
especially
20
Q
aankomst, de
A
arrival
21
Q
gaaf
A
cool/amazing
22
Q
gillen
A
to scream
23
Q
indruk, de
A
impression
24
Q
inzien
A
view/look in
25
nuchter
sóbrio
26
omhoog
go up
27
ontwikkelen, zich
to develop
28
ontzettend
terribly
29
opgewekt
happy
30
overtuigen
to convince
31
schrikken
to be shocked
32
slinger
garland
33
stellen
imagine/set/conclude
34
traan, de
tear
35
tweeling, de
twins
36
verdrietig
sad
37
vriendschappelik
friendly (ex:game)
38
wang, de
cheek
39
zakken
pockets
40
zoen, de
kiss
41
zweten
to sweat
42
verstoren
to disturb
43
afvallen
lose weight
44
beleggen
invest/add
45
bereiden
to make (meals)
46
gewoonte, de
habits
47
hakken
to chop
48
kleed, het
toalha de mesa/tapete
49
leggen
to lay down
50
oorspronkelijk
original (first)
51
opvallen
to notice
52
vaatje
saleiro/barril
53
vangen
to catch
54
versieren
to decorate
55
dadelijk
soon
56
fruiten
refogar
57
gaar
cozinhado ao ponto
58
lepel
spoon
59
loskloppen
mexer (ovos)
60
mengen
mix
61
mie, de
noodles
62
onvergelijkbaar
incomparable
63
oosters
oriental
64
roerbakken
saltear
65
roeren
to stir
66
rondom
around
67
scheppen
to schovel/scoop
68
schillen
to peel
69
snipperen
to cut finelly
70
stoven
guisar
71
toevoegen
to add
72
verhitten
to heat up
73
verkruimelen
esmigalhar
74
voorverwarmen
pre-heat
75
vuur, het
fire
76
zomaar
just
77
beleid, het
management
78
bezit, het
possession
79
drank, de
alcoholic drink
80
gedogen
tolerated
81
genotmiddel, het
stimulant
82
lichamelijk
phisical
83
slap
limp/flácido
84
sloom
slow (bad way)
85
tijdlijk
temporariamente
86
verbieden
To forbid
87
daarnaast
next to that/in addition to
88
darm, de
intestine
89
flauwvallen
to faint
90
hersenen, de
brain
91
hoeveelheid, de
amount
92
opslaan
to save
93
overgewicht, het
overweight
94
uitvallen
stop working
95
uitzondering, de
exception
96
verbergen
to hide
97
verlies, het
the loss
98
vermijden
to avoid
99
vervanger, de
replacement
100
verwerken
to process
101
vezel, de
fibre
102
vocht, het
liquid/fluid
103
nutrition
voeding, de
104
aantonen
show/demonstrate
105
doorkomen
come through
106
gebrek, het
shortage
107
oververmoeid
super tired
108
verklaring, de
explanation
109
eiwitten, de
Proteins
110
Koolhydraten, de
Carbohydrates
111
Vetten, de
Fats
112
bestemming, de
destination
113
juist
correct
114
opbergen
to store
115
optellen
to add (somar)
116
passagier, de
passanger
117
regio, de
region
118
vlucht, de
flight/the flee
119
(aan)kleden
to dress
120
kou, de
the cold
121
nat
wet
122
schaatsen
to skate on ice
123
wel eens
ever
124
aanleggen
construct/install
125
beurt, de
turn
126
brommer, de
motociclo
127
fietsenmaker, de
bike mechanic
128
ketting, de
chain (bike)
129
keuren
to check
130
kracht, de
the force/strength
131
maken (repareren)
to repair
132
onderdeel, het
maintenance
133
overigens
by the way
134
pech, de
bad luck/mechanical or technical issue
135
prettig
pleasant
136
sowieso
in any case/no matter what
137
tegenkomen
to encounter
138
ter plekke
on the spot
139
uniek
unique
140
voertuig, het
vehicle
141
wegenwacht, de
road assistance
142
afstand, de
distance
143
beloven
to promise
144
bil, de
nádega
145
blik, de
the look (eyes)
146
ellende, de
the misery
147
even
just
148
gezeur, het
choramingo
149
herstellen
reparar/recuperar
150
liften
pedir boleia
151
teruggaan
go back
152
vervuiling, de
the contamination
153
vreemd
wierd/strange
154
bezorgd
worried
155
bom, de
bomb
156
brand, de
incêncio
157
brengen
to bring
158
hoek, de
esquina
159
klap, de
slap
160
landen
to land
161
leeg
empty
162
omroepen
to announce
163
ongerust
to be worried
164
onmiddellijk
imediatamente
165
plotseling
suddenly
166
rook, de
smoke
167
stil
silent/still
168
takelwagen, de
reboque
169
tegenligger, de
oncoming traffic
170
triest
sad
171
trillen
shaking
172
uitgang, de
exit
173
verlaten
to leave
174
vliegen
to fly
175
wijzen
to point
