civiele rechtspleging Flashcards
jurisprudentie (37 cards)
Dimopoulos/Erven van Mierlo
Feiten: rechter was eigenhandig op zoek gegaan naar iets wat lijkt op een igb.
Regel: De rechter mag in de procedure niet de grondslagen van vorderingen, danwel het verweer aanvullen = verbod op aanvulling van de feitelijke grondslag (24 rv).
Kublik/Brandenberg
Stukken/publicaties ter functie van bewijs mogen in Engels, Duits en Frans. Andere talen moeten worden vertaald.
Nieuw Vredenburg/NHL
Feiten: garantieclausule van verzekeraar over verbod asbak/peuk in vuilnisbak gooien. Ontstaat brand. 2 deskundigen, beide verklaren anders. Rechter zelf deskundige benoemd. Volgt die niet.
Regel: je mag afwijken van een door jouw benoemde deskundige, maar de moet dit wel goed motiveren.
NNEk/Van Mourik
Feiten: Mourik klaagt erover dat NNEK hem niet voldoende zou hebben voorgelicht over de belegging.
Regel: Als de partij op wie de verzwaarde stelplicht rust hieraan niet voldoet, kan derechter een sanctie opleggen die hij passend vindt. In de regel zal voor de hand liggen dat derechter de bewijslast niet omkeert, maar de stellingen van de partij op wie de bewijslast rusthetzij, als onvoldoende betwist, als vaststaand aanneemt, hetzij deze stelling voorshandsbewezen acht behoudens tegenbewijs door de partij op wie de verzwaarde stelplicht rust.
Finaal Adviesgroep/Allerzorg
Met zijn uitspraak van 8 juli 2022 bevestigt de Hoge Raad dat van een partij niet kan worden gevergd dat zij een stelling onderbouwt voor zover voor die onderbouwing benodigde gegevens zich bevinden in het domein van de wederpartij en zij daar geen toegang tot heeft. Dit is volgens de Hoge Raad in ieder geval aan de orde wanneer het gaat om fiscale gegevens zoals subsidies. In dergelijke gevallen geldt een beperkte(re) stelplicht en rust op de wederpartij een verzwaarde motiveringsplicht.
Diefstal Bitcoins
Feiten: ging hier om een diefstal van bitcoins. Mogelijke dader werd gedwongen om een verklaring af te leggen en een document te ondertekenen waaruit bleek dat hij het gedaan had. Nu was de vraag: Is dit een akte en dient het als dwingend bewijs?
Regel: de akte kan gesplitst worden. Het gedeelte van de geldsom valt onder art. 158 lid 2 rv, het andere gedeelte komt overeenkomstig artikel 157 lid 2 dwingende bewijskracht toe.
De Zeeuwse notaris
feiten: Kandidaat notaris adviseert eigen vrouw om de gemeenschap op te heffen door huwelijkse voorwaarden. Jaren later scheiden de twee en komt mevrouw erachter dat ze hierdoor in een slechtere financiële positie is gekomen. Zij beroept zich op dwaling, omdat hij haar niet zou hebben voorgelicht over de concrete consequenties. Waar ligt bewijslast?
regel: HR draait de bewijslast om o.g.v. de redelijkheid en billijkheid. Dit is echt een uitzondering en niet toepasbaar op andere casussen zomaar.
Ontzenuwen tegenbewijs
feiten: moeder vordert schadevergoeding namens dochter voor jarenlang misbruik. Vader betwist onder benoeming van een strafrechtelijk vonnis van vrijspraak. Moet rechter hiernaar luisteren?
regel: Vader heeft tegenbewijs geleverd, maar dat tegenbewijs wordt door de rechter onvoldoende geacht. Hoeft dus niet te luisteren naar een strafrechtelijk vonnis. Hier dus onvoldoende ontzenuwt.
Gynaecoloog
feiten: vordering tot aansprakelijkheid van een gynaecoloog voor hersenletsel van dochter door medische fout. Bewijslast?
regel: Voor toepassing van de omkeringsregel voor het bewijs van causaal verband is vereist (i) schending van een norm die strekt ter voorkoming van een specifiek gevaar en (ii) verwezenlijking van dat gevaar. Niet is vereist dat de kans op verwezenlijking van het specifieke gevaar door de normschending aanmerkelijk is vergroot. Dus: het vereiste van een aanmerkelijke kansvergroting is geen geldend recht meer.
Zandvliet/Vlielander
Omkering op grond van een bijzondere ongeschreven regel bij volmacht. Het is hierbij aan de pseudovertegenwoordiger om te stellen en te bewijzen dat dit niet het geval is. Dat is een zuivere bewijslastomkering.
Far trading/Edco
Omkering op grond van een bijzondere ongeschreven regel.
feiten: Edco beroept zich op non-conformiteit van de petten. Far trading bevrijdend verweer en stelt dat klachtplicht is geschonden. Wie moet bewijzen? Hoofdregel zou zijn dat bij een bevrijdend verweer, dat Far trading dan moet bewijzen, maar dat is hier een beetje onhandig. Dit ligt meer in het domein van Edco dat hij aantoont geklaagd te hebben. = omkering bewijslast bij klachtplicht.
Vader/zoon
Omkering bewijslast o.g.v. eisen van redelijkheid en billijkheid.
feiten: vader procedeert tegen zijn jongste zoon. Deze jongste zoon zorgde voor zoon (zowel medisch als financieel). Vader erft meer van een miljoen euro en schenkt dit aan zijn jongste zoon. Oudste zoon spoort hem aan het geld terug te krijgen. Op basis van een ovk van schenking zou de bewijslast dan omgedraaid worden. Hoe zit dat hier?
Regel: deze bewijslast kan weer worden omgedraaid op basis van r&b, maar dit moet wel voldoende worden gemotiveerd. Dat was in casu niet gedaan.
Lening of niet
Regel: Vanuit het uitgangspunt dat de vrouw het bedrag van 435.000 aanvankelijk aan de man had geleend, levert het betoog van de man dat de lening later is gewijzigd in een investering een bevrijdend verweer op, ten aanzien waarvan de man de stelplicht en bewijslast draagt.
S/F
Wat we nu wel weten is dat het inderdaad zo is dat een authentieke akte dwin-gend bewijs kent, maar voor zover je dat als derde, als iemand die niet betrokken is bij de akte wil gebruiken als dwingen bewijs en gaat het niet over de inhoud en gaat het alleen over dat er een akte is, dat mensen op die datum bij de notaris waren. Verder komt aan de akte dan slechts vrije bewijs, je kan het dus wel gebruiken als bewijs maar het is minder waard.
Fijen/Stienen
Bij getuigengehoor in hoger beroep is het niet verplicht dat je opschrijft wat die getuigen gaan verklaren, maar dus wel in hoeverre het zin heeft om dezelfde getuigen nog een keer te gaan horen.
Meerwerkoverzicht
Een stellige ontkenning mag niet snel gepasseerd worden, dat als je stellig wilt ontkennen dat een handtekening niet juist is je ook dat moet zeggen dat als je daarbij nog allemaal extra stellingen opneemt dat het niet maakt dat de stellige ontkenning aan de kant geschoven mag worden. En dat van degene die stellig ontkent dat de handtekening niet echt is niet verwacht mag worden dat hij dat onderbouwd, omdat het aan degene is die zich beroept op het stuk met de vermeende valse handtekening om te bewijzen dat de handtekening echt is. zie 159 lid 2 rv.
Egelinck
als je een handtekeningkwestie heb ben je heel snel, dan ga je stellig ontkennen en als daar geen tegenbewijs voor geleverd wordt dan betekent het dat het hele stuk geen enkele bewijskracht heeft. Als het gaat om een valsheidkwestie dan is het degene die stelt dat de inhoud vals is degene die moet bewijzen. Daarvoor moeten fatsoenlijke bewijsmiddelen worden aan- geleverd, maar daar heeft de rechter dus ook nog wel een zekere ruimte zelf om te oordelen dat het aannemelijk is dat het stuk vals is. Waarom is dat bijzonder? Omdat dwingend bewijs in beginsel met zich meebrengt dat de rechter als er geen tegenbewijs wordt geleverd het voor waar moet aannemen. Maar met zo’n valsheidkwestie is er dus wel iets meer ruimte voor de rechter om daar een eigen oordeel over te vellen.
Lippens/Kortekaas
Ging om getuigenverhoor van een buitenlandse getuige.
regel: de EU-Bewvo heeft een facultatief karakter. Een rechter is niet verplicht deze toe te passen bij grensoverschrijdende bewijsverkrijging. Het staat de rechter derhalve vrij hetzij de weg van de EU-BewVo, hetzij zijn eigen nationale recht te volgen. In het geval dat de bewijsverkrijging invloed kan hebben op het openbaar gezag van een land, is de rechter verplicht om de EU-BewVo toe te passen. Dit is bijv het geval indien de aangewezen deskundige onderzoek moet verrichten op plaatsen die verband houden met de uitoefening van openbaar gezag, of op plaatsen die volgens het recht van de lidstaat van de uitvoering van het onderzoek niet of slechts door bevoegd personen mogen worden betreden of waar deze personen handelingen mogen verrichten.
Lidl/Achmea
Wederpartij heeft recht op contra-enquete, maar ook het voorlopig getuigenverhoor in dienst staat van waarheidsvinding. Gezien dit belang komt een partij in het algemeen de bevoegdheid toe heropening van het verhoor te verzoeken, zij het dat deze bevoegdheid kan worden geweigerd op grond van de goede procesorde.
Maasstad Ziekenhuis
Bij een verzoek tot een voorlopig deskundigenbericht moet goed worden gekeken naar de vragen die de deskundige dient te beantwoorden in verhouding tot de vordering en de daaraan ten grondslag liggende verwijten. Het arrest van 30 maart 2018 bevestigt dat de rechter weinig vrijheid heeft om een verzoek tot een voorlopig deskundigenbericht af te wijzen. Een partij wiens verzoek wordt afgewezen, doet er dan ook goed aan te verifiëren of dit op deugdelijke gronden is gedaan.Feiten: Cle wil een verklaring voor recht dat de arts haar onvoldoende had voorgelegd over de medische risico’s. Vaststond was dat er iig geen medische fouten waren.
regel: het verzoekschrift voor bewijslevering dient voldoende concreet en ter zake dienend te zijn en feiten te bevatten die zich lenen voor bewijslevering. Mag niet te snel worden afgewezen. Alleen die in de wet staan.
SNS Reaal
Verschoningsrecht bij professionals. Cliënten hebben geen verschoningsrecht, ook niet voor zover zij de vertrouwelijke gegevens onder zich hebben.
Semtex
Het gaat verder, de rechter moet meer overtuigd zijn dan wanneer het gaat om het vragen van verlof of het leggen van beslag, maar het hoeft niet zo ver te gaan als de rechter in kort geding voor wie het aannemelijk moet zijn dat de vordering toewijsbaar is. Dat zit er ergens tussenin. Eiser moet aannemelijk maken dat er een rechtsbetrekking is. Niet te hoge drempel.
Belba
Grote hoeveelheid gegevens op zich geen reden om inzage te weigeren: belangenafweging
IMS/Modsaf-IR (II)
het is in beginsel aan de beoordeling van het scheidsgerecht overgelaten of en in welke mate het partijen zal toestaan bewijs van hun stellingen te leveren. Het scheidsgerecht is daarbij niet gebonden aan de regels van het bpr. De vrijheid van het scheidsgerecht om een bewijsaanbod te passeren vindt slechts daar zijn grens waar dit in strijd zou komen met de eisen van een goede procesorde of met andere fundamentele beginselen van het procesrecht.