College 1 Flashcards
(23 cards)
Sociale psychologie
De wetenschappelijk studie naar de manier waarop de gedachten, gevoelens en het gedrag van mensen wordt beïnvloed door de aanwezigheid van anderen.
expliciete aanwezigheid
mensen worden beïnvloed door andere mensen
impliciete aanwezigheid
ingebeelde aanwezigheid
Sociale invloed
het effect dat de woorden, daden of alleen al de aanwezigheid van andere mensen hebben op onze gedachten, gevoelens, houdingen of gedrag
Construeren
de manier waarop de mensen de sociale wereld waarnemen, begrijpen en interpreteren
Evolutionair perspectief
sociaal gedrag wordt verklaard door te kijken hoe genetische factoren over de eeuwen heen zijn aangepast om de overlevingskansen- en voortplantingskansen te vergroten
Guppy experiment
De guppy’s hebben zich aangepast aan de omgeving na 1,5 jaar.
Socio-cultureel perspectief
Sociaal gedraag wordt verklaard door te kijken naar de invloed van grotere sociale groepen.
Cross-cultureel onderzoek
Onderzoek dat wordt uitgevoerd met verschillende culturen om te zien of bepaalde variabelen, gedragingen of factoren aanwezig zijn in beide culturen of dat het specifiek is voor de cultuur waar de persoon is opgegroeid.
Sociaal-leren perspectief
Sociaal gedrag wordt verklaard door te kijken hoe leerervaringen in het verleden toekomstige gedrag voorspellen. Mensen zijn geneigd om gedrag te imiteren van rolmiddelen, maar ook religie kan je sturen.
Elementen B = f ( P X E)
Behavior = persoon x situatie/omgeving
Hoe kan een situatie een persoon bepalen?
De omgeving waarin je woont of opgroeit kan al bepalend zijn, maar ook de aanwezigheid van anderen (met anderen erbij was je wel je handen –> moreler gedragen) en nomen
Milgram experiment
gedrag ontlokken door ze in extreme situaties te brengen
Gestalt psychologie
bestudeert de subjectieve manier waarop een object in de geest van de mensen verschijnt. (blauw-goede jurk of witte jurk)
Gestalt psychologie
bestudeert de subjectieve manier waarop een object in de geest van de mensen verschijnt. (blauw-goede jurk of witte jurk)
Naief realisme
Je denkt dat je de waarheid in pacht hebt. Interpretaties kunnen heel erg afhangen van persoon tot persoon. We zijn niet objectief in de manier waarop wij ervaringen beleven.
Zelf-verbeteringsmotief
Mensen willen een goed gevoel hebben over zichzelf. We willen ons zelfvertrouwen beschermen.
Accuraatheidsmotief
Mensen willen een correct beeld hebben hebben over zichzelf. Bij het rechte eind hebben
Beter dan gemiddeld effect
Is een illusie omdat niet iedereen zich beter dan gemiddeld kan vinden, maar hierdoor beschermen we ons zelfbeeld
Onrealistisch optimisme
we onderschatten de kans op ernstig ziek worden en overschatten de kans dat ons iets heel goeds gebeurd (loterij)
Depressief realisme
Mensen die realistisch zijn en geen beter dan gemiddeld effect of onrealistisch optimisme hebben –> grotere kans om depressief te raken
Vals consensus effect
De slechte eigenschappen die je hebt denk je dat iedereen die heeft en die generaliseer je, waardoor je het minder erg maakt voor jezelf. (iedereen komt weleens te laat)
Vals uniciteitseffect
De goede eigenschappen die je hebt zie je als iets heel unieks. (marathon lopen)