College 4 - intelligentie Flashcards

(79 cards)

1
Q

Wie ontwikkelden de eerste veelgebruikte intelligentie test?

A

Binet en Simon, de simon-binet test, veel intelligentietesten zijn hiervan afgeleid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat was een van de kernpunten van Binet?

A

dat intelligentie uit meerder hoge -niveau vaardigheden bestaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe dragen leerkrachten bij aan intelligentie?

A

Goede leerkrachten kunnen intelligentie vergroten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoeft verbaal sterk zijn te betekenen dat je intelligent bent?

A

nee, vaak compenseert verbaal sterk zijn voor andere vlakken, zoals lagere intelligentie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat toont het goed kunnen leggen van verbanden?

A

Dat iemand intelligent is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is intelligentie volgens bijna alle deskundigen?

A
  • abstract redeneren
  • probleem oplossen
  • vermogen om kennis te verwerven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat denkt ruim de helft van de deskundigen dat intelligentie is?

A
  • geheugen
  • aanpassen aan omgeving
  • mentale snelheid
  • taalvaardigheid
  • rekenvaardigheid
  • creativiteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat denkt kwart van de deskundigen waar intelligentie over gaat?

A
  • sensorische scherpte
  • doelgerichtheid
  • prestatiemotivatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het effect van het niet uitdagen van slimme kinderen?

A

de kinderen scoren steeds lager op intelligentietesten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe ontwikkeld het IQ zich?

A

Het IQ wordt steeds hoger

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarom is het aantrekkelijk om meerdere subvaardigheden te zien, maar waarom kan dit niet?

A

meerdere subvaardigheden zijn aantrekkelijk, iedereen kan dan ergens goed in zijn. Er moeten dan wel mogelijkheden voor zijn. vaak is cultureel bepaald wat belangrijke vaardigheden zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is het nadeel van toetsen?

A

ze zorgen ervoor dat mensen gaan leren voor de toets. Er wordt alleen geleerd wat er op het tentamen komt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar ligt de basis van IQ testen?

A

De minister van onderwijs in Frankrijk wilde weten wat hoe je het instapniveau van nieuwe kinderen op de basisschool kon meten. Deze toets moest onafhankelijk zijn van sociale achtergrond. De test moest gebruikt worden om te bepalen waar het kind extra ondersteuning nodig had. Minister kwam bij Binet, hij hield zich al langere tijd bezig met intelligentie. Het waren heel eenvoudige taakjes als een zin herhalen.

Er moesten hogere cognitieve processen gemeten worden om intelligentie te kunnen meten. Er werd dus een verzameling gemaakt van hogere orde vaardigheden. Samen met Simon maakte Binet de Simon-Binet test

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat was een belangrijke vraag bij de Simon-Binet test?

A

In hoeverre het voorspelbaar is hoe kinderen hun schoolcarrière doorlopen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is mentale leeftijd?

A

de leeftijd waarop een kind kan redeneren. Als het kind kan redeneren op een hogere leeftijd dan dat hij daadwerkelijk is, heb je een hoog IQ

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe bereken je IQ?

A

mentale leeftijd/kalender leeftijd × 100%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is chronologische leeftijd?

A

Hoe oud een kind daadwerkelijk is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is het gemiddelde IQ?

A

100

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

IQ is normaal verdeeld, wat betekent dit?

A

100 is het gemiddelde, dus 50% van de populatie scoort onder de 100, de helft scoort boven de 100.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Vanaf welke leeftijd wordt het lastiger om IQ te meten?

A

70

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wanneer ben je meer begaafd op base van IQ score?

A

als je tussen de 115 en 130 scoort op een IQ test

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wanneer ben je zeer intelligent? op basis van IQ

A

als je boven de 130 scoort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat is het verschil tussen IQ bij mannen en vrouwen?

A

Vrouwen hebben minder diversiteit tussen scores, ze scoren vaak ongeveer in het midden. Beide extreme kanten (heel dom en juist heel slim) komen meer voor bij mannen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Bij wie komen gedragsstoornissen vaker voor? Man of vrouw?

A

mannen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Wat is het centrale thema van de bell curve?
Het centrale thema van het boek is dat intelligentie een betere voorspeller is van allerlei maatschappelijke variabelen, zoals inkomen, werkprestatie, ongehuwde zwangerschap en misdaad, dan de sociaal economische status of het opleidingsniveau van de ouders. In het boek wordt verder betoogd dat de scheiding tussen de groep mensen met een hoge intelligentie (de cognitieve elite) en de grote meerderheid van mensen met een gemiddelde of beneden gemiddelde intelligentie zich steeds scherper aftekent en dat dit een bedenkelijke maatschappelijke ontwikkeling is
26
voor wie is de wais test geschikt?
voor volwassenen
27
voor wie is de wisc test geschikt?
tussen de 6 en 17 jaar
28
Voor wie is wppsi test geschikt?
voor heel jonge kinderen
29
Wat zijn verbale subtesten?
vragen waarbij het gaat om overeenkomsten, rekenen, woordkennis en cijferreeksen
30
Wat zijn performale subteksten?
plaatjes ordenen, blokpatronen, figuren leggen, doolhoven en substitutie
31
Wat meet de WISC-V test?
verbaal en performaal IQ en een geheel IQ
32
Waarbij sluit de WISC-V test aan?
Bij cattel's intelligentie theorie
33
Wat zijn de 5 primaire indexen van de WISC?
VBI - verbaal begrip index VRI - visueel ruimtelijke index FRI - fluïde redeneren index WGI - werkgeheugen index VsI - verwerkingssnelheid index
34
Voor wie is de NIO test geschikt?
Voor klassen. Het gaat snel. Is een test voor het onderwijsniveau, dus niet perse voor intelligentie
35
Voor wie is de RAKIT test geschikt?
voor jonge kinderen
36
Voor wie is de SON test geschikt?
voor dove kinderen en kinderen die geen nederlands spreken, hiermee word gemeten of kinderen slim genoeg zijn voor regulier onderwijs
37
Voor wie is de RAVEN test geschikt?
heel breed inzetbaar, van 4 tot 70. Heef IQ range van 40 tot 180, veel verschillen onderscheiden
38
Meten alle testen hetzelfde?
als de scores ongeveer gemiddeld zijn wel, als er uitzonderingen plaatsvinden zit er meer variatie in.
39
Wat is de aantrekkingskracht van IQ scores?
- IQ is de sterkste voorspeller voor schoolsucces, economisch en beroepssucces en dus maatschappelijk succes, IQ is krachtig - Het IQ van het kind hangt meer samen met het latere beroepssucces dan zijn/haar SES, bezochte school of elke andere variabele - andere factoren ook van belang, bijvoorbeeld motivatie. creativiteit, gezondheid, sociale vaardigheden, etc.
40
Wat meet je met een IQ test?
intellectuele capaciteiten
41
Wat is de validiteit van een test?
of een test meet wat deze zou moeten meten (oude telefoon die kinderen nooit eerder hebben gezien is nu niet meer geschikt bij intelligentie test)
42
Wat is de betrouwbaarheid van een test?
als de test op 2 verschillende manieren moeten wordt afgenomen, moet de uitslag ongeveer hetzelfde zijn
43
Wat zegt een IQ test?
- het is een momentopname, het is daarom slim om een iq test een jaar later nog eens te herhalen - een hogere score hoeft niet beter te zijn. IQ staat niet altijd garant voor succes in het leven
44
Waarin zitten individuele verschillen in IQ?
nature en nurture debat zwangerschap en geboorte familie school en leeftijdsgenoten gemeenschap etniciteit en sociale klasse
45
Wat is de correlatie tussen geadopteerde kinderen en hun adoptie ouders in IQ?
20%
46
Waaruit blijkt dat genen erg belangrijk zijn bij de bepaling van IQ?
Naarmate het aantal gedeelde genen toeneemt, neemt ook de hoeveelheid overeenkomst tussen IQ toe. Bij identieke tweelingen die afzonderlijk zijn opgegroeid is de correlatie 70%. Als ze samen zijn opgegroeid is het verband 90%. Omgeving heeft dus grote invloed, maar genetische informatie ook.
47
Wat is passieve genetische invloed op intelligentie?
kinderen die opgroeien in dezelfde omgeving als ouders krijgen zowel genen als omgeving van ouders mee. Als ouders van boeken houden zijn er veel boeken in huis en lees je meer
48
Wat is evocatief genetische invloed op intelligentie?
genen lokken reactie van omgeving uit. Kind dat geïnteresseerd is in lezen zal eerder vragen om het lezen van een boek
49
Wat actief genetische invloed op intelligentie?
genen sturen het selecteren van bepaalde omgevingen. Interesse in boeken zorgt voor mensen om je heen die ook van boeken houden
50
Wat is het verband tussen IQ scores van kinderen en hun etniciteit?
de gemiddelde IQ scores tussen kinderen van verschillende etnische groepen verschillen.
51
Wat is het flynn effect?
Het flynneffect is de stijging in de loop van de jaren van de gemiddelde score op intelligentietesten van een gegeven populatie. James Flynn, een Nieuw-Zeelands moraal-filosoof, was de eerste die naar het fenomeen onderzoek deed.[1] Het effect werd later herhaaldelijk geconstateerd door onderzoekers in de Verenigde Staten en Azië, en ook in België en Nederland.
52
Wat is g, general intelligence?
cognitieve processen die de mogelijkheid om te denken en te leren binnen alle intellectuele taken beïnvloeden
53
Wat is gecrystaliseerde intelligentie?
feitelijke kennis over de wereld
53
Wat is fluïde intelligentie?
de mogelijkheid om on the spot oplossingen op nieuwe problemen te bedenken
54
Wat zijn primary mental abilities?
zeven abilities die door Thurstone worden gezien als cruciaal bij de intelligentie
55
Wat is de three-stratum theory van Carrol?
Carrols model dat G aan de top van de intelligentie hierarchie zet, met 8 algemene abilities in het midden, en veel specifieke processen onderaan
56
Wat zijn de 8 abilities (midden hierarchie) van carrols theorie?
fluid intelligence, crystallized intelligence, general memory and learning, broad visual perception, broad auditory perception, broad retrievel ability, broad cognitive speediness, processing speed
57
Wat is de welscher intelligence scale for children WISC?
een veelgebruikte test om de intelligentie van kinderen vanaf 6 jaar te meten
58
Wat is IQ?
een kwantitatieve manier om de intelligentie van een kind te meten ten opzichte van andere kinderen van dezelfde leeftijd
59
Wat is self-discipline?
ability tot inhibit actions, follow rules, and avoid impulsive reactions
60
Wat is het Carolina Abecedarian Project?
diepgaand en succesvol verrijkingsprogramma voor kinderen uit gezinnen met lage inkomens
61
Wat is gardners multiple intelligence theory?
een theorie die denkt dat mensen ten minste 8 verschillende soorten intelligentie hebben.
62
Wat zijn de 8 soorten intelligentie volgens gardner?
- linguistic intelligence - logical-mathematical intelligence - spatial intelligence - musical intelligence - naturalistic intelligence - bodily-kinesthetic intelligence - intrapersonal intelligence - interpersonal intelligence
63
Wat is sternbergs theory of succesful intelligence?
intelligentie is de mogelijkheid om succes te bereiken in het leven. given one's personal standards, within ones sociocultural context. Succes in het leven reflecteerd de mogelijkheid van mensen om te bouwen op hun sterke punten, te compenseren voor hun zwaktes, en het selecteren van omgevingen waarin ze succes kunnen hebben
64
wat is phonemic awareness?
de vaardigheid om klanken binnen woorden te onderscheiden
65
wat zijn phonological recoding skills?
het vermogen om letters in klanken te vertalen, en om klanken in woorden te laten overlopen.
66
Wat gebeurt er in de eerste fase van de leesontwikkeling (Chall, 1979)
dit is stage 0. Kinderen leren het alfabet en phonemic awareness
67
Wat gebeurt er in de tweede fase van de leesontwikkeling (Chall, 1979)?
kinderen leren phonemic recoding skills, ze kunnen letters in klanken en klanken in woorden omzetten
68
Wat gebeurt er in de derde fase van de leesontwikkeling (Chall, 1979)?
kinderen worden vloeiend in het lezen van simpel materiaal
69
Wat gebeurt er in de vierde fase van de leesontwikkeling (Chall, 1979)?
kinderen kunnen vrij complexe nieuwe informatie uit teksten halen
70
Wat gebeurt er in de vijfde fase van de leesontwikkeling (Chall, 1979)?
volwassenen leren om niet alleen informatie vanuit een enkel perspectief te begrijpen, maar ook in het coördineren van meerdere perspectieven
71
Wat is visually based retrieval?
de betekenis van een woord direct afleiden van de visuele vorm
72
wat is een strategy-choice process?
procedure waarbij je tussen meerdere alternatieven de beste optie zoekt om een probleem op te lossen
73
Wat is simple view of reading?
het pespectief dat begrip volledig berust op de decoding skill en begrip van orale taal
74
Wat is een situation model?
cognitieve processen die gebruikt worden om een situatie of reeks van gebeurtenissen te representeren
75
Wat is comprehension monitoring?
het proces waarbij iemands begrip van verbale beschrijving of tekst bijgehouden wordt
76
Wat zijn numeral magnitude representations?
mentale modellen van de grootte van nummers, geordend langs een van klein naar groot dimensie
77
Wat is mathematical equality?
de waardes aan beide zijden van het = teken gelijk moeten zijn
78
Wat zijn gesture-speech mismatches?
wanneer hand bewegingen en verbale statements verschillende dingen zeggen