ComputerSystems Flashcards

(42 cards)

1
Q

Computer

A

multifunctioneel programeerbaar digitaal elektronisch toestel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Embedded System

A

(vaak kleinere) computer die deel uitmaakt van een toestel en waarvan de functionaliteit verbonden is met die van het toestel waarin hij ingebouwd is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Elektronica

A

Technologie die gebruik maakt van elektrische signalen om informatie en/of energie te verwerken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Digitaal

A

Maakt gebruik van discrete, discontinue waarden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Analoog

A

Elke spannings- of stroomwaarde tussen twee grenzen heeft een betekenis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

analoog vs digitaal
Digitaal:

A

Slects twee waarden zijn geldig, namelijk 0 en 1.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarom digitale elektronica?

A

Kwaliteit:

  1. Stabiel in de tijd en bij bewerkingen of versturen
  2. Zelf kiezen (trade-off met opslagruimte)
  3. Verschillende kwaliteiten op hetzelfde toestel

Productieprijs:

  1. Digitale schakelingen zijn eenvoudiger en lenen zich gemakkelijker tot hoge
    integrate op IC (Integrated Circuit)

Dezelfde hardware kan gebruikt worden voor verschillende informatie (beeld, geluid,
tekst,…)

Redundantie, encryptie en compressie eenvoudig toe te passen

Redelijk betrouwbaar

Klein, draagbaar dankzij de miniaturisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Optische technologie

A

Berekeningen worden uitgevoerd met
lichtsignalen, geproduceerd door lasers of
diodes.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Voordeel optische technologie:

A

+ hogere bandbreedtes, sneller, minder
warmteproductie, verbruikt minder energie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Nadeel optische technologie:

A
  • nog niet alle elektrische componenten kunnen
    omgezet worden naar optische componenten -
    > tijdelijke tussenstap: hybride systemen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Kwantumtechnologie

A

In plaats van elektronen worden
kwantumdeeltjes ingezet om berekeningen uit
te voeren. Het geheugen bestaat uit
qubits waarbij elke qubit tegelijkertijd de
waarden 0 én 1 heeft. Een qubit heeft bijgevolg
de waarde van 2 bits.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Voordeel kwantumtechnologie:

A

+ berekeningen worden veel sneller uitgevoerd
op grotere hoeveelheden data -> kan ingezet
worden voor wetenschappelijk onderzoek
waarbij intensieve simulaties uitgevoerd
moeten worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Nadeel kwantumtechnologie:

A
  • er is heel wat nodig (bv. extreme koeling) om
    een kwantumcomputer stabiel te houden,
    algoritmen moeten aangepast worden om
    parallel ipv. serieel uitgevoerd te kunnen
    worden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is een besturingssysteem?

A

➔ Software die op een computerapparaat wordt uitgevoerd en de hardware- en
softwarecomponenten beheert.

➔ Scheduling: programma’s die uitgevoerd moeten worden en services aanbieden aan
gebruikers of programma’s worden ingepland.

➔ Besturingssysteem afgekort OS (Operating System)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hardware

A

het fysieke deel van een computer inclusief
onderliggende elektronica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Kernel

A

vormt de communicatie tussen de
hardware en software van een computer en
beheert de hardwarebronnen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Shell

A

de gebruikersinterface waarmee gebruikers
specifieke taken van de computer kunnen
aanvragen. Deze verzoeken kunnen worden
gedaan via de CLI of GUI.

18
Q

GUI

A

Grafische gebruikersinterface (Graphical User
Interface)

19
Q

CLI

A

Commando-regel interface (Command Line
Interface)

20
Q

Keuze van besturingssyteem:

A

➔ 3 belangrijke besturingssytemen → Microsoft Windows → Apple MacOS → Linux
➔ Enkel Microsoft Windows heeft zijn eigen code en niet gebaseerd op Unix of Linux.

21
Q

Een aantal factoren spelen een rol bij de keuze van een geschikt besturingssyteem:

Rol:
Functie:
Levenscyclus:
Stabiliteit:
Compatibiliteit:
Kost:

A

➔ Rol : direct toegankelijk één gebruiker (desktop) of meerdere gebruikers op afstand (server)?

➔ Functie : moet er specifieke software op worden uitgevoerd? Wat zijn de vaardigheden van
gebruikers?

➔ Levenscyclus: verschillende releasecycli en onderhoudscycli voor ondersteuning en updates.

➔ Stabiliteit : zijn OS-release béta (niet getest “in het wild”) of stabiel (getest)?

➔ Compatibiliteit: is het achterwaards compatibel?

➔ Kost:
1.Microsoft → jaarlijkse licenties
2.Apple → geen jaarlijkse licentie  enkel op Apple hardware
3.Linux → gratis → voor ondersteuning €€

22
Q

Microsoft Windows

A

o Desktop- en serverversies

o Langzame releasecyclus (3-5 jaar), lange onderhoudscyclus

o Nadruk op achterwaardse compatibiliteit

o Grafische gebruikersinterface

o PowerShell vs Linux als tegenstander

23
Q

Apple MacOS

A

o Alleen op Apple hardware

o Serverversie voegt paketten toe aan de desktopversie en (bestands)deling.

o UNIX gecertificeerd

o Nieuwe grote releases elke 18-24 maanden

24
Q

Linux

A

o Na keuze Linux → distro kiezen

o Verschillende distros voor verschillende use-cases

o Sommige distros hebben commerciele ondersteuning, de meeste vrijwillig

25
Red Hat
▪ Servertoepassingen zoals web- en bestandsserver. ▪ Brengt Red Hat Enterprise Linux (RHEL) uit → stabiele distro met lange releasecycli. ▪ Sponsort Fedora Project, persoonlijk bureaublad met de nieuwste software. ▪ CentOS is een gratis vesie van RHEL-software zonder ondersteuning. ▪ Scientific Linux een distro voor specifiek gebruik op basis van Red Hat.
26
Suse
▪ Een van de eerste distributies ▪ Oorspronkelijk afgeleid van Slackware ▪ Bevat eigen code en wordt verkocht als een serverproduct. Sommige add-ons met eigen code. ▪ Wordt vekocht als een serverproduct ▪ OpenSUSE = volledig open, gratis met meerder desktop paketten.
27
Debian
▪ Uitgebracht door een community die het gebruik van open source software bevordert. ▪ Heeft zij eigen pakketbeheersystem (apt) uitgevonden op basis van het .deb ▪ Ubuntu = meest populaire afgeleide distro, die varainten heeft voor desktop voor server en applicaties. ▪ Linux Mint = afgeleide van Ubuntu met verschillende gratis versies, sommige hebben licentiebeperkingen.
28
Android
▪ Biedt een platform voor mobiele gebruikers. ▪ Heeft geen traditionele GNU / Linux-paketten om het compatibel te maken voor desktop ▪ Gesponsord door Google
29
Andere Linux distributies Raspbian: Linux From Scratch (LFS):
▪ Raspbian is een Linux distributie die is ontworpen om op Raspberry Pi hardware te draaien. ▪ Linux From Scratch (LFS) bestaat uit een online boek, broncode en instructies voor het bouwen van een aangepaste Linux distributie.
30
End User License Agreement (EULA)
is een juridisch document dat geaccepteerd moet worden voordat de software geïnstalleerd wordt.
31
GNU General Public License version 2 (GPLv2)
is een licentie waarbij de broncode voor iedereen beschikbaar moet zijn en waarbij iedereen wijzigingen kan aanbrengen. Wijzigingen moeten onder dezelfde licentie vallen.
32
Free and Open Source Software
is software waarbij iedereen de broncode kan bekijken, wijzigen en opnieuw kan verspreiden.
33
Linux introductie:
➔ Linux is de kernel van een systeem, de centrale controller van alles wat er op de computer gebeurt. ➔ Linux is een combinatie van software genaamd GNU / Linux, die het besturingssysteem definieert. (GNU's Not Unix) o GNU is de gratis open source software die veel commando's aanbiedt die gelijkaardig zijn aan de UNIX-commando's. ➔ Het verhaal van Linux begint met UNIX, een besturingssysteem dat in de jaren zeventig door AT&T Bell Labs is ontwikkeld voor grote machines (servers). ➔ UNIX is geschreven in de C-taal en low-level programmeertaal (assembler). ➔ Linux begon in 1991 als een hobbyproject door Linus Torvalds in Finland geboren computerwetenschapper. ➔ Linux programmeurs waren in staat om de GNU-tools te integreren om een compleet besturingssysteem te bieden.
34
Close source-licentie
➔ Je hebt recht op uitvoerbare programma ➔ Meeste programmas ➔ Je kan gebruik maken van machinecode ➔ Broncode is niet zichtbaar
35
Open source software
➔ Parallel met ontwikkeling van Linux ➔ Recht op softwarebroncode en deze voor eigen gebruik wijzigen.
36
De keuze voor Linux: Rol: Functie: Levenscyclus: Stabiliteit: Kost:
➔ Rol: distributies beschikbaar voor verschillende systemen; commercieel voor servers en desktop, gespecialiseerd voor hergebruik van computers, embedded systemen, enz. ➔ Functie: distributies kunnen gekozen worden op basis van het doel van gebruik of de benodigde beveiliging ➔ Levenscyclus: de meeste distributies hebben grote en kleine updatecycli. Sommige Linux-releases hebben langdurige ondersteuning (LTS) (5+ jaar, 13 jaar voor SUSE LTS). ➔ Stabiliteit: sommige distributies bieden stabiele of onstabiele releases, alsook releases in test ➔ Kost: distributies zijn kosteloos. Indien hier nood aan is, kan het nuttig zijn om voor ondersteuning te betalen. Enterprise gebruikers kunnen betalen voor ondersteuning of zelf voor ondersteuning zorgen.
37
De keuze voor Linux: De shell:
➔ Gebruiker kan commando invoeren → wordt doorgegeven aan shell ➔ De CLI biet een nauwkeurige controle, grotere snelheid en de mogelijkheid om taken gemakkelijker te automatiseren door middel van scripts. ➔ De shell vertaalt de opdrachten die door een gebruiker zijn ingevoerd in acties die door het OS uitgevoerd worden. ➔ Linux ondersteunt verschillende shells. (Meest gebruikte Bash-shell).
38
De keuze voor Linux: De Bash-shell heeft veel populaire functies, waaronder:
➔ Command line geschiedenis ➔ Inline bewerkingen ➔ Scripting o Commando’s die in een bestand geplaatst worden, kunnen vervolgens geinterpreteerd en uitgevoerd worden. ➔ Aliassen o Lange opdrachten kun je een korte bijnaam geven. ➔ Variabelen o Wordt gebruikt om informatie op te slaan voor de Bash-shell en voor de gebruiker.
39
Lokale variabelen
Bestaan enkel in de huidige shell. De lokale variabelen gaan verloren bij het sluiten van een terminalvenster of shell.
40
Omgevingsvariabelen
Zijn voor het volledige systeem beschikbaar
41
ALU
Arithemetic & Logic Unit
42
RAM
Random Acces Memory