Data-analyse in kwalitatief onderzoek (les 3 WKO 2) Flashcards

1
Q

Kwalitatief onderzoek:

Waarom?
Hoe?

A

–> Verklaren en leggen verbanden door de tijd heen door:

A. Exploreren: ontdekken nieuwe kennis of ontdekken
van nieuw onderzoeksgroep in een bekend domein
B. Verklarend kwalitatief: oorzaken in betekenisgeving
(beperkte omvang populatie is kan een zwakke plek zijn)
C. Beschrijvend: aanleveren van gedetailleerde informatie
van een bepaalde case
D. Emancipatoir: theoretische kennis opdoen en
veranderen; vergroten
van de handelingsruimte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Essentieel in data-analyse in kwalitatief onderzoek

A

Afwisseling dataverzameling en data analyse draagt bij aan exploratieve vermogen van onderzoek.

  1. Cyclisch proces
  2. Iteratief proces (hermeneutisch)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Uitgangspunt bij data analyse van kwalitatief onderzoek

A
  1. Constante vergelijking (CCA): vorming en afbakening
    categorieën, toekenning fragmenten aan categorieën,
    samenvatting inhoudelijke categorie en het vinden van
    negatief bewijs
  2. Theoretische selectie en CCA: inhoudelijke variatie van
    een verschijnsel beschrijven: in welke situaties doen zich
    varianten voor?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Uitdagingen in een analyse

A

• Er zijn geen gouden regels om te analyseren. Bij het
beschrijven van de kwaliteitseisen maak je duidelijk hoe je
de kwaliteit waarborgt.

• Enorme hoeveelheid werk. Transcriberen (1 uur interview =
8 uur uittypen)

• De uitdaging om beknopt weer te geven MET behoud
van de waarde en bedoeling van de data

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Verschillende onderzoeksdesigns, verschillende analyse methoden(er zijn nog veel meer!!)

  1. Fenomenologisch onderzoek (als methode)
A

Focus: De geleefde ervaring rond een verschijnsel

Voornaamste databronnen:

  • Ongestructureerde data
  • Diepte interviews

Methode/analyse:

  • 7 stappen Colaizzi (1978)
  • 4 stappen Giorgi (1985)
  • 6 stappen van Kaam (1966)
  • Parse (2001)

Rapportage:
Beschrijving van de essentie van de ervaring, vaak thematisch, geïllustreerd met citaten

Voorbeeldvraag:

  • Hoe ervaren psychotische patiënten separatie?
  • Hoe wordt dwang in de zorg ervaren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Verschillende onderzoeksdesigns, verschillende analyse methoden(er zijn nog veel meer!!)

  1. Thematische analyse (als methode)
A

Focus
Identificeren, analyseren en rapporteren van patronen,
identiteiten en werkwijzen (thema’s) binnen data

Voornaamste databronnen
Verschillende data en datasets:
- Interviews
- Focusgroep
- Teksten

Methode/analyse
- 6 stappen volgens Braun & Clarke (2006) en ook
beschreven in Verhoeven (2020).

Rapportage
Weergave van thema’s binnen een consistent
narratief, geïllustreerd met citaten ‘Thematische kaart’

Voorbeeldvraag
Op welke wijze vindt separatie plaats…?
Hoe stellen verpleegkundigen grenzen?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Vormen van dataverzameling in kwalitatief onderzoek

A
  • (Participerende) observaties
  • Interviews (open/ semigestructureerd)
  • Documentanalyse
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is Inductief en deductief redeneren

A

• Bij inductief redeneren komt men tot een algemene regel,
generalisatie geheten, op grond van een aantal specifieke
waarnemingen (hypothese vorming)

• Bij deductief redeneren gaat men van het algemene naar
het bijzondere om een theorie verifiëren (hypothese
toetsing)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is inductief redeneren?

A

Inductief redeneren is een bottom-up methode van onderzoek.

Hierbij kijk je vanuit een specifieke observatie of je een generalisatie kan vaststellen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is deductief redeneren?

A

Deductief redeneren is een top-down methode. Je gaat vanuit een generalisatie zoeken naar specifieke waardes.

Met behulp van deductief onderzoek test je theorieën en hypotheses

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

1e Analyse methode:

de zeven stappen Colaizzi bij fenomenologisch onderzoek

A
  1. Uitschrijven en aandachtig doorlezen
  2. Selecteren zinnen die van belang zijn
  3. Betekening geven aan geselecteerde zinnen
  4. Betekenissen clusteren in thema’s
  5. Thema’s beschrijven met letterlijke zinnen
  6. Beschrijving vertalen naar fundamentele thema’s
  7. Een eerste tentatieve beschrijving van deze ‘betekenis’
    voorgelegd als membercheck
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

2e Analyse methode:

Onderzoeksslang van Boeije (2004) Open Coderen

A
  1. Print de interview(s) met brede kantlijn
  2. Regel voor regel begin en einde fragment vaststellen
  3. Bepaal waarom een fragment betekenisvol is.
  4. Bepaal of fragment relevant is voor je onderzoek
  5. Geef het fragment een naam (code)
  6. Zet code in kantlijn
  7. Benoem zo alle relevante tekstfragmenten
  8. Controleer fragmenten- fragmenten die over hetzelfde gaan krijgen
    dezelfde code.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Axiaal coderen 1 (De betekenis achterhalen)

A

Dekken de codes de data? Creëer evt. nieuwe codes. Blijf steeds nadenken over de gegevens en de codering.

• Ga na of je de codes nog steeds passend zijn
• Wanneer er synoniemen gebruikt zijn- bepaal welke code
het meest passend is.
• Maak clusters van codes door hoofdcodes en subcodes
te onderscheiden
• Ga na of een code voldoende gedetailleerd is
beschreven op basis van fragmenten
• Splits codes of voeg ze samen indien nodig.

Doel: datareductie en belangrijke/ minder belangrijke elementen onderscheiden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Axiaal coderen, de stappen

A
  1. Lijst met codes
  2. Beschrijven van codes (axiaal coderen)
  3. Codes van gegevens voorzien
  4. Verder gegevens verzamelen
    5, Getoetste lijst van codes met beschrijving
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Selectief coderen:

De stappen
Doelstelling
hulpmiddelen

A
  1. Verder structuur aanbrengen in hoofd- en subcodes.
  2. Veronderstellingen beschrijven
  3. Theoretische sensitiviteit - koppelen bevindingen aan
    literatuur.
  4. Codeboom
    - Kernbegrippen
    - Overige begrippen
    - Verbanden
  5. Member check. Kloppen de resultaten en conclusies
    volgens jouw participanten?
  6. Memo’s raadplegen vanuit logboek.
  7. Zoeken naar de ‘core category’ of ook wel ‘verklarende
    principe’
  8. In elkaar schuiven gegevens en aanbrengen van een
    structuur: verbanden leggen
  9. Toetsen op juistheid in de data

Doelstelling:
Relaties aanbrengen tussen categorieën, zoeken naar verklaringen en verifiëren op hun juistheid.

Hulpmiddelen:
afbeeldingen en schema’s maken
Let op dat je je vraagstelling goed voor ogen houdt!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Selectief coderen, de stappen

A
  1. Getoetste lijst van codes met beschrijving
  2. structureren
  3. Relaties tussen codes van gegevens
  4. Vergelijken met voorzien literatuur, interpreteren,
    discussiëren, aanvullende gegevens verzamelen
  5. Getoetst model waarin codes hun plaats hebben
17
Q

3e Analyse methode: Thematische analyse

Braun and Clarke (2006)
Verhoeven (2020)

Drie fasen en zes stappen van een thematische analyse

A

Fase 1 Ontdekken
Fase 2 Reduceren
Fase 3 Reflecteren

zes stappen:

  1. verkennen
  2. coderen
  3. thematiseren
  4. Reviseren en verfijnen
  5. vaststellen en structureren
  6. presenteren
18
Q

Niveaus in een Thematische Analyse, van breed naar smal (omgekeerde piramide)

A
1. Ruwe data
2, Fragmenten
3. Codes
4. Thema’s
5. Verbinding
19
Q

Fase 1 Ontdekken, stap 1

A

Stap 1: Fragmenteren

Hier selecteer je een relevant deel dat je zoveel mogelijk met één begrip kunt samenvatten. Hierbij is het van belang
dat je kunt beredeneren waarom je dit deel selecteert.
• Helpt je de tekst te leren kennen en structuur in te
ontdekken
• Die fragmenten selecteren die een toegevoegde waarde
hebben.

20
Q

Fase 1 Ontdekken, stap 2

A

Stap 2: Coderen

Dit is de omschrijving van een fragment in één specifiek idee, kernwoord of begrip. Tegelijkertijd met het selecteren van fragmenten.
• Generiek coderen om te exploreren, inductief en zonder
richting.
• Selectief coderen vanuit een theoretische aanpak,
deductief, waardoor je analyse krijgt.

  1. Exploratief coderen. Jouw eigen kernwoord
  2. Relevant coderen. Kijken of codes relevant zijn
  3. Uniek coderen. Overlap verwijderen
  4. Voorlopig groeperen. Thema’s proberen te ontdekken.
21
Q

Fase 2 Reduceren, Stap 3

A

Stap 3: Thematiseren

Het groeperen en samenvoegen van codes uit fragmenten in één onderwerp (thema). Dit vormt een kenmerkende samenvatting van het materiaal.

Een thema is:
• Onderscheidend
• Samenvattend
• Gerelateerd aan je probleemstelling

22
Q

Fase 2 Reduceren, Stap 4

A

Stap 4: Reviseren en verfijnen

Kwaliteitscontrole.
• Kijken naar patronen en relaties. Codes checken met een
holistische blik.
• Herken je het thema in de fragmenten?
• Breng thema’s in relatie met probleemstelling

23
Q

Drie eigenschappen van een goed thema:

A
  1. Geeft een opzichzelfstaand en typisch beeld van je
    gegevens en is onderscheidend
  2. Heeft een zichtbare relatie met de andere thema’s en de
    thema’s bieden een samenvattend overzicht van het
    materiaal
  3. Het heeft een relatie met je probleemstelling of de
    deelvragen. Thema’s helpen je in de richting van een
    antwoord.
24
Q

Fase 3 Reflecteren, Stap 5

A

Stap 5: Vaststellen en structureren

• Alle definitieve thema’s vaststellen
• Thema’s beschrijven in het licht van de probleemstelling
• De definitieve structuur van, en verbanden tussen thema’s
bepalen. Link leggen met de probleemstelling
• Resultaten in een kaart, tekst of tabel samenvatten.

25
Q

Checklist thematische samenvatting stap 1-5

A

• Het materiaal heb je grondig geanalyseerd
• Het proces was iteratief en uitgebreid
• Alle relevante tekstdelen zijn meegenomen, elk relevant
tekstdeel heeft evenveel aandacht gekregen.
• De thema’s zijn betrouwbaar, consistent en
onderscheidend
• De thema’s zijn terug te voeren op het materiaal en op
de onderzoeksvragen
• Het thematische diagram, kaart of samenvatting verteld
het complete verhaal van het onderzoek
• Met de resultaten kun je de probleemstelling
beantwoorden.

26
Q

Na stap 5 is de analyse feitelijk klaar.

In stap 6

A

ga je het verhaal vertellen.

27
Q

Fase 3 Reflecteren, Stap 6.

A

Stap 6. Resultaten verklaren en beschrijven.

Schrijf je een wetenschappelijk artikel?
Of beantwoord je een vraag uit de praktijk?
Afhankelijk van het doel van je onderzoek schrijf je je rapport/verslag of artikel.

> Check goed de beoordelingscriteria van de opleiding.

28
Q

Stap 6 Resultaten verklaren en beschrijven.

5 Tips

A
  1. Wees helder en transparant. Jouw verhaal moet bondig, duidelijk, krachtig logisch eenduidig en interessant zijn.
  2. Beperk het gebruik van complexe en abstracte begrippen en vermijd jargon waar dat niet nodig is.
  3. Zorg ervoor dat je boodschap begrepen wordt zodat mensen ermee aan de slag kunnen gaan.
  4. Gebruik citaten. Ze zorgen voor een levendige illustratie van de resultaten en maken het interessant en begrijpelijk.
  5. Let op: een complex, warrig en truttig geschreven artikel verdwijnt in de la.
29
Q

Relevante software

A
  • QSR NVivo
  • Ethnograph
  • Kwalitan
  • Maxqda
  • Atlas.ti

Om het coderen en thematiseren van je materiaal te vergemakkelijken kun je gebruik maken van speciaal daarvoor ontworpen softwarepakketten.

Een link naar een beknopte handleiding voor atlas.ti is in de literatuurlijst opgenomen.