DB Flashcards

(4 cards)

1
Q

ACID-principe

A

Relationele systemen zetten in op het ACID-principe.
- Atomicity (atomaire transacties): een reeks wijzigingen moeten helemaal uitgevoerd zijn of helemaal teruggedraaid.

  • Consistency: de gegevens bevinden zich altijd in een geldige toestand. Transacties/relaties worden niet halverwege opgeslagen.
  • Isolation: elke transactie gebeurt onafhankelijk van elkaar. Elekt ransactie maakt een ‘snapshot’
  • Durability: afgesloten transacties worden permanent opgeslagen in de database, ook bij crashes.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

NoSQL-databases kenmerken:

A
  • slaan gegevens niet op in tabellen, maar in verzamelingen van objecten
  • schema-less. Er is geen vooraf bepaald schema, geen vooraf bepaalde structuur.
  • gebruiken geen SQL als query-taal. Objecten worden opgehaald met eigen qery-taal of in programmacode.
  • uitstekend geschikt voor distributie over verschillende servers. Met RDB is dit veel lastiger
  • kunnen goed overweg met Big Data.
  • meestal open-source
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Soorten NoSQL-databases

A
  1. Document Databases
    1. objecten in JSON of XML formaat opgeslagen in collections.
    2. MongoDB
  2. Key-Value-pair-databases
    1. Elk record bestaat uit een key en value.
    2. Riak en Redis
  3. Graph-databases
    1. Sterk in het beheren van objecten die complexe relaties met elkaar hebben, zoals kruispunten, sociale interacties.
    2. Neo4J
  4. Wide Column Stores
    1. bevatten rijen gegevens waarbij die rijen terug uit kolommen bestaat
    2. goed voor het opslaan van records met potentieel een groot aantal kolommen
    3. Cassandra
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly