De competenties en gedragsindicatoren Flashcards

Zeg luidop bij welke competentie het gedrag hoort. (52 cards)

1
Q

Je maakt verbeterende suggesties.

A

Initiatief nemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

Je stelt de juiste prioriteiten, rekening houdend met tijd, plaats, praktische gevolgen voor jezelf of anderen, …

A

Zelfstandigheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

Je hebt een (volwassen) werkhouding.

A

Verantwoordelijkheidszin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Je houdt rekening met de mening, gevoelens en de situatie van anderen.

A

Empathie / inlevingsvermogen bezitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Je kan zeggen waar je grenzen liggen en maakt dit tijdig kenbaar.

A

Zelfreflectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Je bent stipt.

A

Verantwoordelijkheidszin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Je probeert je eigen gemaakte fouten zoveel mogelijk te beperken en te herstellen.

A

Verantwoordelijkheidszin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Je kan feedback relativeren.

A

Omgaan met feedback

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Je zegt wat je goed kan en wat je graag wil doen.

A

Samenwerking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Je weet wat je sterke kanten zijn.

A

Zelfreflectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Je bent betrouwbaar.

A

Verantwoordelijkheidszin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Je kan en durft aangeven wanneer je hulp nodig hebt.

A

Zelfstandigheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Je bewaart en bewaakt het overzicht.

A

Zelfstandigheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Je denkt samen met de andere na over een oplossing.

A

Omgaan met feedback

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Je respecteert deadlines.

A

Zelfstandigheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Je brengt ideeën naar voor en kan deze onderbouwen .

A

Initiatief nemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Je zorgt ervoor dat ruzies op een goede manier uitgepraat worden.

A

Contactvaardigheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Je sluit compromissen waar nodig.

A

Samenwerking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Je durft nieuwe/andere plannen voor te stellen.

A

Initiatief nemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Je toont respect voor degene die feedback geeft.

A

Omgaan met feedback

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Je vraagt tips of hulp aan anderen bij je werk.

16
Q

Je organiseert en plant taken zelf.

A

Zelfstandigheid

17
Q

Je praat vlot/graag met andere mensen, ook als ze anders zijn dan jezelf (bijv. andere opvatting of achtergrond).

A

Contactvaardigheid

18
Q

Je denkt na over de gevolgen van wat je doet.

A

Zelfreflectie

19
## Footnote Je geeft complimenten of kritiek op een gepast moment.
Omgaan met feedback
21
Je behandelt vertrouwelijke gegevens met tact.
Verantwoordelijkheidszin
23
## Footnote Je geeft tips of helpt anderen bij hun werk.
Samenwerking
25
## Footnote Je spreekt over gedrag dat de andere ook echt kan veranderen.
Omgaan met feedback
26
## Footnote Je neemt spontaan een aantal taken op.
Initiatief nemen
27
## Footnote Je zet de eerste stap om iemand nieuw te leren kennen.
Contactvaardigheid
28
## Footnote Je weet wat je zwakke punten zijn.
Zelfreflectie
30
## Footnote Je kan je eigen functioneren beoordelen.
Zelfreflectie
31
Je toont respect voor de gevoelens van anderen.
Empathie / inlevingsvermogen bezitten
32
## Footnote Je luistert aandachtig naar de kritiek of complimenten die je krijgt.
Omgaan met feedback
33
## Footnote Je begrijpt wat iemand je zegt en weet zo wat je moet doen.
Contactvaardigheid
34
## Footnote Je bent verdraagzaam (respectvol in de dagelijkse omgang met collega’s, niet roddelen, werkt samen zonder conflicten te bevorderen).
Samenwerking
35
## Footnote Je vertelt je mening en ideeën op zo’n manier dat anderen je begrijpen.
Contactvaardigheid
36
## Footnote Je zorgt ervoor dat je anderen niet beledigt of kwetst.
Empathie / inlevingsvermogen bezitten
38
## Footnote Je blijft contact houden indien nodig (ook in moeilijke situaties of bij conflicten).
Contactvaardigheid
39
## Footnote Je zet je net iets meer in dan strikt noodzakelijk.
Initiatief nemen
40
## Footnote Je houdt rekening met wat de anderen goed kunnen en graag doen.
Samenwerking
41
Je leeft de afspraken van de organisatie na.
Verantwoordelijkheidszin
42
## Footnote Je bent kritisch en kan op die manier zowel iemands positieve als negatieve kanten benoemen.
Omgaan met feedback
43
## Footnote Je doet wat is afgesproken.
Samenwerking
44
## Footnote Je probeert de feedback te begrijpen. als iets niet duidelijk is, vraag je meer uitleg.
Omgaan met feedback
45
## Footnote Je begrijpt/ aanvaardt dat mensen een andere mening hebben of andere dingen belangrijk vinden.
Empathie / inlevingsvermogen bezitten
47
Je bent eerlijk.
Verantwoordelijkheidszin
48
## Footnote Je toont respect voor de mening van anderen.
Empathie / inlevingsvermogen bezitten
49
## Footnote Je stelt andere mensen op hun gemak.
Contactvaardigheid
50
## Footnote Je durft naar jezelf kijken.
Zelfreflectie
51
## Footnote Je drukt je waardering uit tegenover anderen.
Samenwerking
52
## Footnote Je wil leren uit feedback.
Omgaan met feedback