De politiek van het oude Rome Flashcards
(6 cards)
Leg uit: Rome was een patriarchale samenleving
De pater familias bestuurde zijn familia als een alleenheerser.
Alleen mannen uit de rijkste families beschikten over voldoende aanzien en geld om op te klimmen tot de hoogste politieke rang.
Geef twee kenmerken van een patriarchale samenleving
In een patriarchale samenleving ligt de macht bij de mannen en wordt de macht binnen een familie overgedragen van vader op zoon.
Benoem de 7 leden van een Romeinse familie
- Pater
- Mater
- Zonen
- Schoondochter
- Dochter
- Kleinkinderen
- Slaven
Geef 4 rechten uit het Romeinse burgerschap
- Stemrecht
- Kiesrecht
- Vetorecht
- Beslissingsrecht
Leg uit: de Romeinen gebruikten de verdeel- en heerstechniek om controle te
houden over hun gebieden
De Romeinse samenleving was een standenmaatschappij. Rechten en plichten werden bepaald door de stand. Arme Romeinen zochten als cliens steun bij een rijke patronus. In de Senaat zetelden bijna uitsluitend patriciërs. Tegen hun wil in beslissen was bijna onmogelijk.
Vraag 1:
Beschrijf de expansie van het Romeinse Rijk aan de hand van de volgende bron. In fase 3 en fase 4 van de expansie gaan de Romeinen verre gebieden veroveren (tussen 300 v.C. en 200 n.C.). Geef 2 duidelijke voorbeelden.
In de laatste 2 fasen van het Romeinse Rijk gaan ze vooral uitbreiden naar verdere gebieden rond het Middellands Zeegebied. Het gaat hierbij vooral om prestige, eer- en hebzucht en het uitbouwen van een politieke carrière van veldheren zoals Julius Caesar, Crassus, etc.
De Romeinen waren uit op rijke graangebieden in de mediterrane wereld en wilden controle verwerven over de handel in grondstoffen.
Militaire overwinningen bezorgden de generaals een groot prestige en dat was belangrijk voor een succesvolle politieke carrière in Rome.
Vanaf de 1ste eeuw n.C. heerste Rome over een grootrijk, een rijk dat zich uitstrekte over de hele mediterrane wereld en de aangrenzende gebieden.