Deel 2 Hfst 6: De borstvoeding of lactatie Flashcards

(29 cards)

1
Q

Anatomie van de borst!!!

A

p92

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waaruit is een borst opgebouwd?

A
  • melkklieren, vetweefsel, spierweefsel en bindweefsel
  • volume van vetweefsel bepaalt grootte van borst. bindweefsel verbindt borst met spieren van borstkas
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar bevinden de melklieren zich?

A
  • net achter of naast tepel.
  • In vrouwenborst zitten tussen 10 en 25 melkklieren. Via een netwerk van melkgangen, die verder lopen in melkkanalen, worden trossen van melkklieren naar tepel geleid
  • klierweefsel bestaat uit melk producerende cellen (= alveoli)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat gebeurt er met de borstklieren tijdens de menstruele cyclus?

A

Wanneer progesteron- en oestrogeengehalte tijdens menstruele cyclus stijgt, neemt
volume van klieren toe -> borsten bereiden zich iedere cyclus voor op eventuele zwangerschap -> kan gespannen gevoel veroorzaken in borsten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat gebeurt er met de borstklieren tijdens de zwangerschap?

A
  • placenta produceert oestrogeen en progesteron
  • oestrogeen -> ontwikkeling alveoli, melkkanaaltjes en melkgangen
  • progesteron -> versterkt effect oestrogeen => volumetoename van borsten, vetgehalte in borsten neemt toe
  • vanaf 5e maand -> voorkwab hypofyse met productie hormoon prolactine -> productie melk in klieren
  • oestrogeen en prolactine productie prolactine remmen geen melk uitgescheiden
  • tepel en tepelhof tijdens zwangerschap groter en sterker gepigmenteerd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat gebeurt er met de borstklieren na de bevalling?

A
  • na geboorte placenta oestrogeen en progesteron sterk dalen
  • prolactine niet meer afgeremd -> productie melk start
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe verloopt de fysiologie van de borstvoeding?

A
  • na partus -> hypofyse maakt 2e hormoon: oxytocine
  • prolactine zorgt voor productie moedermelk en oxytocine zorgt voor excretie moedermelk
    => productie komt tot stand door 2 reflexen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke reflexen zorgen voor de productie van oxytocine en prolactine?

A
  • de tepelreflex
  • de toeschietreflex
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe zorgt de tepelreflex er voor dat de melkproductie tot stand komt?

A
  • zuigen baby aan tepel -> zenuwuiteinde tepel geprikkeld
  • signalen naar hypofyse -> ontvangt prikkels -> afscheiden prolactine -> via bloed naar klieren van borst => melkproductie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe wordt de tepelreflex gestimuleerd?

A

-> gestimuleerd door aantal voedingen
- Hoe meer en hoe beter het
kind drinkt, hoe meer hoger de productie van prolactine en hoe meer moedermelk er geproduceerd wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarom wordt de baby onmiddellijk na de bevalling aan de borst gelegd?

A

De zuigreflex van baby is dan heel sterk aanwezig en zal ten goede komen voor op gang trekken van melkproductie. Als dit mechanisme onderbroken wordt, zal er na ongeveer 1 week geen melk meer geproduceerd worden. De productie van melk kan echter jaren doorgaan als het kind borstvoeding blijft krijgen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe komt de toeschiet reflex op gang?

A

Naast prolactine wordt tijdens zuigen aan tepel ook oxytocine aangemaakt in hypofyse. Deze doet spiervezels rond melkklieren samentrekken, zodat melk naar buiten komt via de tepel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welk effect heeft oxytovine op de uterus?

A
  • heeft invloed op uterusspier en kan ook hier contracties uitlokken
    -> Vandaar dat moeder lichte contracties kan ervaren tijdens de borstvoeding
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke factoren hebben een invloed op de toeschietreflex?

A
  • kan sterk beïnvloed worden door psychosomatische invloeden
    -> Pijn, stress, vermoeidheid, angst … kunnen de reflex afremmen
    -> Het zien, ruiken of horen van de
    baby kunnen de reflex versterken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is colostrum?

A

= eerste moedermelk
- gelig van kleur
- bevat lactose, in vet oplosbare vitamine A en E, en immunoglobulinen die pasgeborene beschermen tegen infecties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de voordelen van het geven van borstvoeding?

A
  • het is steriel;
  • melk heeft steeds de juiste temperatuur;
  • het is goedkoop;
  • het is onmiddellijk klaar;
  • het is licht verteerbaar;
  • het is volledig afgestemd op de voedingsbehoeften van de baby;
  • het brengt antistoffen over van de moeder naar de baby;
  • het geeft minder kans op allergie;
  • het oefent en ontwikkelt de kaak- en tongspieren van de baby;
  • het bevordert de uterusinvolutie bij de moeder;
  • het vermindert het lochiaal verlies bij de moeder
17
Q

Welke adviezen kunnen gegeven worden bij borstvoeding?

A
  • Neem voldoende rust.
  • Zorg voor een evenwichtige voeding.
  • Zorg voor voldoende calorie-inname.
  • Zorg voor voldoende vochtinname.
  • Roken, alcohol, sterk gekruid eten en citrusvruchten worden sterk afgeraden.
  • Let op met het gebruik van medicatie.
  • Zorg voor een goede hygiëne voor elke voeding
18
Q

Welke aandoeningen bij borstvoeding kunnen voorkomen?

A
  • tepelkloven
  • borstontsteking
  • borstabces
19
Q

Wat zijn mogelijke oorzaken van tepelkloven?

A
  • het niet juist aanleggen van de baby, waarbij de baby enkel aan de tepel zuigt en het tepelhof niet mee in de mond neemt;
  • gebruik van zeep, crème of lotion;
  • spruw bij de baby.
20
Q

Wat is een mogelijk gevolg van tepelkloven?

A

In uitzonderlijke gevallen betreft het echte weefseldefecten en zien we een bloederige wonde ter hoogte van tepel. Deze wonde vormt dan ingangspoort voor infecties. Tepelkloven hoeven geen reden te zijn om te stoppen met borstvoeding, maar ze vragen wel
extra aandacht

21
Q

Waar moet men op letten bij tepelkloven?

A
  • Zorg voor een goede hygiëne
  • Leg de baby juist aan
  • Leg de baby niet te lang aan de borst
  • Gebruik een tepelhoedje
  • Hou de tepel droog
  • Draag geen BH
  • Kolf melk af
22
Q

Bij wie komt een borst ontsteking (mastitis) voor?

A

komt vooral voor bij vrouwen in de periode van borstvoeding, maar een borstontsteking kan ook andere personen treffen (bv. vrouwen die geen borstvoeding geven, mannen of kinderen).

23
Q

Wat zijn de mogelijke oorzaken voor een borstontsteking?

A
  • een verstopt melkkanaaltje in de borst;
  • tepelkloven;
  • infecties als gevolg van een bacterie
24
Q

Wat zijn de symptomen van mastitis?

A
  • hevige pijn;
  • roodheid;
  • zwelling;
  • koorts;
  • misselijkheid
25
Waaruit bestaat de behandeling van mastitis?
* het veelvuldig aanleggen van de baby, zodat de borst goed leeg gedronken wordt; * het verderzetten van de borstvoeding, want acuut stoppen kan de klachten verergeren; * rust; * antibiotica op voorschrift
26
Hoe ontstaat een borstabces?
Een onbehandelde of onjuist behandelde borstontsteking kan leiden tot de ontwikkeling van een abces
27
Wat is een borstabces?
- opeenhoping van etterig vocht -> veroorzaakt plaatselijke, maar zeer pijnlijke zwelling in borst - abces kan spontaan openbarsten via huid of tepel. - ernstige aandoening en snel raadplegen van arts noodzakelijk
28
Wat zijn de symptomen van een borstabces?
* hevige pijn; * zwelling; * roodheid; * pusafscheiding uit de tepel; * een onderhuidse, pijnlijke knobbel; * koorts
29
Waaruit bestaat de behandeling van een borstabces?
* antibiotica op voorschrift; * drainage van het abces; * soms een chirurgische verwijdering van het abces.