Deel 6 Flashcards

(203 cards)

1
Q

Rexie

A

Scheuring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Ruptuur/ruptura

A

Scheuring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Uterusruptuur

A

Baarmoeder scheuring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Blaasruptuur/cystoruptuur

A

Urine blaas scheuring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Ruptura perinei

A

Scheuring van perineum/ totaal ruptuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Cystorexie

A

Urineblaas scheuring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Cystorragie

A

Bloeding uit de blaas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Cystorroe

A

Abnormale afscheiding uit de blaas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Cystorafie

A

Hechting van de blaas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Gastrorragie

A

Maagbloeding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Gastrorroe

A

Overmatige afscheiding van maagsap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Gastrorexie

A

Maagruptuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Gastropexie

A

Maaghechting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Geruptureed aneurysma

A

Gescheurd/gebarsten uitstulping van een slagader

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Esthesie

A

Gevoel/gewaarwording

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Anesthesie

A

Gevoelloosheid/verdoving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Lokaalanesthesie

A

Lokale verdoving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Anaesthesia dolorosa

A

Plaatselijke gevoelloosheid gepaard met pijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Algemene anesthesie

A

Algehele verdoving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Anaesthesia

A

Verdoving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Narcose

A

Bewusteloosheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Narcotiseren

A

Patiënten in bewusteloosheid brengen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Narcoticum/narcotica

A

Middelen om iemand bewusteloos te maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Hyperesthesie

A

Verhoogde gevoeligheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Hypesthesie/Hypo-esthesie
Verminderde gevoeligheid
26
Anesthesist/anesthesioloog
Specialist die zich bezighoudt met verdoving,pijnbestrijding en beademing
27
Anesthesiologie
Specialisme verdoving,pijn en beademing
28
Algesie
Pijn
29
Analgesie
Geen pijn voelen
30
Analgetische huid
Geen pijn voelen in de huid
31
Analgetica
Pijnbestrijdingsmiddelen
32
Para
Naast
33
Parahepatisch
Naast lever gelegen
34
Parametrium
Naast de baarmoeder gelegen
35
Paraodontium
Tandbed
36
Paranormale telepathie
Helderziendheid
37
Paramedische beroepen
Beroepen verbonden met geneeskunde
38
Parenteraal
Buiten om
39
Parenterale voeding
Voeding buiten maagdarmkanaal om
40
Paresthesie
Vreemd gevoel zonder prikkels van buiten
41
Paratyfys
Lijkt op tyfus maar is het niet
42
Paralyse/paralytisch
Verlamming
43
Lys
Losmaken
44
Paraplegie
Beiderzijdse verlamming
45
Para
Kan ook beiderzijds betekenen
46
Fas
Spraak
47
Afasie
Spraakstoornis/ toestand zonder spraak
48
Motorische afasie
Gedachten niet onder woorden kunnen brengen
49
Sensorische afasie
De woorden niet begrijpen
50
Fon
Stemgeluid
51
Afonie
Onvermogen om te praten
52
Dysfasie
Bemoeilijkte spraak
53
Dysfonie
Bemoeilijkt stemgeluid
54
Fonocardiografie
Registratie van hartruis
55
Fonocardiograaf
Toestel om hartruis vast te leggen
56
Fonocardiogram
Uitstel van vastleggen hartruis
57
Foneren
Stemgeluid maken
58
Telefoneren
Ver stemgeluid brengen
59
Fonetische spelling
Spelling volgens uitspraak
60
Myo
Spier
61
Myoom
Spiergezwel
62
Myocarditis
Ontsteking van de harstpier
63
Myalgie
Spierpijn
64
Myokèle
Uitstulping van een spier
65
Sthenos
Kracht
66
Asthenie
Zonder kracht
67
Myasthenie
Toestand van spierzwakte
68
Myoclonie
Plotselinge rukachtige spierbewegingen
69
Myoclonus
Rukbeweging
70
Diplegie/diplegia
Dubbelzijdig
71
Diplegia spastica infantilis
Spastische dubbelzijdige kinderverlamming
72
Diplo/di
Dubbel
73
Diplo kokken
Paarsgewijs gerangschikte bacteriën
74
Opie
Het zien
75
Diplopie/diplopia
Dubbelzien
76
Ambly
Verzwakt, afgestompt
77
Amlyopie
Verzwakt gezichtsvermogen
78
Amblyoop
Als een kind 1 oog niet gebruikt
79
Hypermetropie
Verziendheid
80
Hypermetroop
Iemand die aan verziendheid lijdt
81
Myopie
Bijziendheid
82
Myoop
Iemand die lijdt aan bijziendheid
83
Neuro
Zenuw
84
Neuropathie
Zenuwziekte
85
Neuralgie
Pijn in het verloop van een zenuw
86
Neurologie
Specialisme voor de behandeling van zenuwen
87
Neuroloog
Specialist zenuwen
88
Neurochirurg
De specialist die opereert aan het zenuwstelstel
89
Neurochirurgie
Specialisme die opereert aan het zenuwstelsel
90
Neurolyse
Afbraak van zenuwweefsel of losmaken van zenuw
91
Neuroanatomie
Wetenschap die zich bezighoudt met de bouw van het zenuwstelsel
92
Neuropathologie
Wetenschap die zich bezighoudt met de ziekte van het zenuwstelsel
93
Neurogeen
Ontstaan uit zenuwen
94
Geen
Vormend/ontstaan uit
95
Myogeen
Ontstaan uit spieren
96
Pschiater
Specialist die zielsziekten behandelt
97
Psych
Ziel
98
Psychiatrie
Specialisme van de zielsziekte
99
iater
Geneesheer
100
iatrie
Geneeskunde
101
Geriatrie
Geneeskunde die zich bezig houdt met de ouderdom
102
Geriater
Specialist die zich bezighoud met ouderdomsziekte
103
Ger
Oud
104
Ped
Kind
105
Pediatrie
Kindergeneeskunde
106
Psychogeen
Voortkomend uit de ziel
107
Neurogeen
Voortkomend uit de zenuw
108
Psychologie
Zielkunde
109
Psycholoog
Specialist in zielkunde
110
Osis/ose
Abnormale toestand
111
Neurose
Abnormale toestand van de ziel
112
Psychose
Abnormale ernstige toestand van de ziel
113
Psychopathie
Zielsziekte/persoonlijkheidsstoornis
114
Psychopaat
Iemand die lijdt aan een ernstige persoonlijkheidsstoornis
115
Neurathenie
Zenuwzwakte
116
Psychastenie
Zielszwakte
117
Hysterie
Letterlijk abnormale toestand van de baarmoeder
118
Psychofarmaca
Medicatie voor de ziel
119
Antidepressiva
Medicatie tegen neerslachtigheid
120
Sedativa
Kalmerende medicatie
121
Myelo
Ruggenmerg/beenmerg
122
Myelitis
Ontsteking van het been of ruggenmerg
123
Osteomyelitis
Beenmergontsteking
124
Encefalomyelitis
Ruggenmergontsteking
125
Medulla
Merg
126
Medulla spinalis
Ruggenmerg
127
Medulla renalis
Niermerg
128
Medulla ossium/ossa
Beenmerg
129
Myeloblast
Mergkiemcel
130
Myelocyt
Mergcel
131
Myelokèle
Uitpuiling van het ruggenmerg
132
Plastiek
Chir vormherstel
133
Plasie/plasia
Vorming door de natuur
134
Dysplasie/dysplasia
Gestoorde ontwikkeling
135
Myelodysplasie
Gestoorde ontwikkeling van het ruggenmerg
136
Myelum/medulla
Merg
137
Hyperplasie/hyperplasia
Overmatige ontwikkeling
138
Hypoplasie/hypoplasia
Geringe ontwikkeling
139
Aplasie
Afwezige aanleg
140
Trofie
Voedingstoestand, dikte
141
Dystrofie
Slechte voedingstoestand
142
Myodystrofie
Spieraandoening
143
Gnose
Inzicht, weten
144
Prognose
Vooruit weten
145
Prostaat
Voorstanderklier
146
Agnosie
Niet weten
147
Akoestische agnosie
Niet herkennen van geluiden
148
Optische agnosie
Niet herkennen van beelden
149
Dia
Door, doorheen
150
Diagnose
Doorzicht, herkenning
151
Diagnostiek
Onderzoek doen naar symptomen om de diagnose te kunnen stellen
152
Diagnostiseren
Een diagnose stellen
153
Differtiaaldiagnose
Opsommen van mogelijke oorzaken in volgorde van waarschijnlijkheid
154
Diathermie
Behandelen met doordringende elektrische stroom
155
Phragma
Scheiding
156
Diaphragma
Doorheen scheiding/ middenrif
157
Micro
Klein
158
Microchirurgie
Chirurgie op zeer kleine onderdelen van het lichaam
159
Microscoop
Toestel om cellen etc waar te nemen
160
Micrometer/millimeter
Miljoenste
161
M
Micro
162
Mm
Micrometer/millimeter
163
Mg
Microgram/milligram
164
Erytrocyt
Rode bloedcel
165
Macro
Groot
166
Macroscopisch
Met het blote oog waarnemen
167
Macrocyten
Grote cellen
168
Macrocefalie
Te groot hoofd
169
Microcefalie
Te klein hoofd
170
Macroglossie
Te grote tong
171
Macrotie
Te grote oren
172
Macrostomie
Te grote mond
173
Macrodactylie/megalodactylie
Te grote vingers of tenen
174
Arachno
Spinnenweb
175
Arachnodactylie
Lange vingers die doen denken aan spinnenpoten
176
Polydactylie
Te veel vingers hebben
177
Polyurie
Te veel urineren
178
Pollakisurie
Te vaak urineren
179
Polymyalgie
Pijn in meerdere spieren
180
Polyneuropathie
Ziekte van meerdere zenuwen
181
Polyartritis
Ontsteking van meerdere gewrichten
182
Polyneuralgie
Pijn in verschillende zenuwen
183
Polykysteus/polykystisch
Met vele kysten
184
Syn
Samen
185
Syndactylie
Samengegroeide vingers/tenen
186
Synergetisch
Samenwerken
187
Synergisch
Samenwerkend
188
Synartrose
Samengewrichtstoestand
189
Synchondrose
2 botstukken verbonden door kraakbeen
190
Ankylose
Samengroeien van gewricht door ziekte
191
Artrodese
Operatief onbeweeglijk maken van gewrichten/vastzetten van gewricht
192
Ankylose
Verstijving van een gewricht door ziekte
193
Droom
Loop
194
Syndroom
Samenloop/ als verschillende klachten voorkomen
195
Prodroom
Voorloop
196
Prodromale verschijnselen
Verschijnselen bij naderende ziekte
197
Dipsie
Dorst
198
Polydipsie
Hebben van dorst
199
Diabetes mellitus
Suikerziekte
200
Oligo
Weinig
201
Oligodipsie
Verminderd dorstgevoel
202
Oligofrenie
Verminderd verstand
203
Oligurie
Weinig urineproductie