Eco hoofdstuk 4 Flashcards
(25 cards)
aanbodvergelijking
beschrijft welke hoeveelheden aanbieders van plan zijn bij uiteenlopende prijzen aan te bieden
afnemende meerproduct
naarmate aan een constante hoeveelheid kapitaal meer eenheden arbeid worden toegevoegd, zal de meer productie afnemen en voorbij een zeker punt zelfs negatief worden
autoriteit concument en markt (ACM)
Fusie (2013) van consumentenautoriteit, nederlandse mededingsautoriteit en post en telecommunicatie. ACM ziet toe op de naleving van regels voor concumentenbescherming, mededing en sectoriale regulering.
best response methode
Systematische aanpak om in een strategische situatie de oplossing te bepalen
break-evenpunt
de productieomvang waarbij de totale kosten juist gelijk zijn aan de totale opbrengsten
concentratiegraad
de maat waarin enkele ondernemingen uit een bedrijfstak het aanbod helemaal of in belangrijke maten beheersen
cut-throat competition
moordende concurentislag
economische machtspositie
een of meer ondenemingen hebben een overwegende invloed op een markt
extra kosten
de toeneming van de totale kosten bij de productie van één extra eenheid
extra opbrengsten
De toeneming van de totale opbrengsten bij de verkoop van één extra eenheid
homogeen duopolie
twee aanbieders bieden een in de ogen van de consument identiek product aan
kartel
overeenkomst tussen twee of meer juridisch zelfstandige ondernemingen om bepaalde concurrentiewapens niet tegen elkaar te gebruiken
kortetermijnvergelijking
verband dat de productiekosten bij uiteenlopend productieomvang aangeeft
langetermijnanalyse
analyse waarbij de hoeveelheden van alle productiefactoren variabel worden verondersteld
levenscyclus
gedurende zijn bestaan maakt een product een introductie, een expansie, en een rijpheids en een verzadigingsfase door
marginale kosten
de stijging van de totale kosten wanneer één extra eenheid wordt geproduceerd. Exacter: de eerste afgeleide van de totale kosten naar de geproduceerde hoeveelheid x
marginale opbengst
de toeneming van de totale opbrengst wanneer één eenheid meer wordt verkocht. Exacter: de eerste afgeleide van de totale opbrengst naar de verkochte hoeveelheid x.
mededingswet (1997)
verbiedt- in overeenstemming m het europesemededingsbeleid - kartels en het misbruik maken van een economische machtspositie
Nash-evenwicht
genoemd naar de beroemde wiskundige John nash die belangrijke aan de speltheorie heeft bijgedragen. Het kenmerk van zo’n evenwiht is dat daarin geen van de spelers de prikkel heeft de andere strategie te volgen
productvergelijking
beschrijft het verband tussen de ingezette hoeveelheden productiefactoren en de output
speltheorie
de meest eenvoudige speltheorie die in dit boek wordt gebruikt, heeft de volgende kenmerken
- Er wordt van twee spelers uitgegaan die op het zelfde moment moeten beslissen
- ze hebben tegengestelde belangen. Dit wil zeggen dat het voordeel voor de één een nadeel betekent voor de ander
- het soek wordt naar één keer gespeeld, er is geen herhaling
- de spelers zijn niet volledig op de hoogte. De een weet niet van de ander
- de regels staan vast, ze kunnen dus niet veranderd worden
- de actie die een speler onderneemt noemen we zijn of haar strategie. een strategie heeft een bepaald resultaat.
- uit zichzelf komen de spelers niet tot samenwerking. Om tot samenwerking te kunnen komen is een derde partij nodig (bijvoorbeeld de overheid).
totale constante kosten (TCK)
de kosten die niet variëren met de productieomvang
Totale kosten (TK)
de som van de totale variabele kosten en de totale constante kosten
Totale opbrengsten (TO)
het product vaan het aantal verkochte eenheden en de verkoopprijs