Engels unit 1 blz 3/4 Flashcards
(32 cards)
1
Q
gentle
A
zachtaardig
2
Q
gymnastics
A
turnen
3
Q
hard-working
A
ijverig
4
Q
hide
A
verstoppen
5
Q
ignore
A
nergeren
6
Q
indie
A
indie
7
Q
kayaking
A
het kajakken
8
Q
underground
A
ondergronds
9
Q
hiking
A
het wandelen
10
Q
housework
A
huishoudelijk werk
11
Q
kind
A
vriendelijk
12
Q
lazy
A
lui
13
Q
look forward to
A
zich verheugen op
14
Q
mean
A
gemeen
15
Q
modest
A
bescheiden
16
Q
nasty
A
gemeen
17
Q
opportunity
A
kans
18
Q
outgoing
A
extravert
19
Q
passionate
A
gepassioneerd
20
Q
personality
A
persoonlijkheid
21
Q
podcasting
A
het podcasten
22
Q
polite
A
beleefd
23
Q
pretend
A
doen alsog
24
Q
pretty
A
tamelijk
25
quiet
rusitg
26
R&B
R&B
27
rebellious
opstandig
28
refuse
weigeren
29
reggae
reggae
30
rock-climbing
het bergklimmen
31
rollercoaster
achtbaan
32
rude
onbeleefd
