Ethiek Flashcards
(40 cards)
Deontologie
Plichtenethiek
De juistheid van de handelingen moet worden gebaseerd op absolute gedragsregels
Consequentialisme
De juistheid van de handelingen moet worden vastgesteld op basis van de gevolgen ervan
Utilitarisme
Een vorm van consequentialisme. Volgens deze stroming moet je streven naar een zo groot mogelijk mate van geluk (zo veel mogelijk mensen gelukkig maken)
Deugdethiek
Het ontwikkelen van deugden als leidraad voor moreel handelen nemen. (eerlijkheid, moed, rechtvaardigheid en wijsheid)
Drie wetenschapsfilosofische stromingen
Positivisme, realisme en constructivisme
Positivisme (waarheid)
Waarheid ontdekken in werkelijkheid (komt overeen met observaties)
Realisme (waarheid)
Benadering van de waarheid ontdekken in de werkelijkheid (observaties worden over tijd betrouwbaarder)
Constructivisme (waarheid)
Begrip construeren over een specifieke context (afhankelijk van perspectief en context)
Pragmatisme (waarheid)
Problemen oplossen. Waarheid is wat werkt in de praktijk.
Positivisme (objectiviteit)
Objectiviteit is ideaal en haalbaar.
Subjectiviteit is slecht en een bedreiging.
Bias is een vertekening van de waarheid en moet voorkomen worden, afstand is belangrijk.
Realisme (objectiviteit)
Objectiviteit is ideaal en tot op zeker hoogte haalbaar.
Subjectiviteit is onvermijdelijk maar kan beperkt worden.
Bias moet ook beperkt worden.
Constructivisme (objectiviteit)
Objectiviteit is betwistbaar en bestaat niet echt
Subjectiviteit is onvermijdelijk en essentieel (beter begrip).
Bias is niet perse slecht
Positivisme (methode)
Eén universele methode; observatie, meting en verificatie
Realisme (methode)
Verscheidene methode, combineren is belangrijk
Constructivisme (methode)
Verscheidene methoden, welke je kiest hangt af van sociaal-cultureel en context.
Positivisme (interpretatie data)
Data is neutraal, conclusies worden afgeleid uit logica. Theorie kiezen uit observaties en meest simpel.
Realisme (interpretatie data)
Data is beïnvloed door voorkennis, aannames, instrumenten en ervaring. Conclusies eruit afleiden met huidige kennis.
Constructivisme (data)
Data wordt beïnvloed door voorkennis, aannames, instrumenten, ervaring, context en perspectief.
Bij theorie kiezen spelen waarden en belangen een rol
Positivisme (rol van waarden)
Wetenschap moet onafhankelijk zijn. Alleen wetenschappelijke waarden zijn leidend voor keuzes.
Realisme (rol van waarden)
Wetenschap moet zo onafhankelijk mogelijk zijn, in specifieke context. Voor conclusies alleen wetenschappelijke waarden. Voor andere keuzes ook morele en sociale.
Constructivisme (rol van waarden)
Wetenschap is een sociaal en cultureel proces. Alle waarden (wetenschappelijk, morele en sociale) zijn leidend in de wetenschap.
Patiëntenparticipatie
Deelname van patiënten(-organisaties) aan onderzoek, beleid en kwaliteit van zorg als partner naar wetenschappers, beleidmakers en professionals.
Doel patiëntenparticipatie
Relevantie en kwaliteit van onderzoek, zorg en leven voor de patiënt te vergroten.
Afstand tussen patiënt en onderzoeker verkleinen.
Waarom is patiëntenparticipatie nodig?
Fundamentele onderzoekers weten vaak niet wat de behoeften zijn van de patiënten.
Patiënten zijn zich niet bewust van wat er in een onderzoekslab gebeurt.
Inspiratie, communicatie in begrijpelijke taal, vergroten impact, transparantie,…