Europa - H2 Flashcards
(10 cards)
Wat zijn de twee voorwaarden voor het bestaan van een gevangenendilemma?
er moet een dominante strategie zijn voor beide spelers, en de uitkomts is nooit optimaal
Hoe worden individuele en collectieve belangen geschaad in een gevangenendilemma?
omdat er soms voor wordt gekozen om samen te werken kan dit individuele belangen schaden, want de meeste partijen kiezen toch voor de dominante strategie
Waarom biedt collectieve dwang een oplossing voor het gevangenendilemma?
omdat je dan altijd in de optimale uitkomst uitkomt
Wat zijn positieve/ negatieve externe effecten?
positieve en negatieve externe effecten zijn effecten die niet opgenomen zijn in de prijs van een product. bijvoorbeeld bij sigaretten is de prijs die mensen betalen voor behandelingen tegen longkanker niet opgenomen in de prijs en moet de maatschappij daar allemaal aan meebetalen.
Wat is de rol van de overheid/EU bij het beperken van deze negatieve externe effecten?
Ze kunnen bijvoorbeeld accijns heffen op nagatieve effecten
Wat is zelfbinding?
Bij zelfbinding bindt een partij zich vrijwillig aan het maken van een bepaalde keuze.
Wat is meeliften?
meeliften is het profiteren van iets of iemands anders prestaties zonder er zelf iets voor gedaan te hebben
Wat is een bindende afspraak?
een bindende afspraak is een afspraak waar beide partijen zich aan moeten houden. Meestal zit hier een straf of boete aan vast als je je hier niet aan houd.
Leg uit dat economische samenwerking in de EU kan leiden tot een gevangenendilemma.
Doordat er economisch een keuze moet worden gemaakt, zal er gekozen worden voor de dominante strategie, wat dus ook meeliftersgedrag kan zijn. En kan er een gevangenendilemma ontstaan.
.Wat is meelifters-gedrag en hoe kan dit in verband worden gebracht met externe effecten?
Meeliftersgedrag ontstaat wanneer iemand (gratis) kan profiteren van de aankoop/inspanning van een ander. Dit kn in verband worden gebracht door bijvoorbeeld een boete in te dienen als iemand meeliftersgedrag vertoond. Meeliftgedrag zorgt voor extra kosten (bijv milieuvervuiling) voor de maatschappij
