Brainscape's Knowledge GenomeTM


Top Flashcards (Certified)
All Flashcards

EUROPEES RECHT > Europees HC1 > Flashcards

Europees HC1 Flashcards

(45 cards)

Start Studying
1
Q

Wat heeft voorrang op nationaal recht?

A

EU-recht heeft autonomie en voorrang op nationaal recht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke belangrijke rechtspraak bevestigt dat EU-recht rechtstreeks werkt?

A

Van Gend & Loos.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke rechtspraak bevestigt de voorrang van EU-recht op nationaal recht?

A

Costa t. ENEL.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoeveel lidstaten heeft de Europese Unie?

A

27 lidstaten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoeveel officiële talen zijn er in de Europese Unie?

A

24 officiële talen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat was de reactie van de EU op de Tweede Wereldoorlog?

A

De EU als vredesproject.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de Schumanverklaring en wanneer werd deze gepresenteerd?

A

9 mei 1950: een verklaring die de basis legde voor samenwerking tussen landen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat werd opgericht in 1951?

A

Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het doel van de EGKS?

A

Economische verwevenheid om oorlog te voorkomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de verdragen van Rome?

A

Oprichting van Europese Economische Gemeenschap (EEG) en Euratom in 1957.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wanneer werd de Europese Unie formeel opgericht?

A

1992 door het Verdrag van Maastricht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat was de laatste wijziging van de EU-verdragen?

A

Verdrag van Lissabon in 2007.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn enkele tegenlagen in de EU-geschiedenis?

A

Brits lidmaatschap, EU-grondwet, Brexit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat betekent ‘supranationaal’ in de context van de EU?

A

Landen staan een deel van hun beslissingsmacht af aan een hogere instantie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is het Hof van Justitie van de EU verantwoordelijk voor?

A

Zorgt ervoor dat EU-wetten correct worden toegepast.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat houdt de term ‘intergouvernementeel’ in?

A

Landen houden volledige controle en moeten unaniem beslissen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is de rol van het Europees Parlement?

A

Het wordt rechtstreeks verkozen en beslist mee over wetgeving en begroting.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat zijn enkele uitdagingen waar de EU mee geconfronteerd wordt?

A
  • Financiële crisis 2007-08
  • Vluchtelingenstromen 2015
  • Coronapandemie 2020-2022
  • Russische invasie van Oekraïne 2022
  • Handelsoorlog Verenigde Staten 2025.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat zijn de twee hoofdrichtingen van Europese integratie?

Study These Flashcards
A
  • Verdieping
  • Uitbreiding.
20
Q

Wat betekent ‘verdieping’ in de context van de EU?

Study These Flashcards
A

Intensievere samenwerking van huidige lidstaten.

21
Q

Wat houdt ‘uitbreiding’ in voor de EU?

Study These Flashcards
A

Toelaten van nieuwe lidstaten.

22
Q

Wat zijn de eerste zes oprichters van de EU?

Study These Flashcards
A
  • België
  • Nederland
  • Luxemburg
  • Frankrijk
  • Italië
  • Bondsrepubliek Duitsland.
23
Q

Wat is artikel 50 VEU?

Study These Flashcards
A

Procedure voor een lidstaat om zich uit de Unie terug te trekken.

24
Q

Wat is het doel van artikel 1 VEU?

Study These Flashcards
A

Naar een steeds hechter verbond streven.

25
Wat zijn enkele beleidsdomeinen waarin de EU samenwerkt?
* Consumentenbescherming * Politie- en justitiezaken * Transport en luchtvaart * Geneesmiddelen.
26
Wat zijn de twee belangrijkste verdragen die de basis van de EU vormen?
* Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) * Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).
27
Wat is een schoolvoorbeeld van Europese integratie?
De euro.
28
Wat is de rol van het Hof van Justitie in de EU?
Legt EU-wetten uit en vult ze soms aan.
29
Wat is het resultaat van de uitspraak in Van Gend & Loos?
De EU heeft een eigen rechtsorde gecreëerd.
30
Wat betekent 'autonoom' in relatie tot EU-recht?
EU-recht bepaalt hoe het werkt, los van nationale wetten.
31
Wat is uniek aan de rechtsorde van de EU?
EU-recht werkt rechtstreeks in de lidstaten zonder aparte toestemming ## Footnote Dit verschilt van gewone internationale verdragen.
32
Wat betekent het dat EU-recht autonoom is?
EU-recht bepaalt zijn eigen regels en werking, los van nationale wetten ## Footnote Lidstaten mogen EU-recht niet zomaar aanpassen of negeren.
33
Welke rol speelt het Hof van Justitie van de EU?
Het Hof van Justitie bewaakt de rechtsorde en beslist over de interpretatie van EU-wetten ## Footnote Het zorgt ervoor dat lidstaten dezelfde regels volgen.
34
Wat verliezen lidstaten door de voorrang van EU-recht?
Lidstaten verliezen een deel van hun soevereiniteit en beslissingsmacht ## Footnote Dit geldt vooral op gebieden waar de EU bevoegd is.
35
Wat zijn de drie voorwaarden voor rechtstreekse werking van een verdragsbepaling?
* Bepaling moet duidelijk en nauwkeurig zijn * Bepaling moet onvoorwaardelijk zijn * Geen mogelijk voorbehoud door lidstaten ## Footnote Als aan deze voorwaarden is voldaan, kan de bepaling rechtstreeks worden toegepast.
36
Wat staat er bovenaan de hiërarchie der normen van EU-recht?
Primair recht, waaronder verdragen en het Handvest van de Grondrechten ## Footnote Dit vormt de basis van EU-recht.
37
Wat valt onder secundair recht volgens art. 288 VWEU?
* Verordeningen * Richtlijnen * Besluiten * Niet-bindende aanbevelingen en adviezen
38
Wat is het verschil tussen een verordening en een richtlijn?
Een verordening werkt rechtstreeks, terwijl een richtlijn doelen geeft die lidstaten zelf moeten omzetten ## Footnote Lidstaten hebben dus meer vrijheid bij richtlijnen.
39
Wat is een exclusieve bevoegdheid van de EU?
Bijvoorbeeld de douane-unie ## Footnote Dit betekent dat alleen de EU hierin kan optreden.
40
Wat houdt het beginsel van subsidiariteit in?
De EU mag alleen optreden als lidstaten het niet efficiënt zelf kunnen ## Footnote Dit is vastgelegd in art. 5(3) VEU.
41
Wat zijn de criteria van het beginsel van evenredigheid?
* Geschiktheid * Noodzakelijkheid * Voordelen wegen op tegen nadelen ## Footnote Dit is vastgelegd in art. 5(4) VEU.
42
Wat is de gewone wetgevingsprocedure volgens art. 294 VWEU?
* Commissie doet voorstel * Europees Parlement en Raad beslissen samen * Bemiddeling indien nodig
43
Wat zijn de bronnen van EU-recht?
Primair recht, secundair recht, internationale akkoorden
44
Wat zijn belangrijke overwegingen voor EU-maatregelen?
Bevoegdheid, subsidiariteit, evenredigheid
45
Hoe maakt de EU wetten?
Vooral via de gewone wetgevingsprocedure met Commissie, Europees Parlement en Raad

EUROPEES RECHT (5 decks)

Brainscape helps you reach your goals faster, through stronger study habits.
© 2025 Bold Learning Solutions. Terms and Conditions