EXAMEN Flashcards

(189 cards)

1
Q

Wat is aardrevolutie?

A

het draaien van de Aarde rond onze Zon
(één revolutie duurt iets langer dan 365 dagen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

het draaien van de Aarde rond onze Zon
(één revolutie duurt iets langer dan 365 dagen)

A

aardrevolutie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat leidt ertoe dat de afstand tussen de Zon en de aarde (licht) varieert?

A

de elliptische vorm van de aardbaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is perihelium?

A

punt waarbij de Aarde zich het DICHTST bij de
Zon bevindt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

punt waarbij de Aarde zich het DICHTST bij de
Zon bevindt

A

perihelium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wanneer vind de perihelium plaats?

A

3 januari

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de afstand tussen Zon-Aarde bij perihelium?

A

147 miljoen km

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is aphelium?

A

punt waarbij de Aarde zich het VERST van de
Zon bevindt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

punt waarbij de Aarde zich het VERST van de
Zon bevindt

A

aphelium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wanneer vind de aphelium plaats?

A

4 juli

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de afstand tussen Zon-Aarde bij aphelium?

A

152 miljoen km

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wanneer leefde Johannes Kepler?

A

1571-1630

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wie was Johannes Kepler?

A

een Duitse astronoom die vooral bekend werd door zijn studie van de hemelmechanica met name de berekening van de planeetbewegingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de wetten van Kepler?

A

drie natuurkundige wetten die de baan en de beweging van een hemellichaam om een ander hemellichaam beschrijven (bv. Aarde om Zon):
1. brandpunten
2. perkenwet
3. harmonische wet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat houdt de eerste wet van Kepler in?

A

dat planeten rond de Zon bewegen in elliptische banen waarbij de Zon zich in één van de twee brandpunten van de ellips bevindt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zegt de tweede wet van Kepler?

A

dat de snelheid van een planeet in haar baan rond de Zon varieert zodat de oppervlaktes van de zogenaamde perken gelijk blijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat zijn perken?

A

oppervlaktes waarbij de twee rechte benen gelijk zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Verklaar de tweede wet van Kepler.

A
  • OPPERVLAKTE perk 1 is GELIJK AAN OPPERVLAKTE perk 2
  • omtrek die gevormd wordt op de planeetbaan is LANGER
    bij PERK 2 dan bij PERK 1, maar beide omtrekken worden
    afgelegd in DEZELFDE tijd > planeet gaat sneller bij perk 2
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Waartoe leidt de elliptische vorm van de aardbaan?

A

dat de lengte van seizoenen
varieert
: op noordelijk halfrond is winter = 89 dagen, zomer = 93 dagen, 14 uur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Verklaar het duurverschil tussen de seizoenen (+welke wet).

A

2de wet van Kepler = perkenwet
-> hoe DICHTER de Aarde rond de Zon draait, hoe SNELLER ze
zal passeren en hoe VERDER, hoe TRAGER ze zal passeren!
> Aarde staat dichter bij Zon in onze winter > winter is korter
(zuidelijk halfrond: omgekeerd!)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat zegt de 3de wet van Kepler?

A

dat het kwadraat van de
omlooptijd van een planeet rond de Zon (P) recht evenredig is met de derde
macht
van de gemiddelde afstand tot de Zon in AE (a)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat is de formule van de derde wet van Kepler?

A

P^2 = a^3
(P = omlooptijd om de Zon, a = afstand tot de Zon)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Maak de oefeningen over de derde wet van Kepler.

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Geef een synoniem voor een zonnejaar.

A

tropisch jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Wat is een zonnejaar (tropisch jaar)?
periode waarin de Aarde één keer rond de Zon draait (= **1 aardrevolutie**)
26
Geef een synoniem voor de 3de wet van Kepler.
**harmonische** wet
27
Wat is de exacte duur van een zonnejaar?
365 dagen, 5 u., 48 min. en 45 sec.
28
Wat zijn de twee bekendste kalenders?
de **Juliaanse** en **Gregoriaanse kalender**
29
Wat hebben zowel de Juliaanse als Gregoriaanse kalender geprobeerd?
het **kalenderjaar zoveel mogelijk aan te passen** aan het **zonnejaar** (365 dagen en iets minder dan 6 uur)
30
Naar welke personen zijn de Juliaanse en Gregoriaanse kalender vernoemd?
Julius Caesar en paus Gregorius XIII
31
Wat is de oudste kalender?
**Juliaanse** kalender
32
# Wie? + wanneer? (tijd en ruimte): Juliaanse kalender
generaal Julius Caesar → 45 v. Chr.
33
Welke correctie deed de Juliaanse kalender?
invoering van schrikkeljaar in jaren die **deelbaar** zijn **door 4** (bv. 2020, 2024, etc.)
34
Wat was het probleem met de Juliaanse kalender?
dat er te veel tijd werd bijgeteld, want de waarde is **niet exact 6 uur**, maar **iets minder dan 6 uur**!
35
Wat is de jongste/huidige kalender?
**Gregoriaanse** kalender
36
# wie? + wanneer (tijd en ruimte) Gregoriaanse kalender
Paus Gregorius XIII → 1582
37
Welke correctie deed de Gregoriaanse kalender?
**EEUWJAREN** die **NIET deelbaar** zijn **door 400** zijn **GEEN SCHRIKKELJAAR** meer (bv. 2100: geen schrikkeljaar)
38
Wat besliste paus Gregorius XIII in 1582?
dat de heersende **Juliaanse kalender** diende **aangepast** te worden (omdat er **iets te veel tijd werd bijgeteld**).
39
Hoe paste paus Gregorius XIII de kalender aan voor één keer?
**4de oktober** moest **gevolgd** worden **door de 15de!**
40
Waarom liet paus Gregorius XIII 10 dagen weg?
het zorgde ervoor dat **het** natuurlijke **begin van** de **lente** in plaats van op **11 maart teruggebracht werd naar 21 maart.**
41
Bespreek waarom sommige landen hebben gewacht tot 1700 of zelfs later om de aanpassing van de Gregoriaanse kalender in te voeren.
nieuwe Gregoriaanse kalender was een **katholieke** kalender > **niet-katholieke landen** wachten **langer** (Griekenland in 1923)
42
Bespreek waarom het volk boos was door de invoering van de nieuwe kalender.
**landheren** wouden dat het volk hun **pacht** (= huur) betaalde voor de gronden voor de **10 niet bestaande dagen**
43
# Noteer of het jaar een schrikkeljaar was/wordt en bespreek waarom. 2024
WEL → waarom?: het is een jaar dat deelbaar is door 4 (regel van de Juliaanse kalender)
44
# Noteer of het jaar een schrikkeljaar was/wordt en bespreek waarom. 1700
NIET → waarom?: is een EEUWJAAR dat niet deelbaar is door 400 (extra correctie van de Gregoriaanse kalender)
45
# Noteer of het jaar een schrikkeljaar was/wordt en bespreek waarom. 1600
WEL → waarom? is een EEUWJAAR dat WEL deelbaar is door 400 (extra correctie van de Gregoriaanse kalender)
46
Waardoor ontstaan de seizoenen?
door de aardrotatie en de **scheve stand** van de **aardas**
47
Wat is het eclipticavlak (ecliptica)?
**denkbeeldige vlak** waarin de Aarde en andere planeten **draaien** in hun baan **rond de Zon**
48
Wat is de inclinatiehoek?
**hoek** tussen **aardas** en **loodlijn** (loodrecht op eclipticavlak) – deze bedraagt bij de Aarde 23°27’!
49
Wat is een dagboog?
de **schijnbare** beweging van de **Zon** van oost naar west **aan de hemel**
50
Wat is dee culminatiehoogte?
het moment waarop de Zon haar **grootste hoogte** bereikt **boven** de horizon – de Zon **culmineert**
51
Wat is de zenit van de Zon?
punt waarop de Zon loodrecht staat
52
Hoe bereken je de culminatiehoogte?
= 90° - l(gegeven breedtegraad - breedtegraad waarop de Zon in zenit staat)I
53
Maak de voorstelling van het begin van de zomer (NH: 21/06) en duid de gevraagde elementen aan op de schets.
p. 43
54
Maak de voorstelling van het begin van de winter (NH: 22/12) en duid de gevraagde elementen aan op de schets.
p. 44
55
Maak de voorstelling van het begin van de lente (NH: 21/03) en duid de gevraagde elementen aan op de schets.
p. 45
56
Maak de voorstelling van het begin van de herfst (NH: 23/09) en duid de gevraagde elementen aan op de schets.
p. 46
57
Van welke twee bewegingen kent de Aarde gevolgen?
aardrevolutie en aardrotatie
58
Wat is aardrotatie?
het draaien van de Aarde om haar **eigen as** (één volledige rotatie duurt 23 uur en 56 min.)
59
Waarvoor is Leon Foucault bekend?
voor het experiment **slinger van Foucault** (1851) in het **Franse Pantheon**.
60
Geef het bewijs van de slinger van Foucault.
Foucault hing in Parijs een pendel (slinger) aan het plafond van het Pantheon → deze slinger voerde een heenen weergaande beweging uit met **VOLLEDIGE omwenteling** in **één dag** (ca. 24u) → **BEWIJS voor aardrotatie!**
61
Wie was Leon Foucault (1819-1868)?
een **Franse** natuurkundige die een **instrument** ontwikkelde (slinger van Foucault) waarmee de draaiing van de Aarde **bewezen** werd.
62
Bespreek hieronder de kenmerken van het experiment van Foucault.
* 1ste demonstratie slinger in **1851** * zware **bol**, lang **touw** * met een **magnetische aandrijving** * via **elektromagneet** rond de kabel
63
De aardrotatie zorgt voor een lichte verandering van onze aardvorm door...
polaire afplatting
64
Wat is polaire afplatting?
verschijnsel waarbij de Aarde **PLATTER** is aan de **polen** dan aan de evenaar (wijkt af van een perfecte bol)
65
Waardoor ontstaat de polaire afplatting?
**door** het **verschil** in **omwentelingssnelheid** rond de aardas – **grotere** snelheid aan de **evenaar** – hierdoor is de **Aarde** in het **begin van haar ontstaan niet correct kunnen afkoelen** tot een **perfecte BOLVORM**
66
Met welke breuk komt de polaire afplatting mathematische gezien overeen?
1/298 (FORMULE polaire afplatting: f = (a-b) / a waarin: f = polaire afplatting a = equatoriale straal, b = polaire straal oplossing: (6378 – 6357) / 6378 = ca. 1/298)
67
Wat zijn de gevolgen van de aardrotatie?
- polaire afplatting - indeling tijdzones
68
Hoe breed is 1 tijdzone?
15° breed
69
Waarom is 1 tijdzone 15° breed?
in 24 uur heeft de Aarde 360° om haar eigen as gedraaid zodat **in 1 uur 15°** afgelegd wordt
70
Waarmee wordt de standaardtijd van de tijdzones aangeduid?
met **GMT** (= WET en UT)
71
Waarvoor staan GMT, WET en UT?
* GMT = Greenwich Mean Time * WET = Western European Time * UT = Universal Time
72
Wat heeft de tijdzone van België bepaalt?
de complexe **geschiedenis** van **WO II**
73
Welke tijdzone zou België geografisch gezien moeten volgen?
WET
74
Waarom hanteren België en haar buurlanden de tijdzone CET, en niet WET?
**Duitse** bezetter heeft in 1940 besloten dat België zich moest aansluiten aan de **tijdzone van Duitsland (CET)** (CET = Central European Time) (CET = WET+1)
75
Rond welke eilanden was er problematiek voor de indeling van de tijdzones?
**Samoa** en **Tokelau** (Stille Oceaan)
76
Hoe hebben Samoa en Tokelau besloten om de problematiek van de tijdzones aan te pakken?
per **29 december 2011** besloten beide **eilanden** (**Samoa en Tokelau**) om over te stappen van de westelijke (Amerika) **naar de oostelijke** (Azië) kant
77
Waarom besloten Samoa en Tokelau om over te stappen van de westelijke (Amerika) naar de oostelijke (Azië) kant?
vergemakkelijkte het zakendoen met voornaamste handelspartners **Australië** en **Nieuw-Zeeland** (ERVOOR: Samoa liep 21u achter op Sydney, NA: 3u voor)
78
Maak de opdrachten rond het bepalen van de snelheid van de aardrotatie op pagina 49.
79
Welke bijzondere rotatie voert de Maan uit?
een synchrone rotatie
80
Wat is een synchrone rotatie (Maan)?
rotatie van de Maan rond haar as **duurt even lang** als omwenteling van de Maan om de Aarde
81
Wat is het gevolg van de synchrone maanrotatie?
dat we **altijd dezelfde kant** van **onze Maan** waarnemen (maanrotatie = maanrevolutie)
82
Maak een schets waarop de vier schijngestalten van de Maan staan en zorg voor de aanduiding van onderstaande elementen. * schets de Aarde in het midden van de schets * schets de instraling van de Zon door middel van GELE PIJLEN (bovenaan) * schets de vier schijngestalten van de Maan door de belichte helft GEEL te kleuren (indien aanwezig) en benoem de vier schijngestalten op de schets
zie pagina 50
83
Waartoe leidt de getijdenwerking op onze Aarde?
tot de vorming van twee vloedbergen
84
Welke twee vloedbergen zijn er?
- vloedberg **aan de kant van** de Maan: door **zwaartekracht** van de Maan (Fz) → Maan trekt het water van de Aarde aan - vloedberg aan de kant weg van de Maan: door **middelpuntvliedende kracht** (Fmpv) → kracht die ervoor zorgt dat het water uit “de bocht vliegt” weg van het centrum (ook: slazwierder) (SYNONIEM = centrifugale kracht)
85
Waarom heeft de Maan geen atmosfeer?
Maan heeft te **kleine massa** waardoor de **zwaartekracht** te **klein** is voor het vasthouden ervan
86
Wat zijn de gevolgen (2) van dat de Maan geen atmosfeer heeft?
* temperatuur: er is een **groot temperatuurverschil** tussen **dag en nacht** omdat er **GEEN atmosfeer** is die deze **warmte vasthoudt en verspreidt** -> **maandag** = ca. 170°C vs. **maannacht** = ca. -120°C * reliëfstructuur: het oppervlak is **sterk** getekend door **meteorietinslagen** -> geen atmosfeer -> meteoroïden kunnen NIET opbranden
87
Welke twee dominante reliëfoppervalkten kent de Maan?
mariagebieden en terraegebieden
88
Wat zijn mariagebieden?
**donkere, diepere** vlakken op de Maan
89
Hoe zijn mariagebieden ontstaan?
botsing Maan en **grote planetoïde** zorgt ervoor dat **magma** uit mantel komt en krater vult + daarna stolling
90
Wat zijn terraegebieden?
**lichtkleurige, minder** diepe vlakken
91
Hoe zijn terraegebieden ontstaan?
botsing Maan en **KLEINERE planetoïden** (niet genoeg kracht om magma uit mantel te doen vloeien)
92
Wat is de leeftijd van de Zon (tot op 2 decimalen nauwkeurig)?
4,59 miljard jaar
93
Wat is de massa van de zon (in vergelijking met onze Aarde)?
333000 x onze Aarde
94
Wat is de diameter van de zon (in vergelijking met de Aarde)?
109 x onze Aarde
95
Wat is de oppervlaktetemperatuur van de zon (tot op 1000°C)?
6000° C
96
Wat is de kerntemperatuur van de Zon (tot op 1 miljoen° C)?
15 miljoen °C
97
Wat zijn de drie onderdelen van inwendige structuur van Zon?
kern, stralingszone en convectiezone
98
Wat zijn de drie onderdelen van onze zonneatmosfeer?
fotosfeer, chromosfeer en corona
99
Welke onderdelen zijn er nog in de zonneatmosfeer, behalve de fotosfeer, de chromosfeer en de corona?
zonnevlek, granulatie en protuberans (= zonnevlam)
100
Wat is een zonnevlek?
**donkere vlek** op het oppervlak van de Zon die relatief gezien **kouder** is (ca. 4000°C) dan het **zonneoppervlak** (ca. 6000°C)
101
Wat is granulatie (granulatiekorrels)?
relatief **kleine gebieden** in het oppervlak van de Zon die zonneoppervlak een **korrelige structuur** geven
102
Wat is de functie van de zonnekern?
locatie waarin waterstofkernen omgezet worden **in heliumkernen** (kernfusie) waardoor heel veel **energie vrijkomt**
103
Wat is de functie van de stralingszone (=1e transportzone)?
zone waarin transport van energie door middel van straling plaatsvindt – foton per foton
104
Wat is de duur vnan het energietransport in de stralingszone?
lang (ca. 100 000 jaar)
105
Wat is de functie van de convectiezone (= 2de transportzone)?
zone waarin het transport van energie gebeurt door het omhoogschieten van gasbelletjes (= convectiecellen)
106
Wat is de duur vnan het energietransport in de convectiezone?
heel kort (ca. 1 week)
107
Benoem hier op de linkse figuur de drie onderdelen van de interne structuur van onze Zon en maak dan rechts een schets ervan in een taartsnede.
zie pagina 53
108
Wat zijn de kenmerken van de fotosfeer van de Zon?
- zichtbaarheid van (donkere) **ZONNEVLEKKEN** – ong. 4000°C - korrelig (= **GRANULATIE**) door opborrelende convectiecellen - gemiddelde temperatuur van die fotosfeer bedraagt 6000°C
109
Wat zijn de kenmerken vanv de chromosfeer van de Zon?
hier vinden extreme ontploffingen plaats (in de **vorm van protuberansen**) ➔ gemiddelde **temperatuur** bedraagt **12.000°C**
110
Wat zijn de kenmerken van de corona van de Zon?
- buitenste deel van de 3-delige zonneatmosfeer (= reikt verst) - enorme dikte van ca. 1 tot 10 miljoen km - gemiddelde temperatuur van deze “krans” = één miljoen °C - normaliter is de corona enkel zichtbaar bij een volledige **zonsverduistering** of met behulp van een **coronagraaf** (instrument om corona waar te nemen)
111
Benoem hier op de linkse figuur de drie onderdelen van de interne structuur van onze Zon en maak dan rechts een schets ervan in een taartsnede.
Zie cursus pagina 54
112
Wat is meteorologie?
wetenschap die het **weer** bestudeert (Fr: **météo**)
113
wetenschap die het **weer** bestudeert (Fr: **météo**)
meteorologie
114
Wat is klimatologie?
wetenschap die het **klimaat** bestudeert
115
wetenschap die het **klimaat** bestudeert
klimatologie
116
Wat is het weer?
toestand van de atmosfeer op een **bepaalde plaats** en op een **bepaald moment**
117
Wat is het klimaat?
gemiddelde weertoestand gedurende een **langere tijd** -> meestal 30 jaar
118
Noteer bij de Aarde de belangrijkste chemische elementen van hun planeetatmosfeer van boven naar onder.
78% stikstofgas (N2) 21% zuurstofgas (O2) 1% argon (Ar) 0,04% koolstofdioxide (broeikasgas!) (CO2) (+ sporengassen: neon, helium, methaan, lachgas)
119
Noteer bij Mars de belangrijkste chemische elementen van hun planeetatmosfeer van boven naar onder.
96% koolstofdioxide (CO2) 3% stikstofgas (N2)
120
Wat is er opvallend tussen de atmosfeer van Aarde vs. Mars?
onze aardatmosfeer bevat heel veel N2 en heel weinig CO2 -> Mars is **omgekeerd**!
121
Noteer bij Jupiter de belangrijkste chemische elementen van hun planeetatmosfeer van boven naar onder.
90% waterstofgas (H2) 10% helium (He)
122
In welke 5 lagen wordt de aardse atmosfeer ingedeeld op basis van de temperatuurvariatie?
1. troposfeer 2. stratosfeer 3. mesosfeer 4. thermosfeer 5. exosfeer
123
Wat is een pauze?
overgang van de ene laag naar de andere (bv. tropopauze = overgang van de troposfeer naar de stratosfeer)
124
Wat zijn de hoogte en functie van de troposfeer?
- hoogte: 0 tot 8/15 km (temperatuur daalt) - functie: aanwezigheid van **weersprocessen** zoals **wind** en **neerslagvormen**
125
Wat zijn de hoogte en functie van de stratosfeer?
- hoogte: 15 tot 50 km (temperatuur stijgt) - functie: aanezigheid van ozonlaag -> zorgt voor **absorptie van schadelijke uv-stralingen** (= ultraviolet)
126
Wat zijn de hoogte en functie van de mesosfeer?
- hoogte: 50 tot 85 km (temperatuur daalt) - functie: **opbranden van meteoren** die in de **atmosfeer** terechtkomen door de **aantrekkingskracht van de Aarde**
127
Wat zijn de hoogte en functie van de thermosfeer?
- hoogte: 85 tot 500 km (temperatuur stijgt) - functie: **terugkaatsing van radiogolven** naar de Aarde, hierdoor kunnen **kortegolfzenders ontvangen worden**
128
Wat zijn de hoogte en functie van de exosfeer?
- hoogte: 500 tot 10000 km (temperatuur stijgt) - functie: deze **laag vormt** de **overgang van de atmosfeer naar de ruimte** -> **in deze laag** zijn **weinig deeltjes aanwezig** zodat ze door de laag kunnen **bewegen zonde rmet mekaar te botsen**
129
In welke 2 lagen is de aardse atmosfeer ingedeeld op basis van de chemische samenstelling?
1. homosfeer 2. heterosfeer
130
Geef de hoogte, sferen en stabiliteit van de gassen van de homosfeer.
- hoogte: 0 tot 85 km - deze sfeer omvat: troposfeer, stratosfeer en mesosfeer - stabiliteit gassen: in deze laag zijn de verhoudingen tussen stikstofgas (N2) en zuurstofgas (O2) **STABIEL** -> in deze laag bevindt zich dus veel MEER stikstofgas en veel MINDER zuurstofgas
131
Geef de hoogte, sferen en stabiliteit van de gassen van de heterosfeer.
- hoogte: 85 tot 10000 km - deze sfeer omvat: thermosfeer en exosfeer - stabiliteit gassen: in deze laag zijn de verhoudingen tussen stikstofgas (N2) en zuursotfgas (O2) **NIET STABIEL** -> in deze laag neemt het zuurstofgas (O2) steeds meer toe met de hoogte
132
Hoe heet het poollicht aan de noordpool (Nederlands en Latijn)?
Ned.: **noorderlicht** Lat.: AURORA BOREALIS
133
Hoe heet het poollicht aan de zuidpool (Nederlands en Latijn)?
Ned.: **zuiderlicht** Lat.: AURORA AUSTRALIS
134
Uit welke drie stappen bestaat het ontstaansproces van poollicht aan polaire gordels?
1. **zonnewind**, bestaande uit geladen deeltjes wordt door de Zon uitgestraald 2. geladen deeltjes worden afgebogen richting de polen door het magnetisch veld van de Aarde 3. deze geladen deeltjes van de **ZONNEWIND** reageren met de geladen deeltjes van de **AARDATMOSFEER** waardoor een chemische reactie ontstaat (en dus het poollicht wordt gevormd)
135
Maak een schets van het ontstaansproces van het poollicht (aurora) en benoem de vaktermen uit de uitleg.
p. 6
136
Wat is de brutoformule van ozon?
O3
137
Naar waar verwijst het Griekse ozein (= ruiken) bij ozon?
de prikkelende geur van ozon
138
Welke twee soorten ozon zijn er, afhankelijk van de locatie?
- troposferisch ozon (10%) - stratosferisch ozon (90%)
139
Is troposferisch ozon positief of negatief voor de gezondheid? Waarom?
**NEGATIEF:** zorgt voor **vorming** van **smog** wat leidt tot aandoeningen zoals **oogirritaties** en **ademhalingsproblemen**
140
Is stratosferisch ozon positief of negatief voor de gezondheid? Waarom?
POSITIEF: zorgt voor **absorptie van schadelijke uv-straling** (= vermindert de kans op huidkanker)
141
In welke twee concrete stappen verloopt de vorming van ozon?
1. Uv-straling zorgt ervoor dat een zuurstofmolecuul (=O2) in twee zuurstofatomen (=O) uiteenvalt; 2. Vervolgens bindt een enkel zuurstofatoom (=O) met een resterend zuurstofmolecuul (O2)
142
Waar komt de ozonlaag voor?
in de stratosfeer
143
Welke twee belangrijke functies heeft de ozonlaag?
- **absorbeert** 96 tot 99% van de **schadelijke uv-straling** -> zorgt voor **bescherming tegen huidkanker** - **ozonlaag houdt een enorme hoeveelheid warmte vast**
144
Wat is het "gat" in de ozonlaag?
een locatie in de ozonlaag waar ozonconcentratie STERK verminderd is
145
Waar vindt de grootste ozonafbraak plaats? Waarom?
- boven onze **ZUIDPOOL** - omdat ozonafbraak enkel bij zeer lage temperatuur mogelijk is en Antarctica het **koudste continent** ter wereld is (kouder dan noordpool)
146
In welk seizoen vindt de grootste ozonafbraak plaats? Waarom?
**LENTE**, omdat er voor de afbraak van ozon **voldoende zonlicht (uv-licht)** moet zijn, maar de **temperatuur ook nog voldoende laag**;
147
Wat zijn CFK's?
- chloorfluorkoolwaterstoffen - **chemische verbindingen** die zorgen voor de **afbraak van ozon**
148
Waar komen CFK's voor?
in **producten met drijfgassen** zoals deodorantbussen en brandblusapparaten (vroeger ook in oude koelmiddelen van oude koelkasten)
149
In welke twee concrete stappen verloopt de afbraak van ozon?
- onder **invloed van uv-straling** zullen in **CFK's chlooratomen** vrijkomen - een **chlooratoom (Cl) bindt** met een **zuurstofatoom** (O) en **zorgt zo voor afbraak van het ozonmolecuul (O3)**
150
Wat is het Montrealprotocol (Canada, 1989)?
gesloten overeenkomst om ozonaantastende stoffen (bv. deodorants) te verminderen en verbieden (zoals CFK's)
151
Wat was het effect van het Montrealprotocol?
de evolutie van het blauwe vak tussen 2000 en 2017 toont aan dat **ozonafbraak** langzaamaan **vermindert**
152
Wat is Dobson Unit (DU)?
**eenheid** die gebruikt wordt voor de meting van de dikte van de ozonlaag (in mm)
153
Wat is de concrete waarde van 100 DU?
1 mm dikte van de ozonlaag
154
Bespreek de ozonconcentratie tussen ca. 1990 en 2010.
- **schommelde** rond de 100 DU - er was dus **in die periode** nog een duidelijke **ozonafbraak**
155
Wat is luchtdruk?
gewicht van lucht op het aardoppervlak
156
Bespreek de ozonconcentratie na 2010.
na 2010 is er een **voorzichtig herstel van ozon** begonnen, maar het **zal nog duren tot ong. midden deze eeuw** om **terug op het peil van 1960** te zitten -> conclusie: herstel van de ozon is bezig, maar is TRAAG (!)
157
Waarmee wordt luchtdruk gemeten?
met een barometer
158
Wat is de eenheid van luchtdruk?
hectopascal (hPa) -> Blaise Pascal
159
Wat is de gemiddelde luchtdruk op zeeniveau?
1013 hPa (standaard)
160
Hoe noemen we gebieden met een hogere luchtdruk dan gemiddelde luchtdruk (1013 hPa)?
Hogedrukgebied / maximum / anticycloon
161
Hoe noemen we gebieden met een lagere luchtdruk dan gemiddelde luchtdruk (1013 hPa)?
Lagedrukgebied / minimum / depressie
162
Waarvoor dient de proef van de maagdenburgse Halve Bollen en door wie werd het uitgevoerd?
- uitgevoerd door Duitse burgemeester van Maagdenburg en natuurkundige Otto van Guericke (1654) - dient als eerste bewijs voor het aantonen dat lucht een MASSA heeft
163
Beschrijf de concrete uitvoering van de proef van de Maagdenburgse Halve Bollen.
twee losse halve bollen duwen tegen mekaar en ruimte ertussen wordt vacuüm gezogen -> conclusie: door **DRUK van de buitenlucht** blijven ze aan mekaar
164
Geef de definitie van wind.
verplaatsing van luchtdeeltjes van een HOGEDRUKGEBIED naar een LAGEDRUKGEBIED
165
Wat is de invloed van aardrotatie op wind?
luchtmassa's worden afgebogen (in verschillende richting afhankelijk van het halfrond)
166
Beschrijf de wind op het noordelijk halfrond.
lucht vertrek van hogedrukgebied in **wijzerszin** en komt aan in een lagerdrukgebied in **tegenwijzerzin**.
167
Beschrijf de wind op het zuidelijk halfrond.
lucht vertrek van hogedrukgebied in **tegenwijzerszin** en komt aan in een lagedrukgebied in **wijzerszin**
168
Bespreek volledig hoe men aan de hand van een foto kan weten op welk halfrond orkaan Elena raasde in 1985.
- orkaan = altijd een LAGEDRUKGEBIED - lucht komt op de foto aan in **TEGENWIJZERSZIN**! - orkaan bevindt zich op het **NOORDELIJK** halfrond
169
Wie is de grondlegger van de wet van Buys Ballot (1857)?
de Nederlandse meteoroloog Buys Ballot
170
Wat is de wet van Buys Ballot?
= door de **aardrotatie waait de wind** op het **NOORDELIJK** halfrond van een hoge- naar een lagedrukgebied met afwijking naar **rechts**
171
Wat is het weerbeeld bij een hogedrukgebied?
- hoofdzakelijk GEEN bewolking (= zonnig) - reden? lucht daalt -> wolken lossen op!
172
Wat is het weerbeeld bij een lagedrukgebied?
- hoofdzakelijk WEL bewolking - reden? lucht stijgt -> lucht KOELT AF vanaf een bepaalde hoogte -> zorgt voor condensatie -> vorming van WOLKEN
173
Bekijk het algemeen atmosferisch circulatiemodel: - drukgebieden - thermisch/dynamisch - circulatiecellen - passaatwinden - onze regio - windstille zones
p. 13
174
Is het THERMISCH polair maximum een lagedrukgebied of hogedrukgebied?
hogedrukgebied
175
Is het DYNAMISCH subpolair minimum een lagedrukgebied of hogedrukgebied?
lagedrukgebied
176
Is het DYNAMISCH subtropisch maximum een lagedrukgebied of hogedrukgebied?
hogedrukgebied
177
Is het THERMISCH equatoriaal minimum een lagedrukgebied of hogedrukgebied?
lagedrukgebied
178
Op welke twee manieren kunnen hier drukgebieden ontstaan?
thermisch en dynamisch
179
Wat zijn thermische drukgebieden? + vb.
drukgebieden die ontstaan door verschillen in temperatuur (bv. extreme koude en extreme warmte); - bv. thermisch polair maximum (ontstaat door extreme KOUDE -> koude lucht zal dalen + hoge druk uitoefenen op aardoppervlak) - bv. thermisch equatoriaal minimum (ontstaat door extreme WARMTE -> warme lucht zal stijgen + lage druk uitoefenen op oppervlak)
180
Wat zijn dynamische drukgebieden? + vb.
drukgebieden die ontstaan door beweging van luchtlagen door CIRCULATIECELLEN in atmosfeer - bv. drukgebieden aan 30° en 60°
181
Welke drie circulatiecellen zijn er?
- HADLEYCEL (= subtropische cel) - FERRELCEL (= gematigde cel) - POLAIRE CEL
182
Wat zijn passaatwinden?
winden die waaien in gebieden tussen ongeveer 30° noorderbreedte en 30° zuiderbreedte
183
Welke twee passaatwinden zijn er?
- noordoostpassaat -> wind tussen evenaar en 30°N vanuit noordoosten - zuidoostpassaat -> wind tussen evenaar en 30°S vanuit zuidoosten
184
Wat is de Engelse benaming voor passaatwinden? Waarom?
TRADEWINDS: - verwijst naar functie van deze winden voor handel - passaten zorgden voor de vaart van handelsschepen van Europa naar Azië
185
Wat is het coriolis-effect?
De winden gaan niet recht van hoge- naar lagedrukgebieden, maar buigen af door de aardrotatie
186
Wat zijn de belangrijkste (bijna) windstille zones?
de doldrums en de paardenbreedten
187
Wat is de paardenbreedten en waarom is het windstil?
= (bijna) **windstille zone** rond 30°N en 30°S -> windstil omdat winden die mekaar daar ontmoeten een **TEGENGESTELDE richting** hebben (NO vs. ZW)
188
Waarvan komt de naam 'paardenbreedten'?
een **legende** zegt dat zeelieden hier drinkwater wilden besparen en daarom hun paarden overboord gooiden
189
Wat is doldrums?
WINDSTILLE zone rond de evenaar