folder 1 deel 2 woordenschat eng - ned Flashcards
(111 cards)
1
Q
an amphibian
A
een amfibie
2
Q
an ape
A
een mensaap
2
Q
an ape
A
een mensaap
3
Q
a bird
A
een vogel
4
Q
a bird of prey
A
een roofvogel
5
Q
a coat
A
een pels
6
Q
a fish
A
een vis
7
Q
fur
A
vacht
8
Q
a gill
A
een kieuw
9
Q
health
A
gezondheid
10
Q
an invertebrate
A
een ongewervelde
11
Q
a mammal
A
een zoogdier
12
Q
mane
A
manen
13
Q
a monkey
A
een aap
14
Q
plumage
A
gevederte
15
Q
a prey
A
een prooi
16
Q
a pride
A
een troep
17
Q
a reptile
A
een reptiel
18
Q
a species
A
een soort, een ras
19
Q
to behave
A
gedragen
20
Q
to breathe
A
ademen
21
Q
to chase
A
achtervolgen
22
Q
to dwell
A
rondhangen, zich bevinden
23
Q
to intimidate
A
intimideren, afschrikken
24
to pose (a question)
stellen, vormen
25
to produce
voortbrengen, produceren
26
to quarrel
ruziën, bekvechten
27
to withdraw
terugtrekken
28
distinctive
kenmerkend, uitgesproken
29
fierce
heftig, vurig, boos
30
gentle
zachtaardig
31
intimidating
intimiderend, afschrikwekkend
32
neat
netjes, ordelijk
33
spotted
gestipt, gevlekt
34
striped
gestreept
35
thus
dus, daardoor
36
to be related to
verwant zijn aan
37
to play pranks (on)
grappen uithalen
38
a bark
een blaf
39
a bite
een beet
40
to bark
blaffen
41
adaptable
aanpasbaar, flexibel
42
adorable
schattig, snoezig, vertederend
43
adventurous
avontuurlijk
44
aggressive
agressief
45
agitated
gejaagd, gestrest, opgewonden
46
athletic
atletisch
47
attractive
aantrekkelijk
48
brave
dapper, moedig
49
broad-minded
ruimdenkens
50
caring
zorgzaam
51
cautious
voorzichtig, waakzaam
52
charming
charmant
53
clever
slim, verstandig
54
competent
geschikt, bekwaam
55
courageous
dapper
56
curious
nieuwschierig
57
curious
nieuwschierig
58
dashing
heel knap en vol vertrouwen
59
deadly
dodelijk
60
dedicted
toegewijd
61
docile
tam, gewillig
62
dominant
overheersend, superieur
63
efficient
efficiënt, doeltreffent
64
emotional
emotioneel, gevoelig
65
energetic
dynamisch, energiek
66
fashionable
trendy, modieus, hip
67
fearsome
schrikwekkend
68
feminine
vrouwelijk
69
flexible
flexibel
70
frightening
angstaanjagend
71
generous
vrijgevig
72
helpful
behulpzaam
73
honest
eerlijk
74
immature
onvolwassen
75
likeable
symphatiek, aardig, lief
76
loving
liefdevol
77
masculine
mannelijk
78
mean
gemeen
79
modest
bescheiden
80
optimistic
optimistisch
81
patient
geduldig
82
persevering
weerbarstig, volhardend
83
pessimistic
pessimistisch
84
playful
speels
85
powerful
krachtig
86
pretty
mooi, knap
87
quiet
stil, rustig
88
romantic
romantisch
89
self-confident
zelfzeker
90
spontanious
spontaan
91
sporty
sportief
92
thin
dun, small
93
tough
stoer, krachtig
94
venomous
giftig
95
roughly
ongeveer
96
though
echter, hoewel
97
a dinosaur
een dinosaurus
98
a fossil
een fosiel
99
an instinct
een instinct
100
a kangaroo
een kangoeroe
101
a predator
een roofdier
102
a skull
een schedel
103
a sloth
een luiaard
104
to hiss
sissen
105
to prowl
(rond)sluipen
106
to slither
glijden,kronkelen
107
to stroll
wandelen, slenteren
108
extinct
uitgestorven
109
ferocious
wild, woest, meedogenloos
110
massive
indrukwekkend, zwaar, enorm