frans Flashcards

(395 cards)

1
Q

Mijn voornaam is

A

Mon prénom est

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe schrijf je dat?

A

Comment est-ce que cela s’écrit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is uw nationaliteit

A

De quelle nationalité êtes-vous

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

ik ben belg

A

je suis Belge

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

ik ben vlaming

A

je suis flamand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

ik ben nederlandstalig

A

je suis néerlandophone

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

hoe oud ben je

A

quel âge as-tu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

ik studeer in en hogeschool

A

j’étudie dans une haute école

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

ik studeer bedrijfsmanagement op KDG

A

j’étudie la Gestion d’entreprise a KDG

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

in het middelbaar heb ik

A

dans la secondaire

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

economie talen

A

léconomie - langues

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

handel

A

le commerce

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

mag ik me voorstellen

A

puis-je me présenter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

ik werk voor het bedrijf

A

je travaille pour la société

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

aangename kennismaking

A

très heureux de faire de votre connaissance

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hetzelfde

A

pareillement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

hoe gaat het ermee

A

comment allez-vous

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

ik ben secretaresse

A

je suis secrétaire

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

ik werk als hoofd inkopen

A

je travaille comme responsable des achats

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

ik werk op de dienst productie

A

je travaille au service de la production

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

ik werk in de maritieme export

A

ja travaille dans l’exportation maritime

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

ik hou me bezig met de distributie

A

je m’occupe de la distribution

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

boekhouder

A

comptable

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

assistent

A

assistant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
CEO
président-directeur général
26
directeur verkopen
directeur commercial
27
importeur
importatrice
28
exporteur
exportatrice
29
informaticus
informaticien
30
magazijner
magasinier
31
arbeider
ouvrier
32
vertegenwoordiger
répresentant
33
verantwoordelijke aankopen
responsable des achats
34
verantwoordelijke stock
responsable des stocks
35
verantwoordelijke verkopen
responsable des ventes
36
secretaris
secrétaire
37
technieker
technicien
38
werknemer
employé
39
werkgever
employeur
40
de productie
de la production
41
de aankopen
des achats
42
de verkopen
des ventes
43
de boekhouding
de la comptabilité
44
de financien
des finances
45
humane resources
des ressources humaines
46
public relations
des relations publiques
47
ik werk voor de verzekeringen
je travaille dans les assurances
48
ik werk voor de import
je travaille dans l'importation
49
ik werk voor de chemie
je travaile dans la pétrochimie
50
ik werk voor de bankensector
je travaille dans le secteur bancaire
51
ik werk voor de juridische afdeling
je travaile dansle secteur juridique
52
voedingssector
le secteur alimentaire
53
dienstensector
le secteur des services
54
het gamma
la gamme
55
we hebben een breed gamma
nous avons une large gamme
56
praktisch
pratique
57
stevig
solide
58
comfortabel
confortable
59
betrouwbaar
fiable
60
performant
performant
61
mooi
agréable à voir
62
exclusief
exclusive
63
low budget
bas de gamme
64
klassiek
classique
65
in plastiek
en plastique
66
in leer
en cuir
67
in hout
en bois
68
in stof
en tissu
69
het horloge bestaat in drie kleuren
la montre existe en trois différentes couleurs.
70
ik ben het niet eens
je ne suis pas d'accord
71
fabrikant
fabricant
72
groothandelaar
gossiste
73
kleinhandelaar
détaillant
74
wij verkopen in het groot
nous vendons en rgos
75
wij zijn groothandelaar in fiestsen
nous sommes détaillant en vélo
76
wij doen detailverkoop
nous vendonsen au détail
77
wij verkopen online
nous vendons en ligne
78
een consument
un consommateur
79
een particulier
un particulier
80
een fabriek
une usine
81
een winkel
un magasin
82
een grootwarenhuis
une grande surface
83
een magazijn
un entrepôt
84
fabriceren
fabriquer
85
iets aan iemand verkopen
vendre quelque chose à quelqu'un
86
iets van iemand kopen
acheter quelque chose à quelqu'un
87
een distributiekanaal
un circuit de distribution
88
op de markt brengen
commercialiser
89
de commercialisering
la commercialisation
90
goeiedag, X aan de lijn
bounjour, X à l'appareil
91
wat kan ik voor u doen
que puis-je faire pour vous?
92
ik bel u in verband met
je vous appelle concernant
93
ik zou graag spreken met
je voudrais parler à
94
zou u mij kunnen doorverbinden
pourriez-vous me passer
95
wie heb ik aan de lijn
c'est de la part de qui
96
kan u uw naam herhalen
pourriez-vous répéter votre nom
97
een ogenblik aub ik geef hem/haar door
un instant s'il vous plaît je vous le/la passe
98
blijf aan de lijn
restez en ligne
99
een ogenblik ik ga kijken of ik meneer X kan bereiken
un instant je vais voir si je peux joindre monsieur X
100
X is een vergadering
X est en réunion
101
X is op verplaatsing
X est en déplacement
102
X is op zakenreis
X est en voyage d'affaires
103
X is niet beschikbaar op dit moment
X n'est pas disponible en ce moment
104
X is op verlof
X est en congé
105
X is afwezig
X est absent
106
de lijn is bezet
la ligne est occupée
107
wilt u een boodschap achterlaten
voulez-vous laisser un message
108
wilt u later terugbellen
voulez-vous rapeler plus tard
109
wilt u uw gegevens achterlaten
voulez-vous laisser vos coordonnées
110
ik hoor u heel slecht
je vous entends très mal
111
de lijn is slecht
la ligne est mauvaise
112
het spijt me maar ik denk dat u zich van nummer hebt vergist
je regrette mais je croix vous vous êtes trompé de numéro
113
bedankt om te bellen
merci d'avoir appeler
114
graag gedaan
je vous en prie
115
een antwoordapparataat
un répondeur
116
bedankt om een boodschap achter te laten op mijn antwoordapparataat
merci de laisser un message sur mon répondeur
117
een voicemail
une messagerie vocale
118
kunt u me dringend terugbellen
pouvez-vous me rappeler d'urgence
119
ik organiseer een vergadering
j'organise une réunion
120
ik neem deel aan een conferentie
je participe à une confèrence
121
ik maak een afspraak met u om 10h
je vous donne rendez-vous à 10h
122
ik zou graag een afspraak met u maken
je voudrais prendre rendez-vous
123
ik zou graag een afspraak vastleggen met de directeur
je voudrais fixer un rendez-vous avec le directeur
124
op welke dagen bent u beschikaar
quels jours êtes-vous disponible
125
op 1 april past dat voor u
est-ce que le première avril vous convient
126
welke dagen verkiest u
quel jour préférez-vous
127
op 2 april ben ik afwezig
le deuxième avril je suis absent
128
afgesproken
c'est d'accord
129
ik zal de datum en het uur per mail bevestigen
je vous confirmerai la date et l'heure par mail
130
ik bevestig onze afspraak van 5 april om 10h in onze kantoren
je confirme notre rendez-vous du 5 avril à 10h dans nos bureau
131
ik zou de afspraak willen annuleren
je voudrais annuler le rendez-vous
132
ik zou de afspraak willen verplaatsen
je voudrais remettre le rendez-vous
133
een feestdag
un jour férié
134
een werkdag
un jour ouvrable
135
om hoelaat heeft u een afspraak
à quelle heure avez-vous rendez-vous
136
wenst u iets te drinken
voudriez-vous quelque chose à boire
137
heeft u een goede reis gehad
avez-vous fait bon voyage
138
bent u vroeg vertrokken
etes-vous parti de bonne heure
139
was uw trein optijd
est-ce que votre train était à l'heure
140
kunt u mij zeggen waar de lift is
pouvez-vous me dire où se trouve l'ascenseur
141
het is aan het einde van de gang
c'est au fond du couloir
142
het is rechtdoor
c'est tout droit
143
u neemt hier de lift
vous prenez ice l'ascenseur
144
u neemt de trap naar de eerste verdieping
vous montez les esacliers jusqu'au premier étage
145
u gaat naar het gelijkvloers
vous descendez jusq'au rez-de-chaussée
146
mijn bureau bevind zich naast het ontaal
mon bureau se trouver à côté de l'accueil
147
de toilletten bevinden zich tegenover de vergaderzaal
les toilettes se trouvent en face de la salle de réunion
148
het is op de gelijksvloer
c'est au rez-de-chaussée
149
het is de eerste deur links
c'est la première porte à gauche
150
de naam staat aangegeven op de deur
le nom est marqué sur la porte
151
ik ben blij u te verwelkomen in onze onderneming
je suis heureux de vous accueillir dans notre entreprise
152
hier is de dag planning
voici le planning de la journée
153
we gaan een koffiepauze nemen
nous allons prendre une pause-café
154
vervolgens gaat M fabre u spreken over de productiefasen van onze producten
ensuite M fabre va vous parler des étapes te production de nos produits
155
om 12 uur gaan we lunchen
à midi nous allons déjeuner
156
wat voor bedrijf bent u
quel type d'entreprise êtes-vous
157
een klein bedrijf
une petite entrepirse
158
een middelgroot bedrijf
une moyenne entreprise
159
een groot bedrijf
une grande entreprise
160
een KMO
une petite et moyenne entreprise
161
een multinational
une multinationale
162
een bvba
une SPRL
163
een nv
une SA
164
onze hoofdzetel bevind zich in antwerpen
notre siège social se situe à Anvers
165
ons magazijn bevind zich in brugge
notre entrepôt se situe à Bruges
166
onze kantoren bevinden zich in gent
nos bureaux se situent à Gant
167
onze afzetgebieden zijn
nos débouchés sont
168
wij draaien onze omzet vooral in europa
nous réalisons notre chiffre d'affaires surtout en Europe
169
wij gebruiken fairtrade grondstoffen
nous utilisons des matières premières du commerce équitable
170
wij produceren leren zakken
nous produisons des sacs en cuir
171
korte termijn
à court terme
172
middellange termijn
à moyen terme
173
lange termijn
à long terme
174
de jaarrekening opmaken
faire le bilan annuel
175
de zaken gaan goed
les affaires marchent bien
176
onze verkoop stijgt aanzienlijk
nos ventes augmentent sensiblement
177
onze verkoop daalt aanzienlijk
nos ventes ont fortement diminué
178
prijs per stuk
le prix à l'unité
179
de kosten
les frais
180
de verkoopprijs
le prix de vente
181
het totaal
le total
182
het tarief
le tarif
183
het kortingstarief
le tarif réduit
184
wat is de eenheidsprijs
quel est le prix à l"unité
185
hoeveel kost het
ça coûte combien
186
een lage prijs
un prix bas
187
een hoge prijs
un prix élevé
188
het is goedkoop
c'est bon marché
189
het is goedkoper
c'est meilleur marché
190
het is duur
c'est cher
191
het is veel te duur
c'est beaucoup trop cher
192
een goede zaak
une bonne affaire
193
het is kostelijk
c'est coûteux
194
de belasting
la taxe
195
de belastingen op toegevoegde waade
la TVA
196
de prijs inclusief belastingen
le prix toutes taxes compris
197
de prijs exlusief belastingen
le prix hors taxes
198
een korting
une réduction
199
een korting van 15% geven
faire une réduction de 15%
200
een bijkomende korting
une réduction supplémentaire
201
korting inbegrepen
réduction comprise
202
is dat uw beste prijs
c'est votre meileur prix
203
een speciale aanbieding
une offre spéciale
204
een promotie
une promotion
205
een bestelling doorgeven
passer une commande
206
een bestelling opnemen
prendre une commande
207
de bestelbon
le bon de commande
208
het referentienummer van het product
le numéro de référence du produit
209
de levering
la livraison
210
klantennummer
la numéro de client
211
de hoeveelheid
la quantité
212
het totaal bedrag
le montant total
213
ik zou graag een bestelling doorgeven
je voudrais passer une commande
214
wat is uw klantennummer
quel est votre numéro de client
215
hoeveel wilt u er
combien en voulez-vous
216
op welk adres moeten we leveren
a quelle adresse faut-il vous livrer
217
zich aanmelden
se connecter
218
zich afmelden
se déconnecter
219
een account aanmaken
créer un compte
220
een gebruiker
un utilisateur
221
een login
un identifiant
222
een wachtwoord
un mot de passe
223
op een knop drukken
cliquer sur un bouton
224
op een link drukken
cliquer sur un lien
225
op een rubriek drukken
cliquer sur une rubrique
226
op een categorie drukken
cliquer sur une catégorie
227
op een beeld drukken
cliquer sur une image
228
een product zoeken
rechercher un produits
229
een product kiezen
sélectionner un produit
230
toevoegen aan het winkelmandje
ajouter au panier
231
een bestelling wijzigen
modifier sa commande
232
een product verwijderen
supprimer un article
233
een bestelling anuleren
annuler sa commande
234
een bestelling bevestigen
valider sa commande
235
downloaden
télécharger
236
bewaren
sauvgarder
237
houdt u zich bezig met het stockbeheer
est-ce que vous vous occupez de la gestion des stocks
238
ik zou graag willen weten of deze artikels in voorraad zijn
je voudrais savoir si ces articles sont en stok
239
het is uitverkocht
nous sommes en rupture de stock
240
ze zullen volgende week beschikbaar zijn
ils seront disponibles la semaine prochaine
241
wat zijn uw beste leveringstermijnen
quels sont vos meilleurs délais de livraison
242
binnen X dagen
sous X jours
243
sinds
depuis
244
tijdens
pendant
245
de levering
la livraison
246
een gratis levering
une livraison gratuite
247
een levering aan huis
une livraison a domicile
248
ik ga uw bestelling vandaag verzenden
je vais expédier votre commande aujourd'hui
249
welke soort verpakking hebt u nodig
quel type d'emballage vous faut-il
250
wenst u recyclebare kartonnen dozen
désirez-vous des cartons recyclables
251
ik kan ze opsturen met de post
je peux les envoyer par courrier
252
als ik ze vandaag verstuur de post zult u ze ontvangen binnen de 48 h
si je les envoie aujourd'hui par courrier vous les recevrez sous 48h
253
waar kunnen wij u leveren
où pouvons -nous vois livrer
254
kunt u ons donderdag leveren
pouvez-vous nous livrer jeudi
255
ik bel u in verband met u besteling
je vous appelle concernant notre commande
256
ik roep u dossier op
je recherche votre dossier
257
we hebben de blauwe ontvangen maar de witten zijn nog niet aangekomen
nous avond bien reçu les bleus mais les blancs ne sont as arrivés
258
we hebben niets ontvangen
nous n'avons rien reçu
259
de helft van de bestelling ontbreekt
il manque la moitié de la commande
260
ik vind het echt jammer
je suis vraiment désolé
261
u zult ze waarschijnlijk volgende maandag hebben
vous les aurez probablement lundi prochain
262
ik reken op u
je compte sur vous
263
een betaling uitvoeren
effectuer un paiement
264
een betaalwijze
un mode de paiement
265
wat is het betalinstermijn
quel est le délai de paiement
266
kan u betalen
pourriez-vous payer
267
kan u betalen bij bestelling
pourriez-vous payer à la commande
268
kan u betalen bij levering
pourriez-vous payer al la livraison
269
kan u betalen binnen 30 dagen
pourriez vous payer à 30 jours
270
een voorschot
un acompte
271
het saldo
le solde
272
ik heb een bankrekening
j'ai un compte bancaire
273
een zichtrekening
un compte courant
274
een spaarrekening
un compte d'épargne
275
een bankkaart
une carte bancaire
276
een kredietkaart
une carte de crédit
277
ik zou graag betalen met
je voudrais payer par
278
overschrijving
virement
279
cash
au comptant
280
kan ik betalen met kredietkaart
est-ce que vous acceptez les cartes de crédit
281
wat zijn uw bankgegevens
quelles sont vos coordonnées bancaires
282
mijn bank rekening nummer is
mon numéro de compte bancaire est
283
overschrijven
virer
284
afhalen
retirer
285
ik bel u omdat er een fout staat in de factuur
je vous appelle parce que'il y a une erreur dans votre facture
286
jullie hebben je van bedrag vergist
vous vous êtes trompé de montant
287
u heeft gelijk
vous avez raison
288
u bent de gebruikelijke korting vergeten
vous avez oublié la réduction habituelle
289
we gaan deze vergissing rechtzetten
nous allons rectifier cette erreur
290
we hebben uw betaling nog niet ontvangen
nous n'aons pas encore reçu votre paiement
291
we hebben nochtans een aanmaning uitgevoerd
pourtant nous avons effectué un rappel
292
kunt u me zeggen wat er aan de hand is
pourriez-vous me dire ce qui se passe
293
we hebben vertraging opgelopen met onze betaling
nous avons pris de retard dans les paiement
294
we hebben de factuur niet ontvangen
nous n'avons pas reçu la facture
295
op welke datum heeft u die overschrijving uitgevoerd
a quelle date avez-vous effectué ce virement
296
we hebben kasmoeilijkheden
nous avons des problèmes de trésorerie
297
is het mogelijk ons een week uitstel toe te staan
pourriez-vous nous accorder huit jours de plus
298
sorry we kunnen u geen extra uitstel meer toestaan
je regrette, mais nous ne pouvons plus vous accorder de délai supplémentaire
299
u hebt de vervaldag al overschreden
vous avez déjà dépassé l'échéance
300
soliciteren
poser sa candidature
301
een sollicitant
un candidat
302
een diploma
un diplôme
303
een opleiding
une formation
304
studies
des études
305
wat zijn uw diploma's
quels sont vos diplômes
306
welke studies doet u op dit ogenblik
quellles études faites-vous actuellement
307
welke studies hebt u gedaan
que'est-ce que vous avez fait comme études
308
wat doet u momenteel voor werk
qu'est-ce que vous faites actuellement comme travail
309
ik doe een stage als verkoper
je fais un stage de vendeur
310
ik ben werkloos
je suis au chômage
311
welke vreemde talen spreekt u
quelles langues étrangères parlez-vous
312
ik spreek meerdere vreemden talen
je parle plusieurs langues étrangères
313
ik spreek vloeiend...
je parle couramment
314
ik heb een goede basiskennis X
j'ai de bonnes bases en X
315
ik leer X
j'apprends X
316
ik kan goed overweg met
je sais me servir de(s)
317
een sollicitatie gesprek voeren
passer un entretien d'embauche
318
een solicitatie gesprek
un entretien d'embauche
319
iemand aanwerven
embaucher quelqu'un
320
een kandidatuur
une candidature
321
een advertentie
une annonce
322
een baan
un emploi
323
ik heb u advertenties online gelezen en k zou graag willen soliciteren
j'ai lu votre announce en ligne et je voudrais poser ma candidature
324
waar hebt u gewerkt
où est-ce que vous avez travaileé
325
wat deed u bij decatlon
qu'est-ce que vous faisiez chez decathlon
326
uw taken
vos tâches
327
wat zijn uw belangrijkste kwaliteiten
quelles sont vos principales qualités
328
wat zijn uw troeven
quels sont vos atouts
329
snel
rapide
330
zelfstandig
autonome
331
sociaal
sociable
332
efficient
efficace
333
leergierig
courieux d'apprendre
334
ik zou me willen specialiseren in boekhouden
je voudrais me spécialiser dan sle comptabilité
335
een contract
un contrat
336
u ben aangeworven
vous êtes embauché(e)
337
een contract van onbepaalde duur
un contrat à durée indéterminée
338
een contract van bepaalde duur
un contrat à durée déterminiée
339
met een interim contract
en intérim
340
als staigaire
comme stagaire
341
een verantwoordelijke
un/une responsable
342
een baas
un patron / une patronne
343
een werkuur
un horraire de travail
344
voltijds
à plein temps
345
halftijds
à mi-temps
346
u hebt glijdende werkuren
vous avez des horaires flexible
347
lunchpauze
la pauze déjeuner
348
hoelang duurt de pauze
combien de temps dure la pause déjeuner
349
openingsuren
les horraires d'ouverture
350
overuren
des heures supplémentaires
351
een extra legaal voordeel
un avantage extralégal
352
heb ik recht op extra legale voordelen
est-ce que j'ai droit à des avantages extralégaux
353
een loon
un salaire
354
boeken
réserver
355
een boeking
une réservation
356
een reiziger
un voyageur
357
een vliegtuigticket
un billet d'avion
358
een trein ticket
un billet de train
359
een reis heen en terug
un aller-retour
360
een enkele rit
un aller simple
361
een metrostation
une station de métro
362
een vlucht
un vol
363
luchthaven
un aéroport
364
we kunnen best vertrekken ...
il vaut mieux partir
365
rond 9 uur
vers 9 heures
366
vertrekuur
l'heure de départ
367
aankomstuur
l'heure d'arrivée
368
econemy class
en classe économique
369
in business class
en classe affaires
370
een twee sterren hotel
un hôtel deux étoiles
371
beschikt u hotel over
où-ce que votre hôtel dispose d'
372
een beveiligde parking
un parking sécurisé
373
een eenpersoonskamer
une chambre simple
374
een tweepersoonskamer
une chambre double
375
een kamer met airco
une champre climatisée
376
is het ontbijt inbegrepen
est-ce que le petit-déjeuner est compris
377
een bad
une baignoire
378
beschikken over
disposer de
379
hoeveel kamers hebt u nodig
combien de chambres vous faut-il
380
in vol- of halfpension
en pension complète ou en demi-pension
381
ik zal het zeker doen
je n'y manquerai pas
382
een beurs
un salon
383
een standhouder
un exposant
384
ik heb belangstelling voor uw basistand
je suis intéressé par votre stand de base
385
een voorziening
une prestation
386
een wandrek
une étagère
387
een naambord
une enseigne
388
een display
un présentoir
389
het onderhoud
l'entretien
390
de schoonmaak
le nettoyage
391
een verzekering
une assurance
392
een oppervlakte
une superficie
393
een vierkante meter
un mètre carré
394
hangt van de prijs af
ça depend du prix
395
een afmeting
une mesure / une dimension