H1 en H2 Flashcards

(148 cards)

1
Q

Arrange

A

Organiseren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

By no means

A

in geen geval

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Constantly

A

Voortdurend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Excessive

A

Buitensporig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bijeenkomst

A

Gathering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Generally

A

Over/ in het algemeen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Infleunce

A

Invloed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Keep in touch

A

Contact houden met

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Leisure time

A

Vrije tijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Mention

A

Noemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Notice

A

Opvallen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Occupy

A

Bezighouden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Patiently

A

Geduldig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Provide

A

Voorzien van / verschaffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Purpose

A

doel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Queue

A

In de rij staan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Recognise

A

herkennen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Restriction

A

Beperking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Stress

A

Benadrukken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Tend to

A

De neiging hebben om

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Topic

A

Onderwerp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Accompany

A

Begeleiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Addition

A

Toevoeging / aanvulling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Among (us)

A

tussen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Ancestor
Voorouder
26
Ancient
Oud (uit de oudheid)
27
Appear
Verschijnen / vertonen
28
Associate with
Associëren met
29
Attend
Bijwonen
30
Prepared for
Voorbereiden op
31
Come to mind
In je opkomen
32
Consider to be
Beschouwen als
33
Contemporary
Hedendaagse
34
Contradict
Tegenspreken
35
determine
Bepalen / Vastellen
36
frequently
vaak
37
gradually
geleidelijk
38
Hesitate
Twijfelen / aarzelen
39
Instantly
Ogenblikkelijk
40
Intend
Bedoelen
41
Link
Verbinden
42
Mark
Kenmerken / Aanduiden
43
Obtain
Verkrijgen
44
Ordinary
Gewoon
45
Represent
Vertegenwoordigen, weergeven
46
Statement
uitspraak/ bewering
47
Appeal to
aanspreken
48
Attract
aantrekken
49
Clarify
verduidelijken
50
Credible
geloofwaardig(e)
51
Daring
moedig
52
Decade
decennium
53
Depend on
afhangen van
54
Dozen
Dozijn (twaalftal)
55
Essential
essentieel
56
Indicate
Aangeven
57
It (just) goes to show
zo zie je maar weer
58
Particular
bijzonder
59
Relate to
in verband brengen
60
Release
Uitbrengen
61
Similarity
Gelijkenis
62
Speech
uitspraak
63
Spread
zich verspreiden
64
Tremendous
enorm(e)
65
Valid
Aanemelijk(e)
66
Vibrant
Druk, levendig
67
Accessible
toegankelijk
68
Achievable
haalbaar
69
Advances
Vooruitgaan
70
Attitude
houding
71
Base
Baseren op
72
Capacity
vermogen
73
Casual
informeel
74
Common
Gemeenschappelijke
75
Complain
Klagen
76
Disposable
Wegwerpen
77
Due to
Vanwege / dankzij of te danken aan
78
Evolve
zich ontwikkelen
79
Fierce
Hevig
80
Necessity
Noodzaak
81
Nevertheless
Niettemin
82
Predict
voorspellen
83
Purchase
aankoop
84
Purpose
doel
85
Retailer
Winkelier
86
Shape
Vormgeven
87
Stay true to
Trouw blijven
88
Target
Richten op
89
Tendency
neiging
90
Accessible
Toegankelijk
91
Account for
verklaren
92
Accurate
Nauwkeurig
93
Achieve
bereiken
94
Acknowledge
erkennen
95
Blow
Verknallen
96
Come down
Neerkomen op
97
Compete
strijden
98
Honest
eerlijk
99
Independent
Onafhankelijk
100
Irrelevant
Irrelevant
101
Keep in check
In controle houden
102
On the face of it
Op het eerste gezicht
103
Patient
geduldig
104
Relatively
Relatief
105
Responsibilty
verantwoordelijkheid
106
Straightfoward
Simpel
107
Urge
Aansporen
108
Whenever
Telkens als
109
According to
Volgens
110
Balanced
Evenwichtig
111
To be familiar with
Bekend zijn met
112
Boost
Stimuleren
113
Certain
Bepaalde
114
Considered to be
Beschouwen als
115
Contest
Bestrijden
116
Development
Ontwikkeling
117
Explore
Onderzoeken
118
Gaurantee
Verzekeren
119
Insight
Inzicht
120
Increase
Toenemen
121
Inevitably
Onvermijdelijk
122
Point out
erop wijzen/ aangeven
123
Reign
domineren
124
Rewrite
Herschrijven
125
Review
Beoordeling
126
Rivalry
Rivaliteit
127
Successive
Opeenvolgend(e)
128
Average
Gemiddeld
129
Benefit
Voordeel
130
Collaboration
Samenwerking
131
Committed
Toegewijd
132
Considerable
Aanzienlijk
133
Eventually
Uiteindelijk
134
Force
Kracht
135
Gain
Verkrijgen
136
Injury
Blessure
137
Join
Lid worden van
138
Misconception
Misvatting
139
Motivated
Gemotiveerd
140
Muscle
Spier
141
Opportunity
Kans / mogelijkheid
142
Participate
Deelnemen (aan)
143
Pressure
Druk
144
Rate
Snelheid
145
Skill
Vaardigheid
146
To some extent
Tot op zekere hoogte
147
Tricky
Lastig
148
Vehicles
Voertuig