H1 H2 Flashcards

(31 cards)

1
Q

Acculturatie

A

Process waarbij de ene samenleving overneemt cultuurselementen van andere.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Afstandsverval

A

Afname van de intenciteit van een verschijnsel naarmate de afstand ten opzichte van centraal punt toeneemt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Analfabetisme

A

Mensen die niet goed genoeg kunnen lezen schrijven boven 15 jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Beroepsbevolking

A

Werkende of werkzoekende mensen die meer dan 12 uur per week werken 15+ 65-

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bevolkingsspreiding

A

Wijze waarop de woonplaatsen zijn verdeeld over een regio.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Blokvorming

A

Vorming van organisaties van landen vooral op economisch en of politiek gebied

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bbp

A

som van in een land gevormde toegevoegde waarde bij de productie van goederen en fdienstendeze waarde is gelijk aan bnp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bnp

A

Som van de nationale productie factoren gevormde toegevoegde waarden bij de productie van goederen en diensten deze waarde is gelijk aan bnp. Bbp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Centrifugale krachten

A

Politieke economishe culturele krachten die staat of organisatie verzwakken waardoor ze uit elkaar vallen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Centripetal krachten

A

Bindende politieke economishe culturele krachten die organisatie staat bij elkaar houden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Cultuur

A

Taal religie waarden normen kunst technologie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Demokratish gehalte

A

Mate waarin in een land of gebied wordt voldaan aan de algemene opvattingen van democratie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Demografisch transitie model

A

Model waarin de overgang van een situatie met relatief hoge geboorte sterftecijfers als gevolg van sociaaleconomische veranderingen in de maatschapij wordt weergegeven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Eenwording

A

Toegroeien van culturele economishe politieke eenheid onder de invloed van cenpripetale krachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Religie

A

Een van de vele vormen van zingeving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Handelsblok

A

Organisatie van economishe sterke landen die onderling heel intencieve handel kennen en zich voor een deel economisch afgesermd hebben ten opzichte van de niet in het handelablok landen.

17
Q

Identiteit

A

Unlike combinatie van cultuurskenmerken

18
Q

Leeftijdsopbouw

A

Getalsmatig opbouw van de bevolking naar geslacht encleeftijd

19
Q

Men’s rechten

A

Algemene aanvaarde opvattingen ten aanzien van de behandeling en de voorzieningen waar ieder mens aansprak op mag maken.

20
Q

Natiestaat

A

Staat waar iedereen heeft opgeveer hetzelfde cultuur homogene gorep mensen

21
Q

Nation building

A

Bevorderen van culturele eenheid op nationaal niveau

22
Q

Regio

A

1 of meerkenmerkwn verschil andere regio

23
Q

Regionaliserwn

A

Indelen van gebieden in rwgios

24
Q

Regionalisme

A

Het streven naar een zekere mate van zelfstandigheid dan wel afscheiding door in bepaald deel van het land geconcentreerde ethinishe groep met hun eigen cultuur

25
Ruimtelijke diffusie
Wijzen waarop en snelheid waarmee een verschijnsel zich door een gebied verspreid
26
Samengestelde variable
Meerde criteria gebruikt
27
Separatisme
Streven van een volk naar afscheiding en dus eigen staat.
28
Spreiding
Afwijking ten opzichte van het gemiddelde
29
Verbrokkeling
Uiteenvallen
30
Vn ontwikkelongsindex
Voorbeeld van samengestelde variable
31
Volg
Groep mensen met eigen cultuur