H1 P2 8 Flashcards

1
Q

Dichtbevolkt

A

Een gebied met een hoge bevolkingsdichtheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Dunbevolkt

A

Een gebied met een lage bevolkingsdichtheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Bevolkingsspreiding

A

De verdeling van de bevolking over een gebied of land

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Migratie

A

Verhuizen naar andere woonplaats

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Sociale bevolkingsgroei

A

De verandering van het aantal mensen in een gebied door migratie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Binnenlandse migratie

A

Migratie binnen de grenzen van een land

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Emigratie

A

Verhuizen naar het buitenland om er te gaan wonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Immigratie

A

Je komt vanuit het buitenland een land binnen om er te gaan wonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Buitenlandse migratie

A

Migratie naar of uit het buitenland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Aantrekkingsfaktoren

A

Factoren die een plaats aantrekkelijk maken om ernaatoe te gaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Aftrekkingsfactoren

A

Factoren die er voor zorgen dat migratie uit een gebied wil vertrekken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Arbijdsmigrant

A

Iemand die vanwegen werk ergens naartoe verhuist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Vluchtelingen

A

Iemand die uit het eigen land vlucht omdat het niet veilig is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly