H17 Flashcards
(51 cards)
DNA
DNA is een dubbelstrengs, spiraalvormig molecuul. Het bevat de genetische informatie voor het maken van eiwitten. Die eiwitten spelen een rol bij het tot stand komen van erfelijke eigenschappen.
Basenparen
vaste combinaties van twee basen (A-T en C-G) die beide DNA-strengen bij elkaar houden via waterstofbruggen.
5’einde
het uiteinde van de DNA- streng aan de kant met de vrije fosfaatgroep
Nucleosoom
het geheel van acht histonen met het daarom gewikkelde DNA, bijeengehouden door het histon H1
MtDNA
cirkelvormig DNA in de mitochondriën
Histonen
eiwit in de chromatinedraad dat DNA verstevigt en beschermt
Nucleotide
bouwsteen van DNA en
RNA, bestaat uit een fosfaatgroep, een suikermolecuul (deoxyribose/ ribose) en een stikstofbase (A, C, G of T/U)
3’einde
het uiteinde van de DNA- streng aan de kant met de vrije OH-groep.
rRNA
RNA als bouwsteen van de ribosomen
tRNA
(transport-RNA) transporteert het aminozuur naar een ribosoom; speelt door zijn anticodon een rol bij de vertaling van de mRNA-code naar een aminozuurvolgorde
Niet coderende DNA
grootste deel van het DNA, codeert niet voor eiwitten
Coderende DNA
deel van het DNA dat codeert voor eiwitten
Repetitief DNA
deel van het DNA dat bestaat uit een aantal herhalingen (repeats) van series nucleotiden. Het varieert van twee tot enkele duizenden nucleotiden.
STR’s
Korte repeats van twee tot tien nucleotiden.
DNA-replicatie
Verdubbeling van het DNA
DNA polymerase
enzym dat een nieuwe streng DNA vormt door complementaire DNA-nucleotiden aan elkaar en aan de originele streng te koppelen; de nieuwe streng groeit in de 5’→3’ richting;
Primase
Enzym dat een RNA-primer hecht aan beide DNA strengen bij het startpunt.
Leidende streng
de DNA-streng die bij de replicatie van het DNA continu van het startpunt van replicatie af groeit in de 5’→3’ richting
RNA polymerase
enzym dat koppelt aan de matrijsstreng van een DNA-molecuul, deze afleest in de 3’→5’ richting, waarbij het RNA-nucleotiden aan elkaar kop- pelt in de 5’→3’ richting
PCR methode
methode om in een apparaat in stappen minimale hoeveelheden DNA kunstmatig snel te vermenigvuldigen
Helicase
Enzym dat een dubbelstrengs dna open knipt, die knipt de waterstofbruggen door.
Primer
Een primer is een kort stukje DNA of RNA dat gebruikt wordt als startpunt van de synthese van DNA.
Intron
deel van het pre-mRNA bij eukaryoten dat niet codeert voor een eiwit
Transcriptie
het overschrijven van een gedeelte van de matrijsstreng van DNA naar mRNA