H2: het hart Flashcards
het hart (58 cards)
benioem de functies van het hart?
aan en afvoor:
- voedingstoffen
- zuurstof
-afvalstoffen
-hormonen
- witte bloedcellen
Rondpompen bloed
welke 2 bloedsomlopen zijn er (geef de 2 namen)?
- Kleine bloedsomloop ( pulmaire ciculatie
- grote bloedsomloop (systeem ciculatie)
welke 3 soorten bloedvaten zijn er?
- arterien/ slagaders/ efferente (weg)
- capelairen/ haarvaten
- venen/ aders/ afferente (aangevoerd)
hoe noemt de holte waar het hart in ligt?
de pericardale holte
hart punt (synoniem)
apex
bovenaan (synoniem)
basis
articula
kronkelige flap ten hoogte van beide arterien
Ventrale en dorsale interventriculaire groeven
Ventrale en dorsale interventriculaire groeven:
Markeren de grens tussen linker- en rechterventrikels
Groeven bevatten grote hartbloedvaten
Gevuld met beschermend vetweefsel
wat scheid het interartiaal septum?
scheid de arteria
interventriculair septum
welke kleppen bevinden zich tussen atria en ventrikel?
Atriaventiculaire kleppen
anastosomoses
(werbindingen tussen de arterierien) -> DEZE ZORGE VOOR EEN CONSTANTE BLOED TOEVOER
refractaire periode
periode tussen 2 contracties
het gelijdingsysteem
genereert en gelijd electrische impulsen door het hart heen
nodalle cellen
deze bepalen de snelheid van de samentreking.
geleidingcellen
gelijden prikels over het myocardium
ecg (ekg)
electrocardiogram : regristratie van ellectrische activiteit van het hart.
P- GOLF
depolarisatie arteria
QRS - golf
de polerasisatie ventrikels
T- golf
repolarisatie ventrikels
barycardie
hartslaagt trager dan normaal
tachcardie
hart slaagt sneller dan normaal
ectopische gangmaker
timing contractie ventrikels is verstoort
hardynamica
bewegingen en krachten die tijdens samentrekking van het hart plaatsvinden