H2: zenuwstelsel Flashcards

(29 cards)

1
Q

waaruit bestaat de cortex

A

bestaat uit plooien & groeven

bestaat uit cellichamen van miljarden neuronen + de synapsen waarmee ze onderling communiceren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is de functie van de cortex

A
  • verwerking informatie uit zintuigen
  • stockeren van geheugeninhouden
  • taal
  • denkprocessen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat zijn basale ganglia

A

opeengepakte cellichamen onderaan beide hemisferen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is de functie van de basale ganglia

A

betrokken bij het aansturen van onze geautomatiseerde bewegingen & het in positie brengen van het lichaam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is het limbisch systeem

A

verzameling van kernen & cortexgebieden die verspreid liggen in het overgangsgebied tussen de grote hersenen & de tussenhersenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is de functie van de amygdala

A

spelen een belangrijke rol in het ontstaan van emoties (angst & woede)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is de functie van de hippocampus

A

belangrijk voor het inprenten van geheugenmateriaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

waaruit bestaan de tussenhersenen

A
  • thalamus
  • hypothalamus
  • hypofyse
  • epifyse
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

de thalamus

A

2 symmetrische eivormige structuren
schakelstation voor de informatie die naar de grote hersenen wordt geleid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

de hypothalamus

A

bestaat uit een paar tientallen afzonderlijke kernen (nuclei)
hoofdregulator van autonoom zenuwstelsel
regulatie van een aantal vitale behoeften
supervisie van de hormoonhuishouding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

de hypofyse

A

staat door een dun steeltje in verbinding met de hypothalamus
werkt samen met de hypothalamus voor de hormoonhuishouding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

de epifyse

A

pijnappelklier
onderhevig aan licht & duisternis
beïnvloedt hoeveelheid melatonine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

waaruit bestaat de hersenstam

A
  • middenhersenen (mesencefalon)
  • brug (pons)
  • verlengde merg (medulla oblongata)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

het cerebellum

A

levensboom
zorgt voor coördinatie van motoriek
betrokken bij leerprocessen zoals conditionering
cerebellaire ataxie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

kwabben

A
  • frontaalkwab/voorhoofdskwab
  • temporaalkwab/slaapkwab
  • pariëtaalkwab//wandkwab
  • occipitaalkwab/achterhoofdskwab
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

primaire zones

A
  • motorische projectiezone
  • sensorische projectiezone
    –> primaire visuele cortex
    –> auditieve projectiegebied
    –> primaire gebied van de smaak
    –> olfactorische projectiegebied
17
Q

associatiezones

A
  • sensorische associatiezones
  • motorische associatiezones
18
Q

zones ivm hanteren van taal

A
  • spraakcentrum van Broca
  • centrum van Wernicke
18
Q

linkerhemisfeer

A
  • temporeel
  • verbaal
  • analytisch
  • rationeel
19
Q

gedragsstoornissen die een gevolg zijn van een lokaal defect in de hersenen

A
  • afasie (afasie van Broca & afasie van Wernicke)
  • anopsie/hemianopsie
  • apraxie
  • ataxie (cerebellaire ataxie)
  • parese/hemiparese
  • cerebrale achtomatopsie
  • cerebrale akinetopsie
  • plegie/hemiplegie
  • frontaal syndroom
  • hemineglect
  • optische ataxie
  • prosopagnosie
  • vormagnosie
19
Q

rechterhemisfeer

A
  • spatiaal
  • non-verbaal
  • globaal
  • emotioneel
20
Q

acetylcholine

A

samentrekken van de skeletspieren
invloed op de geheugenwerking
Alzheimer

21
Q

dopamine

A

ontstaan van emoties
in stand houden van alcohol- en drugsverslavingen
regulerende invloed op bewegingen –> Parkinson
bewust plannen van gedrag
kenmerken schizofrenie

22
Q

serotonine & noradrenaline

A

betrokken bij ontstaan emoties
tekort serotonine: depressie
serotonine: invloed op slaapritme & seksuele appetijt & eetlust

23
gamma-aminoboterzuur (GABA)
remmend effect tekort: slapeloosheid, prikkelbaarheid & angst
24
primaire visuele cortex
occipitaalkwab
25
auditieve projectiegebied
temporaalkwab
26
primaire gebied van de smaak
weggedoken in laterale groeve
27
olfactorische projectiegebied
in enkele zones die deel uitmaken van het ouder limbische systeem