H3 Ecologie Flashcards
(48 cards)
ecologie
studie over alle relaties tussen organismen en hun milieu
2 groepen invloeden uit milieu
biotische en abiotische
biotische factoren zijn
afkomstig van organismen
abiotische factoren zijn
invloeden uit levenloze natuur
individu
1 organisme
populatie
groep individuen van de zelfde soort die onderling voortplanten
levensgemeenschap
populatie van verschillende soorten die in een bepaald gebied leven
ecosysteem
bepaald gebied waar biotische en abiotische factoren een eenheid vormen
biotoop
gezamenlijke abiotische factoren van een ecosysteem
de eerste schakel is altijd een ….
plant
voedselketen
een reeks soorten waarbij elke soort de voetselbron is voor de volgende soort, alle voedselketens lopen in de natuur door elkaar
autotroof
organisme heeft geen andere organismes als voedsel nodig
fotosynhese=
water+koolstofdioxide+licht –> glucose+ zuurstof
heterotroof
organismen die zich voeden met andere organismen
planten zijn
producenten
dieren zijn
consumeneten, en afvaleters
bacterien en schimmels zijn
reducenten
groenbemesting
op grond die nitraatarm is worden planten geplant met wortelknolletjes zodat de grond weer stikstofrijk word
piramide van aantallen
geeft aan hoeveel individuen elke schakel heeft van een voedselketen.
in een voedselketen word het aantal meestal kleiner
piramide van biomassa
biomassa
energie rijke stoffen
in een voedselketen/voedselpiramide van biomassa word de biomassa in elke schakel kleiner
biomassa
totale gewicht van alle energierijke stoffen in een organismen
energierijke stoffen zijn
eiwitten vetten en koolydraten
in elke schakel van een voedselketen verdwijnt dus energie door
uitwerpselen
organisme verbrand energierijke stoffen
afgestorven weefzel
biologische evenwicht
populatie grootte schommelt om een bepaalde evenwichtswaarde