H3 Parlementaire democratie Flashcards
(46 cards)
referendum
volksstemming over kwestie
2 vormen van democratie
indirect = parlementaire democratie
direct = gezamenlijke besluitvorming
rechtsstaat
Een rechtsstaat is een staatsvorm waarin wederzijdse rechten en plichten van burgers en overheid zijn vastgelegd in wetten
autoritair regime
Ideologie, religieus, militair (macht ligt bij 1 persoon, of kleine groep mensen)
machtenscheiding
Trias politica (uitvoerend, wetgevend, rechtelijk)
censuur
overheidscontrole op media
ideologie
verzameling ideen belang in maatschappij
sociaaleconomisch
Actief Passief
Links Midden rechts
politieke partij
groep mensen met dezelfde globale ideeen
liberalisme
persoonlijk & economische vrijheid
VVD & D66
Socialisme
sterkste schouders dragen de zwaarste lasten, actieve rol overheid
PVDA-GL & SP
sociaal democratie (socialisme)
solidariteit & gelijkwaardigheid
communisme
iedereen is gelijk, macht aan de arbeiders (tegenpool van kapitalisme)
confessionalisme
aarde staat in rentmeesterschap
CDA / CU / SGP
ecologisme
duurzaamheid & bescherming milieu
PVDD
populisme
eigen volk eerst
PVV / FVD
nationalistisch standpunt (populisme)
tegen immigratie, tegen inmenging buitenaf
progressief & conservatief
Progressief = vooruitstrevend
conservatief = terughoudend
actie & belangengroep
groep met bepaalde ideeën, advies en lobbyen,
actief & passief kiesrecht
actief = stemmend
passief = verkiesbaar
spindoctor
communicatiedeskundigen die moeten zorgen voor een positief imago
zwevende kiezer
wisselend stemmende kiezer
evenredige vertegenwoordiging
totaal uitgebrachte stemmen : totaal aantal zetels
district-meerderheidsstelsel
land verdeel in districten. winnaar district -> zitting in parlement