HC4: Tunnelvisie (+ LP H1,2&7 + OB H2,4,6,&9) Flashcards
(29 cards)
Rechtelijke dwaling
Stel je voor dat je een beslissing moet maken die in 99% van de gevallen een juiste uitspraak hebt. In 1% van de gevallen wordt een onschuldige veroordeeld. Dit is een rechtelijke dwaling.
Confirmation bias
Als je een idee of bepaalde overtuiging hebt, dan zul je geneigd zijn om dat idee te bevestigen.
Conformerende strategie
Je doet wat je denkt.
In het voorbeeld van de deuren: De mensen die de zwarte deur open doen denken ook dat het object echter de zwarte deur zit.
Falsificerende strategie
Je doet het tegenovergestelde van wat je denkt.
In het voorbeeld van de deuren: De mensen die de witte deur open doen terwijl ze denken dat hetgeen ze zoeken zich achter de zwarte deur bevindt. Je kan hierbij niet falen.
Framing effect
Onze beslissingen kunnen worden gestuurd door de precieze formulering van het probleem. Uiteindelijk kan hetzelfde probleem anders worden opgelost, afhankelijk van de kadering.
Context effect
We kunnen worden beïnvloed door contextuele informatie die in feite niet relevant is voor de beslissing die voorhanden is.
Primacy effect
Dingen die je als eerst hoort zullen sneller blijven hangen
Psychologische valkuilen
Problemen die in de besluitvorming, dus niet in de fouten in het bewijs, kunnen optreden.
Voorbeelden hiervan zijn:
- Framing-effect
- Confirmatiebias
- Volgorde effecten
- Verankering door irrelevante informatie
Scenario
Een samenhangende reeks van mededelingen waarin een gebeurtenis of toestand is beschreven. Scenario’s zijn noodzakelijk om aan informatie een betekenis te geven.
Falsificatie
Het schuldige scenario wordt ondersteund doordat de gevonden bewijsmiddelen wel bij dat scenario, maar niet bij enig ander redelijk scenario passen.
Conditio sine qua non
Het lijkt alsof de bewijsmiddelen de schuld van de verdachte bewijzen, zonder dat de onschuld van de verdachte wordt overwogen.
Topdown
Een scenario wordt gesteund door bewijs als de concurrerend scenario’s voorspellen dat het bewijsmiddel niet voorkomt.
Verhoudingsgetal
De kans dat het bewijsmiddel optreedt als scenario A waar is gedeeld door de kans dat het bewijsmiddel optreedt als scenario B waar is.
Dactyloscopisten
Vingerafdrukdeskundigen
Tunnelvisie heeft 3 componenten:
- Confirmation bias = De neiging om vooral gericht te zijn op bevestigen wat men al denkt. Mensen neigen ertoe om informatie die hun standpunt ondersteunt actief te zoeken en, indien gevonden, overmatig te waarderen.
- Belief perseverance = De neiging om aan een eenmaal gevormde opinie vast te houden in weerwil van bewijs van de juistheid van het tegendeel. Informatie die met een ingenomen standpunt strijdig is, zoekt men niet op en als men dat toch tegenkomt, wordt strijdige informatie ondergewaardeerd of zelfs genegeerd.
- Vermijden van cognitieve dissonantie = Mensen trachten gebeurtenissen en gedachten die niet met elkaar rijmen zo veel mogelijk te vermijden of weg te verklaren.
Theorie van Verhaal en Verankering
Bewijzen bestaat uit twee onderdelen:
- Er moet een vervormd verhaal (scenario) zijn dat belastend is voor de verdachte
- Dat verhaal moet worden ondersteund door bewijsmiddelen die op enig moment verankering vinden in feiten van algemene bekendheid
Meer en Vaart-verweer
Verdachte zegt dat de bewijsmiddelen even goed passen bij zijn onschuldige verhaal als bij het schuldige verhaal van het OM.
Oslo-confrontatie
Een rij mannen onder wie de verdachte wordt getoond aan de getuige met de vraag of hij iemand herkent als dader van het misdrijf.
base rate
De kans op een juiste uitslag evenzeer afhangt van de scheefheid van de verdeling als van de kracht van het bewijsmiddel.
Diagnostische waarde
Een getal dat wordt berekend door het aantal keren goed te delen door het aantal keren fout
Zeven gouden W-vragen
- Wie
- Waar
- Wat
- Waarmee
- Welke wijze
- Waarom
- Wanneer
Weddenschapsmodel
Willem Hofstee - Bewijzen is een sociale aangelegenheid. Dat wil zeggen dat waarheidsvinding een gezamenlijke onderneming is.
Hierin worden bewijzen gezien als een vorm van discussie over een weddenschap. Deelnemers en beslissers moeten het eens zijn over het onderwerp van de weddenschap, de methode waarmee de weddenschap zal worden beslecht en over het criterium dat wordt gekozen om te bepalen wanneer de een dan wel de ander wint.
Cognitive biases
Weeffouten in de menselijke geest
Representativeness
De neiging om de waarschijnlijkheid van een gebeurtenis af te meten met aan de mate waarin de gebeurtenis lijkt op al beschikbare gegevens