Heelkunde Flashcards

(91 cards)

1
Q

Wat is de lengte en opbouw van de slokdarm?

A

De slokdarm is een buisvormige structuur van ongeveer 40 cm lang, opgebouwd uit meerdere lagen, waaronder een meerlagig dik slijmvlies en drie spierlagen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

In welke delen wordt de slokdarm doorgaans onderverdeeld?

A
  • Cervicale slokdarm (halsgedeelte)
  • Thoracale slokdarm (borstgedeelte)
  • Abdominale slokdarm (buikgedeelte)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de bloedvoorzieningen van de slokdarm?

A
  • Takjes van de linker maagarterie (onderste deel)
  • Takjes van de aorta (middelste deel)
  • Takjes van de schildklierarterie (bovenste deel)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de belangrijkste oorzaak van slokdarmperforatie?

A

60% iatrogeen: veroorzaakt door medische ingrepen zoals endoscopie, halswervelchirurgie, of de Sengstaken tube

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de symptomen van Boerhaave syndroom?

A
  • Hevig braken
  • Thoracale pijn
  • Subcutaan emfyseem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de Mackler-triade?

A
  • Braken
  • Thoracale pijn
  • Subcutaan emfyseem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de technische onderzoeken bij verdenking van slokdarmperforatie?

A
  • CT thorax/abdomen met contrast (voorkeur)
  • Rx thorax: pleuravocht, pneumomediastinum
  • Endoscopie (wordt bij voorkeur vermeden)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de behandeling van slokdarmperforatie binnen 24 uur?

A
  • Chirurgisch herstel: linker thoracotomie of linker cervicotomie
  • Open of VATS (Video-Assisted Thoracic Surgery)
  • Primair herstel van de operatie, vaak verstevigd met intercostale spierflap
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de soorten slokdarmstents?

A
  • Metalen gaasstent
  • Gecoate (gecoverde) stent
  • Niet-gecoverde stents
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de risico’s van een para-oesophageale hernia?

A
  • Incarceratie
  • Volvulus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de symptomen van een para-oesophageale hernia?

A
  • Substernale thoracale pijn
  • Misselijkheid en maagkrampen zonder braken
  • Onmogelijkheid om een maagsonde te plaatsen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de Borchardt-triade?

A
  • Substernale thoracale pijn
  • Misselijkheid en maagkrampen zonder braken
  • Onmogelijkheid om een maagsonde te plaatsen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de behandelopties voor een para-oesophageale hernia?

A
  • Resuscitatie en stabilisatie van de patiënt
  • Urgente chirurgie bij ernstige gevallen
  • Open of laparoscopische ingreep
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de meest voorkomende weefseltypes van slokdarmtumoren?

A
  • Adenocarcinoom (70%)
  • Plaveiselcelcarcinoom (30%)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is Barrett-slokdarm?

A

Premaligne aandoening waarbij meerlagig plaveiselepitheel wordt vervangen door 1-lagig maagepitheel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de symptomen van slokdarmtumoren?

A
  • Dysfagie
  • Vermagering
  • Pijn op de borst
  • Bloedarmoede en kortademigheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is het TNM-systeem?

A

Internationaal gehanteerd systeem voor stadiëring van vaste tumoren: T (tumor), N (node), M (metastase)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is de behandeling van vroege slokdarmtumoren?

A

Primaire heelkunde of endoscopische resectie (ESD)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat zijn de complicaties van slokdarmchirurgie?

A
  • Mortaliteit: 4-6%
  • Bloeding
  • Cardiovasculaire verwikkelingen
  • Letsel trachea of hoofdstambronchus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat zijn de oorzaken van maagperforatie?

A

Meestal anterieur postbulbair ulcus (net voorbij de pylorus)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat zijn de symptomen van een maagperforatie?

A

Acute pijn in de bovenbuik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat is de behandeling van een maagperforatie?

A
  • Chirurgie: Sluiten met of zonder Graham omentum patch
  • Vagotomie (nu vaak verlaten)
  • Soms partiële maagresectie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat zijn de oorzaken van hoge GI-bloeding?

A
  • Meestal stressulcus
  • Slokdarmvarices
  • Tumoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat is een Cameron-lesion?

A

Beschadiging door wrijving bij een hernia

Dit kan leiden tot bloeding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Wat is een Dieulafoy-letsel?
Aangeboren groot bloedvat onder het slijmvlies dat kan bloeden bij ulcusvorming ## Footnote Dit type letsel kan ernstige bloedingen veroorzaken.
26
Wat is een aorto-enterische fistel?
Een fistel die meestal voorkomt na aortachirurgie, typisch bij vaatlijders ## Footnote Dit kan leiden tot ernstige complicaties.
27
Wat is transpapillaire bloeding?
Bloeding uit de papil van Vater ## Footnote Dit kan een complicatie zijn van verschillende aandoeningen.
28
Wat zijn risicofactoren voor herbloeding?
* Ulcus >2cm * Actief bloedend ulcus * Ulcus thv kleine curvatuur of achterwand duodenum * Comorbiditeit of hemodynamische instabiliteit * 'Visible vessel' ## Footnote Endoscopisch zichtbaar groot bloedvat met hoog risico op herbloeding is een indicatie voor chirurgie.
29
Wat zijn de symptomen van maagcarcinoom?
* Laattijdige diagnose * Epigastrische pijn * Gewichtsverlies * Anemie * Voelbare massa in de bovenbuik bij gevorderde stadia ## Footnote Linitis plastica is een specifieke vorm waarbij de gehele maag tumoraal ingenomen is.
30
Wat zijn de behandelingsopties voor maagcarcinoom?
* Chirurgische ingrepen afhankelijk van tumorlocatie * Subtotale gastrectomie * Totale gastrectomie * Palliatieve ingrepen ## Footnote Bij sommige patiënten kan immunotherapie worden overwogen.
31
Wat zijn complicaties na maagchirurgie?
* Miltscheur * Ischemie linker leverkwab * Acute pancreatitis * Blowout van de duodenale stomp * Naadlekkage ## Footnote Vitamine B12-tekort kan optreden bij onvolledige maagverwijdering.
32
Wat is dumping syndroom?
* Vroege dumping: 15-30 min na maaltijd * Late dumping: na meerdere uren ## Footnote Beide typen veroorzaken verschillende symptomen zoals misselijkheid en duizeligheid.
33
Wat zijn indicaties voor obesitaschirurgie?
BMI > 40 ## Footnote Andere indicaties kunnen comorbiditeiten omvatten.
34
Wat zijn de soorten obesitaschirurgie?
* Restrictieve ingrepen * Malabsorptie-inducerende ingrepen ## Footnote Voorbeelden zijn gastric sleeve en gastric bypass.
35
Wat zijn complicaties van obesitaschirurgie?
* Bloeding bij nietjesrij * Functionele problemen zoals dysfagie * Voedingsdeficiënties ## Footnote Kijkoperatie is vaak voldoende voor correctie van complicaties.
36
Wat zijn de anatomische kenmerken van de lever?
* Bestaat uit 2 lobben en 8 segmenten * Dubbel veneus systeem ## Footnote De vena portae voert veneus bloed van de ingewanden naar de levercellen.
37
Wat zijn mogelijke complicaties van hepatobiliaire chirurgie?
* Bloeding * Leverfalen * Gallek * Biliaire peritonitis ## Footnote Acute leverfalen kan snel progressief zijn.
38
Wat zijn de oorzaken van acute cholecystitis?
* Galstenen * Afsluiting van de ductus cysticus ## Footnote Multifactorieel, met genetische aanleg en voeding als risicofactoren.
39
Wat zijn symptomen van acute cholecystitis?
* Pijn in de rechter bovenbuik * Koorts * Teken van Murphy ## Footnote Icterus kan optreden bij cholangitis.
40
Wat zijn de behandelingsopties voor acute cholecystitis?
* Cholecystectomie binnen 48u bij acute gevallen * Antibiotica bij laattijdige presentatie ## Footnote Bij hoog risicopatiënten is percutane ingreep mogelijk.
41
Wat zijn de meest voorkomende levertumoren?
90% zijn metastasen ## Footnote Colorectale kanker is de meest voorkomende oorzaak van metastatische levertumoren.
42
Wat zijn de oorzaken van acute pancreatitis?
* Galstenen * Alcohol * Anatomische obstructie ## Footnote Tumoren kunnen soms het eerste teken van pancreaskanker zijn.
43
Wat zijn symptomen van acute pancreatitis?
* Acute pijn bovenbuik * Misselijkheid * Hematoom rond navel of flank ## Footnote Bij ernstige gevallen kan de patiënt flauwvallen.
44
Wat zijn de behandelingsopties voor acute pancreatitis?
* Supportieve zorg * Voeding: enterale of totale parenterale voeding * Percutane drainage bij geïnfecteerde vochtcollectie ## Footnote Chirurgie is zeldzaam bij acute pancreatitis.
45
Wat zijn cystische tumoren van de pancreas?
* Mucineus * Sereus * IPMN ## Footnote Deze tumoren bevatten vloeibaar vocht en zijn minder frequent dan adenocarcinoom.
46
Wat is adenocarcinoom van de exocriene pancreas?
Meest voorkomende pancreastumor, zeer agressief met slechte prognose ## Footnote 5-jaarsoverleving is slechts 5%.
47
Wat is een IPMN?
Intraductal Papillary Mucinous Neoplasm.
48
Wat is de meest voorkomende pancreastumor?
Adenocarcinoom van de exocriene pancreas.
49
Wat is de prognose voor adenocarcinoom van de exocriene pancreas?
Slechte prognose met een 5-jaarsoverleving van slechts 5%.
50
Bij welke leeftijd komt adenocarcinoom van de exocriene pancreas vooral voor?
Vooral bij oudere leeftijd.
51
Welke omgevingsfactor verhoogt het risico op pancreaskanker?
Roken verhoogt het risico 2-3x.
52
Welke medische antecedenten verhogen het risico op pancreaskanker?
* Gastrectomie * Cholecystectomie.
53
Wat is een belangrijke erfelijke factor voor pancreaskanker?
Familiale adenomateuze polypose (FAP).
54
Wat zijn symptomen van pancreaskanker?
* Iceterus (geelzucht) * Vermagering * Buikpijn * Misselijkheid en braken * Pruritus (jeuk).
55
Wat is de rol van CA19-9 in de diagnose van pancreaskanker?
Tumormerker voor pancreaskanker, 80% gevoelig en specifiek.
56
Wat is de eerste keuze voor beeldvorming bij pancreaskanker?
CT-scan met contrast.
57
Wat is de Whipple-procedure?
Duodenopancreatectomie, bij curatieve behandeling.
58
Wat zijn de indicaties voor de Whipple-operatie?
Behandeling bij pancreaskopcarcinoom en sommige andere pancreastumoren.
59
Wat zijn de drie belangrijke anastomosen in de Whipple-operatie?
* Naad tussen dunne darm en restpancreas * Naad tussen galweg en dunne darm * Naad tussen maag en dunne darm.
60
Wat is de complicatie van pancreaschirurgie met een kans van 20%?
Pancreasfistel of lek.
61
Wat zijn de gevolgen van een pancreasfistel?
* Kans op abces * Bloeding * Vertraagde maaglediging.
62
Wat zijn symptomen van acute lage gastro-intestinale bloeding?
* Hematochesie * Melena.
63
Wat is de meest voorkomende oorzaak van acute lage GI-bloeding?
Diverticulaire bloeding.
64
Wat zijn de risicofactoren voor diverticulaire bloeding?
* Hoge leeftijd * Vezelarm dieet.
65
Wat is de behandeling voor acute diverticulitis?
* Antibiotica * Restenarme voeding.
66
Wat is de Hinchey-score?
Classificatie van geperforeerde diverticulitis.
67
Wat is de oorzaak van intestinale ischemie?
* Embolie van de arteria mesenterica superior * Arteriële trombose.
68
Wat zijn de symptomen van acute appendicitis?
* Pijn rond de navel * Verplaatsende pijn naar rechter fossa.
69
Wat zijn de vormen van appendicitis?
* Flegmoneus * Gangreneus – geperforeerd.
70
Wat zijn de oorzaken van colorectaal carcinoom?
* Omgevingsfactoren * Levensstijl * Erfelijke syndromen.
71
Wat verhoogt het risico op colorectaal carcinoom?
* Roken * Alcoholgebruik * Gebrek aan lichaamsbeweging.
72
Wat is een tumormarker voor colorectaal carcinoom?
Serum CEA.
73
Wat zijn de meest voorkomende complicaties na colorectale chirurgie?
* Naadlekkage * Dunne darmobstructie.
74
Wat is de behandeling voor rectumcarcinoom?
* Lokale excisie * Endoscopische resectie * Totale Mesorectale Excisie (TME).
75
Wat is de rol van preoperatieve behandeling voor grote tumoren?
Radiotherapie of chemotherapie.
76
Wat is de definitie van een colostoma?
Een chirurgisch aangelegde opening van de dikke darm naar de buikwand.
77
Wat zijn de preoperatieve behandelingen voor grote tumoren of aangetaste lymfeklieren?
Radiotherapie of chemotherapie.
78
Wat zijn de twee schema's voor preoperatieve behandeling?
* Kort schema: 5 sessies, operatie na 1 week * Lang schema: 25 sessies, operatie na 6-8 weken
79
Wat is een colo-anale anastomose?
Een chirurgische verbinding tussen de dikke darm en de anus, met of zonder J-pouch.
80
Wat is een tijdelijk loop ileostoma?
Een tijdelijk aangelegde opening van de dunne darm naar de buikwand.
81
Wat is een extended Hartmann-operatie?
Een tijdelijk stoma met een operatie na 6 weken.
82
Wat zijn de primaire oorzaken van peritoneale carcinomatose?
* Peritoneaal mesothelioom * Peritoneaal sarcoom
83
Wat zijn de secundaire oorzaken van peritoneale carcinomatose?
* Colorectaal carcinoom * Ovariumcarcinoom * Pseudomyxoma peritonei (appendixtumor)
84
Wat zijn de behandelingen voor peritoneale carcinomatose?
* Chirurgie (cytoreductie, peritonectomie) * Hypertherme intraperitoneale chemotherapie (HIPEC)
85
Wat is het doel van HIPEC?
Hoger effect van chemotherapie met minder bijwerkingen.
86
Hoe verhoogt hyperthermie het effect van chemotherapie?
Het verhoogt het tumor dodende effect.
87
Wat zijn de stappen in de HIPEC-procedure?
* Cytoreductie en peritonectomie * Installeren van perfusiesysteem * Verwarmen tot 38-43 graden * Chemotherapie toedienen (30-90 min) * Perfusiesysteem verwijderen en buik sluiten
88
Wat zijn de complicaties van HIPEC?
* Lokale toxiciteit: verhoogde kans op naadlekkage, langdurige maagverlamming * Systemische toxiciteit: beenmergsuppressie, nefrotoxiciteit (ciscplatine), levertoxiciteit, thrombopenie
89
Hoeveel open vragen zijn er op het examen?
4-5 open vragen.
90
Wat is belangrijk om te onthouden over het examen?
Geen details over HIPEC.
91
Wat moet je raadplegen voor visuele ondersteuning in de cursus?
Zie afbeeldingen in cursus.