HGD Flashcards

1
Q

Doel diagnostiek

A

Gericht informatie verzamelen met als doel verantwoorde besluitvorming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Rollen diagnosticus

A
  • Expert gedragswetenschapper
  • Partner in dialoog met cliënt (samenwerking)
  • Verdediger van belangen van het kind (indien nodig)
    => praktijkwetenschapper
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Confirmation Bias

A

Confirmation Bias:Richt zich op het zoeken en interpreteren van informatie die bestaande overtuigingen bevestigt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Belief Perseverance

A

Richt zich op het vasthouden aan overtuigingen, zelfs wanneer deze overtuigingen worden weerlegd door nieuw bewijs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Primacy effect

A

Informatie die het eerst wordt verkregen, die levendig is, emoties oproept of mondeling werd verkregen zal meer doorwegen in keuzeprocessen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Exessive data collection

A

Er wordt veel informatie verzameld die niet noodzakelijk relevant is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Search for the exotic

A

Zoeken naar het buitengewone. Dit resulteert in o.a. de neiging om de prevalentie van weinig voorkomende problemen te overschatten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Illusory correlation

A

Het veronderstellen van verbanden die niet bestaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Overconfidence in own capability

A

Overschatten van de kwaliteit van eigen oordeelvermogen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Deductie

A

Hypothesen zijn gebaseerd op wetenschappelijke theorieën

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Inductie

A

Hypothesen sluiten aan op informatie over de client

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Empirische cyclus - de groot

A

Observatie -> inductie -> deductie -> toetsing -> evaluatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Regulatieve cyclus -van strien

A

Probleemstelling -> diagnose -> plan -> ingreep -> evaluatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Uitgangspunten HDG

A

Doelgericht
Transactioneel kader
Samenwerking is belangrijk
Oog voor positieve aspecten en deze benutten
Systematische en transparante procedures

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Doelgericht

A

Streven heldere doelen na en gebruiken heldere stapsgewijze aanpak

Als - dan principe

Goed advies is een bruikbaar advies

Diagnostiek = eenvoudig als het kan, uitgebreid als het moet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Transactioneel

A

Problemen zijn niet enkel kenmerken van kind, gaat over een wisselwerking van kind met omgeving

Context meenemen in diagnose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Niveaus te onderscheiden in omgeving

A

1) micro = relatie tussen kind en directe omgeving zoals het gezin
2) mesoniveau = invloed van systemen op elkaar
3) macroniveau = maatschappelijke factoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Samenwerken

A

Samenwerking zeer belangrijk in volgende fases:

  1. Intake
  2. Onderzoeksfase
  3. Adviesfase

Praten met clienten niet over clienten

Gedetailleerde uitleg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Positieve aspecten

A

Diagnostiek is sterk gericht op problemen waardoor positieve aspecten vaak worden vergeten

=> specifieke aandacht hiervoor
Ze zijn nodig om situatie te begrijpen, doelen te formuleren en een succesvol advies te geven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Empirische cyclus van de groot - criteria

A
  1. HGD is prescriptief = stappen liggen op voorhand vast
  2. Gebaseerd op methodologische regels
  3. Gebruik van formulieren
21
Q

Klachtenanalyse

A

Klachtenanalyse – vraag om verheldering - verheldering

22
Q

Probleemanalyse

A

Probleemanalyse – onderkennende vraag - classificatie

23
Q

Verklaringsanalyse

A

Verklaringsanalyse – verklarende vraag -verklaring

24
Q

Indicatieanalyse

A

Indicatieanalyse – indicerende vraag – aanbeveling/advies-veranderingsgericht-evaluerend

25
Fasen van HGD
Intakefase -> strategiefase -> oz fase -> indiceringsfase -> adviesfase
26
Intakefase
= starten met diagnostisch proces en samenwerking en verzamelen van informatie = begint met aanmelding
27
Voorwaarden intake
1. Opvoedings/onderwijsgerelateerde probleem? 2. Diagnostiek nodig om vraag te beantwoorden? 3. Als psycholoog/pedagoog gekwalificeerd om dit oz uit te voeren ? 4. Beroepsethische posities van betrokkenen helder?
28
Doelen intake
Context van de aanmelding verhelderen Samenwerkingsrelatie starten Diagnostische vraagstellingen bepalen Werkafspraken maken
29
Vragen bij reden van aanmelding
- Onderkennend: beschrijvend, niveaubepalend of classificerend - Verklarend: vaak link met wisselwerking/afstemming - Indicerend Veranderingsgerichte: effect van een aanpak Adviesgericht - Evaluerend
30
Onderkennende vraag
= vraag naar overzicht 3 soorten 1. Beschrijvend 2. Niveaubepalend 3. Classificerend
31
Verklarende vraag
Link met wisselwerking/afstemming
32
Indicerende vraag
Veranderingsgerichte : wat is het effect van een bepaalde aanpak Adviesgericht: welke doelen streven we na en wat is daarvoor nodig
33
Intakefase: heb je op het einde volgende vier doelen bereikt?
1. Context van aanmelding is helder? 2. Samenwerkingsrelatie is gestart 3. Diagnostische vraagstellingen zijn bekend 4. Werkafspraken zijn gemaakt
34
Strategiefase
Wat is nodig om de vraagstelling te beantwoorden -> reflectief Je kan elementen van strategiefase implementeren tijdens de intake Mag zeker niet overgeslagen worden
35
Strategiefase - systematisch
vier stappen Wat weten we al? + ernst Moeten we meer weten? Wat moeten we nog weten? Afronding strategiefase
36
Soorten hypotheses
1. Onderkennende hypothesen 2. Verklarende hypothese 3. Indicerende hypothese
37
Onderkennende hypothese
= Beschrijving, niveaubepaling of classificatie van kenmerken
38
Verklarende hypothese
Verwoorden een mogelijke samenhang tussen kenmerken van verschillende partijen = kijken wat mogelijke verklaringen zijn voor het probleem
39
Indicerende hypothese
1. Adviesgerichte 2. Veranderingshypothese
40
Onderzoeksfase
Formuleren onderzoeksvragen, toetsen hypotheses en beantwoorden onderzoeksvragen Onderzoeksvraag = operationaliseren van hypotheses = vertalen naar toetsbare onderzoeksvragen
41
stappen indiceringsfase
1. Formuleren van integratief beeld 2. doelen: wat willen/kunnen veranderen 3. van doel naar gewenste aanpak 4. argumenten voor en tegen aanpak
42
SMARTI
Specifiek Meetbaar Aanvaardbaar (en begrijpelijk) Realistisch Tijdsgebonden Inspirerend
43
5 B's
beschikbaarheid Bereikbaarheid Bruikbaarheid Betaalbaarheid Begrijpbaarheid
44
Preadvies
Aanbevelingen (verschillende alternatieven) beargumenteerd met voor en tegen Primair in het belang van het kind (grenzen van diagnosticus) Geordend van wenselijk naar minimaal noodzakelijk
45
Type vraagstelling
Onderkennend, verklarend of evaluerend veranderingsgericht of adviesgericht
46
Transdiagnostische visie
visie op psychopathologie waarbij ervan wordt uitgegaan dat dezelfde onderliggende genetische, neurobiologische en psychologische mechanismen kunnen leiden tot verschillende stoornissen
47
doel indiceringsfase
- komen tot integratief beeld - aanbevelingen formuleren
47
parallel vs sequentiële comorbiditeit
parallel = op hetzelfde moment (tegelijkertijd depressie en angststoornis) sequentieel = er is een verandering van stoornissen over verloop van tijd
48
Doel evidence-based hulpverlenen
Kennis van effectieve behandelwijzen uit de klinische psychologie en de orthopedagogiek te vergroten