Hoofdconcepten Flashcards

(12 cards)

1
Q

socialisatie

A

de ontwikkeling waardoor en manier waarop iemand cultuur en gedrag aanleert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

acculturatie

A

het aanleren en verwerven van een andere cultuur of elementen daaruit, dan die waarin iemand is opgegroeid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

identiteit

A

het zelfbeeld dat iemand heeft, wat hij typerend vindt voor zichzelf en laat zien. Het beeld wordt bepaald door de groepen waar iemand wel of niet toe behoort.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

cultuur

A

het geheel van voorstellingen, opvattingen, uitdrukkingsvormen, normen en waarden die mensen als lid van een groep of samenleving hebben verworven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

politieke instituties

A

hoe iemand politieke cultuur aanleert; politieke tradities, kennis en opvattingen die bij de samenleving horen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

ideologie

A

samenhangende ideeën over politiek, verdeling van macht in een samenleving, de economie en over sociaal-culturele zaken als vrijheid voor het individu.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

groepsvorming

A

als meer dan twee mensen bindingen aangaan en onderhouden en elkaars normen en waarden beïnvloeden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

sociale cohesie

A

hoeveel bindingen mensen met anderen hebben en hoe sterk deze zijn, het gevoel bij een groep of gemeenschap te horen en hoe zeer mensen voor elkaar verantwoordelijk zijn of van anderen hulp kunnen verwachten of eisen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

sociale instituties

A

het gedrag van mensen en al hun relaties, is gebonden aan regels, die soms officieel zijn vastgelegd en soms niet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

politieke instituties

A

het gedrag van mensen en hun contacten en afhankelijkheden met betrekking tot politiek is gebonden aan regels, die soms officieel zijn vastgelegd en soms niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

representatie

A

gekozen vertegenwoordigers zitten namens een groep in een (politieke) organisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

representativiteit

A

in hoeverre een groep zich herkent in de vertegenwoordigers en in de meningen en beslissingen daarvan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly