Hoofdstuk 3 Flashcards

(35 cards)

1
Q

Aardbeving

A

schokkend of trillende beweging van gedeelte van aardkorst door werking van endogene krachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

aardkern

A

binnnenste van aarde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

aardmantel

A

deel in binnenste aardbol tussen aardkorst en binnenkern

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

archipel

A

eilanden groep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

basalt

A

stollingsgesteente ontstaat door snelle stolling van afkoeling lava

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

breuk

A

barst of scheur in aardkorst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

caldeiravulkaan

A

oude vulkaan met grote kilometersbreedte krater door leeglopen van magmakamer waardoor dak is ingestord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

continenteleplaat

A

plaat bestaat uit groot land opervlakte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

continenteleplaat

A

plaat bestaat uit groot land opervlakte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

convectiestroom

A

stroming van gestold gesteente onder aardkorst binnen in aarde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

convergentie

A

het naar elkaar toe drijven van platen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

divergentie

A

het uit elkaar drijven van platen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

effusieve uitbarsting

A

rustige vulkaanuitbarsting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

epicentrum

A

punt waar aardbeving aan oppervlakte komt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

eruptie

A

vulkaanuitbarsting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

explosieve uitbarsting

A

heftige vulkaanbarsting

16
Q

graniet

A

stollinggesteente dat ontstaat door langzame afkoeling lava

17
Q

hotspot

A

plaats aan aardoppervlak waar mantelpluim door aardkorst is gebroken

17
Q

kraterpijp

A

verbinding tussen magmakamer van een vulkaan en de krater

18
Q

lava

A

magma door de aardkorst naar buiten stroomt

19
Q

magma

A

heet vloeibaar gesteente in aarde

20
Q

mantelpluim

A

opstijgend magma vanaf een vaste plek in aardmantel

21
Q

mediteriaan klimaat/ Middellandse zeeklimaat

A

klimaat met hete droge zomers en vochige zachte winters

22
Q

naschok

A

aardbeving die uren dagen of weken na aardbeving op dezelfde plek plaatsvind

23
oceanische plaat
plaat die bestaat uit groot zeeoppervlakte
24
plaat
stuk aardkorst
25
pyroclastische stroom
hete gassen vermengen met stenen en as bij vulkaan uitbarsting helling afrazen
26
schaal van Richter
schaal waarmee de kracht van een aardbeving word aangegeven
27
schildvulkaan
lagge brede vulkaan met flauwe hellingen
28
stollingsgestteente
gesteente dat onstaan door afkoeling lava
29
stratovulkaan
vulkaan met steile hellingen die opgebouwd uit lagen lava en pyroclastische stroom
30
subductie
wegduiken van oceanische plaat duikt onder continentale plaat
31
transforme beweging
langs elkaar bewegen van pplaten
32
trog
diepe kloof onder in zee onstaan door subductie van oceanische plaat
33
zeeklimaat
klimaat met matigende invloed van zee op tempratuur en hele jaar neerslag