Hoofdstuk 4: It's all relative. (Trimester 2) Flashcards
(77 cards)
1
Q
een tante
A
an aunt
2
Q
een schoonbroer
A
a brother-in-law
3
Q
een neef / nicht (zoon/dochter van tante/oom)
A
a cousin
4
Q
een schoondochter
A
a daughter-in-law
5
Q
een familiestamboom
A
a family tree
6
Q
een schoonvader
A
a father-in-law
7
Q
een kleindochter
A
a granddaughter
8
Q
een grootvader
A
a grandfather
9
Q
een grootmoeder
A
a grandmother
10
Q
een kleinzoon
A
a grandson
11
Q
een halfbroer
A
a half-brother
12
Q
een halfzus
A
a half-sister
13
Q
een echtgenoot
A
a husband
14
Q
een schoonmoeder
A
a mother-in-law
15
Q
een neef (zoon van broer/zus)
A
a nephew
16
Q
een nicht (dochter van broer/zus)
A
a niece
17
Q
een broer of zus
A
a sibling
18
Q
een schoonzus
A
a sister-in-law
19
Q
een stiefmoeder
A
a stepmother
20
Q
een oom
A
an uncle
21
Q
een echtgenote
A
a wife
22
Q
een adoptiegezin
A
an adoptive family
23
Q
de puberteit
A
adolescence
24
Q
een puber
A
an adolescent
25
volwassenheid
adulthood
26
een vrijgezel
a bachelor
27
een geboorte
a birth
28
een biologische moeder
a birth mother
29
een nieuw samengesteld gezin
a blended family
30
een kindertijd
a childhood
31
een zelfgekozen gezin
a chosen family
32
dood
death
33
een scheiding
a divorce
34
een verloving
an engagement
35
een uitgebreide familie
an extended family
36
een verloofde
a fiancé (m)
a fiancée (v)
37
een huwelijk
a marriage
38
een kerngezin
a nuclear family
39
ouderdom
old age
40
een gepensioneerde
an old-age pensioner
41
ouderschap
parenthood
42
een verantwoordelijkheid
a responsibility
43
een pensioen
a retirement
44
een gezin met ouders van hetzelfde geslacht
a same-sex family
45
een eenoudergezin
a single-parent family
46
een tiener
a teenager
47
tienerjaren
teenage years / teens
48
een weduwe
a widow
49
een weduwnaar
a widower
50
weduwnaarschap
widowerhood
51
weduwschap
widowhood
52
verwarren
to confuse
53
overtuigen
to convince
54
scheiden
to get divorced
55
trouwen
to marry
56
opvoeden
to raise
57
hertrouwen
to remarry
58
met pensioen gaan
to retire
59
ingewikkeld
complicated
60
wettelijk
legal
61
meerdere
multiple
62
afwisselend
varied
63
grootouder worden
to become a grandparent
64
uitdagend
challenging
65
moedig
courageous
66
uitstekend
excellent
67
uitzonderlijk
exceptional
68
fantastisch
fantastic
69
hebzuchtig
greedy
70
hartverscheurend
heartbreaking
71
hilarisch
hilarious
72
aangrijpend
moving
73
professioneel
professional
74
opmerkelijk
remarkable
75
schitterend
splendid
76
geweldig
terrific
77
kwetsbaar
vulnerable