Hoofdstuk 6 Flashcards
(35 cards)
omwille van
for the sake of
te blootstellen aan
to expose to
te uitpuilen
to bulge
te zorgen baren / de zorg
to worry / the care
te overwegen (overwoog, overwogen) / de overweging
to consider / the consideration
bestemd zijn voor
to be intended for
gaandeweg
gradually
omstreden
controversial
te aantonen
to demonstrate
te schuilen
to hide / to take shelter
te verrichten / de verrichting
to perform, to do / the operation, the action
huidig
current
te overnemen (nam over, overgenomen)
to take over, to take, to adopt
te verslinden (verslond, verslonden)
to overspend, to devour, to engorge
te afronden / afgerond
to round up, to wrap up / finished, wrapped up
kriskras
criss-cross (накрест)
amper
barely, hardly (almost not)
zonde / de zonde
sinful, pity / the sin
het pand
the property, house, premises
te beslaan (besloeg, beslaan)
to cover, to condense
doorzichtig
transparent
te onttrekken aan (onttrok, onttrokken)
to evade, to avoid
te verwijderen / de verwijdering
to remove, to delete / the removal
zogenaamd
so called