Hoofdstuk 8 - modernisme Flashcards
(16 cards)
1
Q
5 dingen
Dingen die gebeurde tijdens 1900-1950…
modernisme
A
- wereldoorlogen
- russische revolutie
- economische wereldcrisis
- opkomt fascisme
- freud-psychoanalyse
2
Q
beeldende kunst
kubisme
modernisme
A
- niet realistisch/logisch
- afzetten tegen regels
- geometrische vormen
3
Q
beeldende kunst
futurisme
modernisme
A
- sluit aan bij machines, industrie en oorlog
- snelheid, energie, krachtige lijnen
4
Q
beeldende kunst
dadaïsme
modernisme
A
- tegen bestaande opvattingen
- toeval, absurt, humor
- dagelijkse voorwerpen (ready-mades)
5
Q
beeldende kunst
surrealisme
modernisme
A
- dromen, visioenen, fantasie
- geen logica
6
Q
beeldende kunst
abstracte kunst
modernisme
A
- non-figuratief, geen herkenbare voorstelling
- vorm, kleur, lijn
- zoektocht naar essentie en waarheid
7
Q
beeldende kunst
de stijl
modernisme
A
- primaire kleuren
- eenvoudig
8
Q
bouwstijl
amsterdamse school
modernisme
A
- gebruik van bakstenen
- versiering in gevels
- ronde vormen
9
Q
bouwstijl
het nieuwe bouwen
modernisme
A
- beïnvloed door bauhaus
- glas, staal en beton
- function over form
- licht, luchtig, rechtlijnig
10
Q
bouwstijl
bauhaus
modernisme
A
- geloof in betere socialere toekomst
- massaproductie
- function over form
11
Q
bouwstijl
constructivisme
modernisme
A
- industriele materialen
- experimentele constructie
- transparant en open
12
Q
theater, dans, muziek
episch theater
modernisme
A
- politiek/maatschappelijke visie
- gericht op verstand
- zet publiek aan het denken
- vervreemding effect
13
Q
theater, dans, muziek
tanztheater
modernisme
A
- Kurt Jooss
- klassiek ballet en theater
- expressie en freeze van karakteristische houdingen
14
Q
theater, dans, muziek
grahamdans
modernisme
A
- expressionistische dans
- contraction en release
- eerste moderne dans
15
Q
theater, dans, muziek
ausdruchstanz
modernisme
A
- Mary Wigman
- afzetten tegen bestaande regels
- niet sierlijk, vrijheid
- muziek is niet belangrijk
16
Q
kernconcepten modernisme
modernisme
A
- denken aan toekomst
- waarheid, objectief
- abstractie, geen logica
- form follows function
- less is more, eenvoudig
- vernieuwing, orgineel
- expressie: angst
- universele taal