Hoorcollege 9 Flashcards

(30 cards)

1
Q

wat doe je bij de indicatie analyse

A

Het identificeren van geschikte behandelopties die zoveel mogelijk aansluiten bij de situatie van de cliënt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

welke stappen doorga je bij de indicatieanalyse (4)

A
  • nagaan of een interventie ingezet kan worden
  • formuleren en prioriteren van doelen
  • selecteren van interventies
  • bepalen van nut en kans van slagen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Is de behandeling nodig?(nagaan of een interventie ingezet kan worden)

A

Kan het niet vanzelf opgelost worden. Is het probleem gedrag niet normaal voor die leeftijd?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Is de behandeling mogelijk? (nagaan of een interventie ingezet kan worden)

A

Je kijkt in kennisbestanden of er interventies beschikbaar zijn om de problemen aan te pakken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Is de behandeling wenselijk (nagaan of een interventie ingezet kan worden)

A

Kleven er bepaalde nadelen of uitdagingen aan een behandeling en wegen die op tegen de voordelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

contra- indicatie

A

een contra-indicatie is een factor of omstandigheid om een bepaalde behandeling niet toe te passen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat doe je bij het formuleren en prioriteren van doelen

A

je formuleert globale interventie doelen. (specifieke doelen doe je pas bij de behandeling)
Je brengt prioritering aan bij de doelen als er meerdere problemen zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat word er bepaald bij het selecteren van interventies

A

wat voor interventie wordt er gekozen, in welke setting en wat word de interventie duur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat bepaal je bij nut (bepalen nut en kans van slagen)

A

positieve + negatieve opbrengsten die een behandeling met zich mee kan brengen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

op basis waarvan bepaal je het nut (3)

A
  • effectiviteit: er is bekeken bij andere groepen hoe effectief deze behandeling is.
  • matching: hoe goed sluit de behandeling aan bij de cliënt.
  • dekkingsgraad: je gaat kijken kijken hoeveel probleemgebieden een behandeling target. Dan heeft de behandeling een hoge dekkingsgraad
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat bepaal je bij kans (bepalen nut en kans van slagen)

A

verhogen of verlagen de eigenschappen van een cliënt de kans op slagen van een behandeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

op basis waarvan bepaal je de kans (2)

A

op indicatie- en contra-indicatiecriteria

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

valkuilen bij advisering (2)

A
  • als bepaalde aanbevelingen niet aansluiten bij de hulpvragen
  • te weinig vertaling naar het referentiekader van de cliënt. Cliënt snapt niet wat je zegt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

welke gespreksmodus kan je gebruiken in het adviesgesprek (3)

A
  • informatiemodus
  • consensusmodus
  • beïnvloedingsmodus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

waar hangt het vanaf welke gespreksmodus je kies

A

hangt af van welk doel je hebt tijdens het adviesgesprek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

welke stappen heb je bij het adviesgesprek (6)

A
  • voorbereiding
  • voorlichting aan cliënt
  • controle door de diagnosticus
  • overleg over de aanbeveling
  • concretiseren van gekozen advies
  • afronding
17
Q

welke gespreksmodus gebruik je bij voorlichting aan cliënt

A

informatiemodus, je geeft voornamelijk informatie in deze stap.

18
Q

welke gespreksmodus gebruik je bij controle door diagnosticus

A

informatiemodus, kijk of het goed aankomt wat je zegt. Let goed op de reactie van de cliënt

19
Q

welke gespreksmodus gebruik je bij overleg over aanbeveling

A

consensus en beïnvloedingsmodus. Je wilt overeenstemming bereiken en gaat in overleg met de cliënt

20
Q

welke gespreksmodus gebruik je bij concretisering van gekozen advies

A

informatie + consensusmodus, je gaat na wat je gaat doen en wilt hier overeenstemming in bereiken

21
Q

welke gespreksmodus gebruik je bij afronding

A

informatiemodus + consensusmodus, Je gaat na wie er nog meer geïnformeerd moet worden

22
Q

welke twee versies zijn er van het diagnostisch verslag

A
  • technisch-professioneel verslag
  • cliëntverslag
23
Q

wat is het technisch professioneel verslag

A

alle stappen van de diagnostische cyclus voor collega’s en vakgenoten. Met conform beroepcodes NIP

24
Q

wat staat er in het cliëntverslag

A

voor het cliëntsysteem. Zelfde inhoud als dat van het professioneel verslag maar dan toegankelijk taalgebruik

25
mag je de rapportage doorsturen naar derden zonder toestemming van de cliënt
Het mag meestal niet, alleen naar een wettelijke contactgever in een justitie context
26
heeft een cliënt recht tot blokkeren van rapportage aan een externe opdrachtgever
normaalgesproken wel, maar niet in een justitie context
27
heeft een cliënt recht op correctie, aanvulling of verwijdering van gegevens in rapportage
als de cliënt kan aantonen dat gegevens onjuist, niet van toepassing of onvolledig zijn. Dan wel
28
waarom heb je een geldigheidsdatum van een rapportage
omdat misschien bepaalde zaken niet meer kloppen na een bepaalde tijd
29
Hoe kan je de kans uitdrukken in een getal en wat is de grenswaarde voor vertrouwen in een behandeling
je kan de kans uitdrukken in een getal tussen de 0,0 en 1,0. Als je getal lager is dan 0,3 dan heb je geen vertrouwen in de behandeling
30
hoe kun je het verwachte nut bepalen
nut * kans.