Inleiding bestuursrecht Flashcards

ALLES HALEN! :) (90 cards)

1
Q

Bijzonder bestuursrecht

A
  • Alles buiten de Awb.
  • Gaat over specifieke dingen: (omgevingsrecht, vreemdelingen recht)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

OPERA-criteria (persoon) + arrest en wet

A
  • O= objectief= belang moet feitelijk zijn > het moet vastgesteld worden= probleem uitleggen.
  • P= persoonlijk= je moet je kunnen onderscheiden van de massa > waarom jij er last van hebt, en andere in andere situaties niet= je woont er dichtbij.
    E= Eigen= Komt iemand op voor zichzelf?
    R= Rechtstreeks= Is er een causaal verband tussen het besluit en jouw belangen?
    A= Actueel= het plan moet zekere zijn, de bouw moet ook echt plaatsvinden.
    ( Art. 1.2 lid 1 Awb ; Mestbassain arrest (Bij P) )
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

OPERA-criteria (concurrent) + arrest en wet

A
  • O= objectief belang= het feitelijke gevolg > minder klanten.
  • P= persoonlijk= gevolg van O= mijn bedrijf krijgt erdoor minder inkomsten.
  • E= eigen belang= jij krijgt minder inkomen.
  • R= rechtstreeks= 3 vragen= Behoren ze tot hetzelfde marktsegment (beide een restaurant), zelfde verzorgingsgebied? (in zelfde straat) en of de ondernemer er gevolgen van ondervindt?
  • A= Actueel= Gaat de bouw ook echt gebeuren?
    (Art. 1.2 lid 1 Awb ; minicamping heksenketel arrest (bij R) )
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

OPERA-criteria (stichting) + arrest en wet

A
  • O= objectief= probleem uitleggen.
  • P= vervangen voor vraag of ze een algemeen belang beschermen? = aantal eisen: het doel van de stichting moet in het statuut staan, en het moet om een specifiek belang gaan, wat te blijken is aan hun werkzaamheden> Ze hebben al veel boeren geholpen.
  • R= Rechtsreeks= causaal verband.
  • A= actueel= gebeurt het echt?
    ( Art 1:2 lid 1 Awb ; Stichting openbare ruimte (bij P) )
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

OPERA-criteria (organisatie/ collectief belang) + arrest en wet

A
  • O= objectief= probleem uitleggen.
  • P= vervangen voor vraag of ze een algemeen belang beschermen? = aantal eisen: het doel van de stichting moet in het statuut staan, en het moet om een specifiek belang gaan, wat te blijken is aan hun werkzaamheden> Ze hebben al veel boeren geholpen.
  • R= Rechtsreeks= causaal verband.
  • A= actueel= gebeurt het echt?
    ( Art. 1:2 lid 1 Awb ; Art. 1:2 lid 3 Awb ; Stichting openbare ruimte (bij P) )
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Artikel over representativiteitsvereiste
: wat is het, soorten vereisten, waar richt het zich op en hoe ziet Den Haag v.s internationaal dit?

A
  • Representativiteitsvereiste= nieuwe eisen over of organisaties/ verenigingen de belangen die ze in hun statuut benoemen wel behartigen.
    > Er wordt vaak door organisaties geprocedeerd (art. 1:2 lid 3 Awb)
    > Kritiek dat eisen te laag zijn> ze willen een representativiteitsvereiste invoeren, maar wanneer is iets representatief?
  • Kwantitatieve benadering, kwalitatieve benadering, geen benadering.
    > In privaatrecht is dit representativiteit vereiste al wel en kijken ze dus meer naar achterban i.p.v feitelijke werkzaamheden waar OPERA naar kijkt.
    > Den Haag wil drempel hoog (minder misbruik collectieve acties), maar internationaal wil drempel laag (kleine organisaties krijgen zo makkelijk toegang)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Kwantitatieve, kwalitatieve of geen benadering

A
  • Kwantitatief= vereiste minimaal aantal leden (2000)
  • Kwalitatief= expertise en ervaring van organisaties beoordelen
  • Geen= Als het in het statuut staat, is het goed.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Dwingend recht

A

Het is bindend > je mag er niet van afwijken, tenzij er iets anders in het bijzonder recht staat (dat gaat altijd voor)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Regelend recht

A

Awb bevat hoofdregel, maar je kunt ervan afwijken, bij andere afspraken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Aanvullend recht

A

Ze gaan ervan uit dat het al in het bijzonder recht staat, maar zo niet dan deze regel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Faculatief recht

A

Is alleen geldig als hetzelfde ook in een bijzondere wet staat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Betoog opbouw

A

Inleiding= Onderwerp introduceren en je standpunt geven.
Kern= Per alinea leg je 1 argument uit, of tegenargumenten die je weerlegd.
Slot= Kort je argumenten benoem en dus… standpunt herhalen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Bestuursorgaan

A

Orgaan met rechtspersoonlijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Verschillen a en b orgaan

A

A= al hun handelingen zijn gebonden aan de awb > ze moeten er altijd aan houden.
B= niet altijd verbonden (autoreparateur>APK)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe weet je of iets een a-orgaan is?

A

==Bevat het rechtspersoonlijkheid?=
- Art 2:1 Bw staat dat het rechtspersoonlijkheid heeft.
- Als aan het begin van de genoemde wet staat dat ‘het rechtspersoonlijkheid heeft.’
==Is het een orgaan? ( art. 1:1 lid 1 BW)
- Heeft het de macht: de organen van de staat, gemeente, provincie (comissaris van de koning), waterschappen (dagelijks bestuur/ dijkgraaf)> zelf geven ze dus nooit vergunningen uit.
- Andere rechtspersonen (b.v.b de uni) die organen hebben met bevoegdheden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Is iets een B-orgaan?

A

Heeft het openbaar gezag?
- wettelijk openbaar gezag= als de organisatie ofzo. ook nog wat voor de overheid doet ernaast (APK) en dit staat in wet beschreven.
- Buitenwettelijk openbaar gezag= Vaak een geprivatiseerde overheidsbevoegdheid (voormalig a-orgaan), maar de overheid wil nog wel dat de besluiten worden gecontroleerd door de bestuursrechter (zitten vereisten aan) > stichting bevordering kwaliteit Schiphol
- Art. 1:1 lid 2 > uitzonderingen die geen bestuursorgaan zijn nagaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Voordelen bestuursrechter

A
  • Laagdrempelig > geen advocaten nodig
  • Lage kosten
  • Informeel= makkelijk
  • Gelijkheidscompensatie= overheid heeft veel meer ervaring, dus wordt de burger meer geholpen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Eenzijdige rechtshandeling

A

Bestuur kan beslissen over de rechten en plichten van burgers zonder hun toestemming.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Artikel over impact van een terugtrekkende overheid

A
  • Verzorgingsstaat= de overheid is erg actief en regelt veel > overheid zorgt voor welvaart en welzijn.
  • Participatiestaat= burgers en bedrijven spelen een grote rol.
    == Gevolgen terugtrekkende overheid op 3 domeinen:
  • Gemeenten die taken aan private partijen uitlenen> minder formele besluiten > minder mogelijkheden om in beroep te gaan.
  • Publiekrechtelijke middelen naar private partijen > rechtsbescherming wordt onduidelijker.
  • Steeds minder besluit, maar meer mededelingen> moeilijkere rechtsbescherming, want geen besluit is geen beroep.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Juridisch advies opmaak

A

Begin= In dit juridisch advies zal ik antwoord geven op uw vragen.
Einde= Hopende u zo genoeg geïnformeerd te hebben.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Besluitsbegrip

A

Een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

3 soorten overheidshandelen

A
  • Feitelijk= handeling zonder bedoeld rechtsgevolg= voorlichting geven
  • Privaatrechtelijk= handelen wat jij en ik ook mogen doen= verkopen van een stuk grond.
  • Publiekrechtelijk= handelingen die alleen bestuursorganen mogen= verlenen van vergunning of subsidie (is dus een besluit)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Voorwaarden voor een besluit

A

Art. 1:3 lid 1 Awb=
- Schriftelijke beslissing
- Bestuursorgaan= a-orgaan of b-orgaan en wet art. 1.1 lid 1 Awb benoemen
- Publiekrechtelijk= opschrijven: het is op grond van publiekrechtelijke bevoegdheid, want het is bij of krachtens de wet in formele zin exclusief aan het bestuursorgaan gegeven > benoem de bevoegdheid en de wet.
- Rechtshandeling= het heeft rechtsgevolgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat is rechtsgevolg

A

= er komt een verandering in onze rechten en plichten.
= Het moet gaan om een extern rechtgevolg, niet een intern rechtsgevolg, b.v.b een functionaliseringsplan.
= boetes zijn ook rechtsgevolgen> uitspraak inzet videoteam.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Soorten besluiten:
- Beschikking - Besluiten van algemene strekking = Algemeen verbindende verklaring (Avv)* = Beleidsregel* = Concretiserend besluit van algemene strekking (Cbas) * 8:3 lid 1 sub a awb= geen beroep van deze besluiten kan ingesteld worden bij de bestuursrechter > wel civiele.
26
Beschikking
Art. 1:3 lid 2 awb - besluit voor een individueel en concreet geval. - vaak gericht aan 1 individu Twijfel= Persoons-/ zaakscriterium= = P= het aantal personen is duidelijk bepaalbaar en gesloten> de persoon is duidelijk (kan dus niet een groep die in een gebied woont). = Z = Richten zich tot een object b.v.b een monument> het geldt voor alle inwonende en de plaatst is duidelijk.
27
Concretiserend besluit van algemene strekking (cbas)
Het is algemeen wat betreft de geadresseerden, maar concreet over het object en de periode. = Arrest intrekking aanwijzingsbesluit raamprostitutie
28
Avv= algemeen verbindende verklaring
Besluit dat naar buiten werkt> het is gericht op de burger, niet de interne organisatie. = Het is bindend' = Voor iedereen (kan ook voor een gemeente= verordening) = Leent zich voor herhaalde toepassing (is voor altijd gebonden) = Bevat een zelfstandige norm> je hoeft alleen die regel te kennen om te weten wat wel/niet mag.
29
Beleidsregel
Art. 1:3 lid 4 awb, art. 4:81+ awb = legt intern uit hoe een bestuursorgaan gebruik wil maken van een interne bevoegdheid. > Regel geldt algemeen ( B.v.b= hoe/ wanneer geven we een vergunning uit?) > Verbeterd rechtsgelijkheid en rechtszekerheid - Art 4:81= inherente afwijkingsbevoegdheid, als de beleidsregel voor andere belanghebbende zal leiden tot onevenredige gevolgen, moet je hem niet alsnog doorduwen.
30
Wet in formele zin v.s wet in materiële zin
Formeel= Door staten Generaal (1e + 2e kamer) Materiële= Geldend voor iedereen
31
Verordening
specifieke vorm van een avv, voor alleen een gemeente Art. 147 lid 1 en art. 149 Gemeentewet
32
Waar gaat arrest bestuurlijke waarschuwing over?
Over wanneer er in de wet staat dat je pas na een waarschuwing een straf krijgt, wordt de waarschuwing ook alvast gezien als besluit en kun je er meteen beroep op doen> je hoeft dus niet te wachten tot een straf.
33
Bestuurlijk rechtsoordeel
een oordeel van een bestuursorgaan met informatie over de toepassing van een wettelijk voorschrift > geen rechtsgevolgen, dus geen besluit
34
Handhavingsverzoek
Verzoek aan bestuursorgaan met het verzoek om handhavend op te treden, omdat b.v.b burgers wel vinden dat er een vergunning nodig is.
35
Waar gaat bovenleidingportalen Duiven over?
Wanneer het aanvragen van een vergunning veel geld kost en je toch al weet dat het wordt afgewezen, of wanneer omwonenden is onomkeerbaars willen voorkomen, kunnen ze ondanks dat er geen besluit is genomen, toch al naar de bestuursrechter.
36
Gedoogverklaring
= brief waarin staat dat je iets fout doet, maar dat ze niet handhavend zullen optreden. > dit is geen besluit, maar er kan wel een handhavingsverzoek tegen worden ingediend. > Gedoogde Hooglanse stal arrest.
37
Artikel over besluitbegrip
- Te veel bestuursrechterlijke geschillen komen bij de burgerlijke rechter, omdat bestuursrechters alleen beslissen over besluiten. - Voorbeeld= het verkrijgen van verkeerde informatie bij de overheid.> heeft geen rechtsgevolgen. > Oplossing= besluit gerelateerd handelen= ook bestuurshandelingen die een nauwe relatie hebben met een besluit bij de bestuursrechter kunnen voorleggen
38
Rechtshandeling
Rechtsgevolg
39
Moet een bestuursorgaan ook wettelijke bevoegdheid hebben voor een avv?
Ja= legaliteitsbeginsel, niet voor een beleidsregel
40
Attributie, delegatie en mandaat
- Attributie= Bestuursorgaan krijgt een nieuwe bevoegdheid (eerder was hij er niet) - Delegatie= Reeds bestaande bevoegdheid word overgedragen aan een ander orgaan. - Mandaat= de bevoegdheid om in naam van een ander te handelen, maar de verantwoordelijkheid blijft bij de mandaatgever.
41
Beleidsruimte
Mag het bestuursorgaan er zelf voor kiezen om het beleid uit te voeren? > staat er: het orgaan mag, of het orgaan moet?
42
Beoordelingsruimte
Bestuursorgaan kan zelf de wet nog invullen i.p.v precies doen wat er staat> te zien aan vage woorden zoals 'gevaarlijk' enz.
43
Hoe toetst de rechter?
Vraag= heeft de rechter beslissingsruimte= beleids- + beoordelingsruimte. = Als het orgaan beide heeft, moet de rechter terughoudend toetsen= het mag alleen kijken of het tegen de wet in gaat, niet of hij er mee eens is. = geen beslissingsruimte= vol toetsen = wel 1 v.d 2= terughoudend toetsen = je legt alles per lid uit. ( Arrest aanlijngebod Bordeaux hond)
44
Materiële rechtsnormen
algemene beginselen van behoorlijk bestuur (a.b.b.b.) (7) = zorgvuldigheidsbeginsel = Rechtszekerheidsbeginsel = Verbod van vooringenomenheid = Specialiteitsbeginsel = Evenredigheidsbeginsel = Vertrouwensbeginsel = Gelijkheidsbeginsel
45
Zorgvuldigheidsbeginsel
Art. 3:2 awb - Bestuursorgaan moet ter voorbereiding altijd de nodige kennis verzamelen Er is een : kennisvergaringsplecht: art. 4:7= bestuursorgaan heeft een onderzoeksplicht. : informatieplicht: art 4:2 lid 2= aanvrager verschaft de gegevens die voor het besluit nodig zijn
46
Rechtszekerheidsbeginsel
Art. 3:46 - Formele besluiten= besluiten en wetgeving moet duidelijk geformuleerd zijn. - Materiële besluiten= Het geldend recht moet worden toegepast, besluiten mogen niet met terugwerkende kracht ten nadele van een burger worden gewijzigd.
47
Verbod van vooringenomenheid
Art. 2:4 awb Het bestuur moet open en eerlijk zijn zonder dubbele agenda
48
Specialiteitsbeginsel
Art. 3.3 awb Jetski uitspraak Bestuursorgaan mag de gekregen bevoegdheid alleen gebruiken om het specifieke belang te behartigen waar het voor is gemaakt
49
Evenredigheidsbeginsel
Art. 3:4 lid 1 awb = alle belangen moeten worden afgewogen lid 2 = de nadelige gevolgen voor belanghebbenden mogen niet onevenredig zijn in verhouding tot de vooroordelen
50
Vertrouwensbeginsel
Uitspraak amsterdams dakterras 3 vragen= - Is er sprake van een toezegging? = kwam het voor een normale burger over als een toezegging, en ging het specifiek over jouw ding, zonder dat jij beter wist? - Kan de toezegging aan het bestuursorgaan worden toegerekend?= als de wethouder de indruk wekt dat hij voor het hele college spreekt, dan ja. - Verzet een belangenafweging zich tegen het honoreren van het gerechtvaardig vertrouwen? > zo ja= schadevergoeding voor belanghebbenden.
51
Gelijkheidsbeginsel
Gelijke gevallen moeten gelijk behandelt worden, en ongelijke anders > tenzij er een redelijke en objectieve gerechtvaardigde reden voor is. 3 soorten= - In grondwet= verbod op discriminatie - Consistentie bij vergunningverleners en handhavers - Als heel veel mensen een ding willen, moet iedereen de kans krijgen om b.v.b die vergunning te krijgen.
52
Artikel evenredigheidsbeginsel en toeslagenaffaire
- Wanneer een minuscuul dingetje fout was in de papierwerk, moest meteen al het geld worden terugbetaald door de ouders. Beschrijvingen van bestuursrecht= - Bestuursrecht als wettenrecht= ziet het als een geheel van geschreven regels= rechtszekerheid, maar weinig flexibiliteit. - Bestuursrecht als beginselen recht= de beginselen kunnen belangrijker zijn dan de letter van de wet. Het is rechtvaardig, maar ook onzeker. - De Kitkat-doctrine= bestuursrecht is verdeeld en versplinterd, bestuursrecht zijn allemaal aparte staafjes die samen het speelveld bepalen. Het erkent de complexiteit van bestuursrecht, maar bestuursrecht is zo erg onoverzichtelijk. - Gevolg > er werd beter gekeken naar het evenredigheidsbeginsel > 3 nieuwe eisen= = Is het besluit geschikt om het doel te bereiken? = Is de maatregel proportioneel of kon het minder vergaand? = Is de maatregel subsidair? - Art 3:4 lid 2..... ook voor beleidsregels
53
Voorfase
Art 7:1 awb en 7:11 awb - Bezwaar of administratief beroep = Bezwaar= een volledige heroverweging door hetzelfde bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen. = Administratief beroep= heroverweging door een ander orgaan. > staat in bijzonder recht> zo houdt hoger bestuur toch toezicht. === Verplicht!
54
Bij de vraag: 'wat is de rechtsbescherming tegen dit besluit'=
1e= Is beroep bij de bestuursrechter mogelijk?= volg schema's besluitbegrip= 8:1 Awb. 2e= Is er een verplichte voorprocedure? Welke?= Art. 7:1 Awb= bezwaar moet gemaakt worden, tenzij in de wet staat dat administratief beroep/ unformele openbare voorprocedure/ rechtstreeks beroep moet.
55
5 functies bezwaarprocedure
- Laagdrempelig, want gratis - Zeeffunctie= fouten zijn er dan uit - Ontlast de rechter - Dossiervorming= bestuursrechter krijgt een goed uitgezochte zaak - Signaleren= gebreken worden zichtbaar.
56
Gelede normstelling
In het bestuursrecht, niet alleen de wet in formele zin, maar ook de onderliggende regelgeving moet worden geraadpleegd. > niet alle regels staan in de wet in formele zin (wifz)
57
Schorst bezwaar?
- Bezwaar schorst niet de werking van het besluit waartegen het is gericht> pas als er een besluit is= 6:16 awb.
58
Verzoek om een voorlopige voorziening (vovo)
Als het gaat om iets onomkeerbaars (kappen van bomen), kun je een vovo indienen, om meteen de werking van het besluit te schorsen.
59
Wat is het bezwaartermijn?
6 weken> latere worden ontvankelijk verklaart.> zorgt voor rechtszekerheid. >Tenzij verschoonbaar termijn.= art. 6:7+8 awb
60
Wat is de hoorplicht?
Na bezwaarschrift is er altijd een hoorzitting> alle partijen komen aan bod> ambtenaar of externe bezwaarscomissie luiden de hoorzitting en geven advies= art. 7:2 Awb
61
Ex nunc
We gaan niet kijken naar oude nonnen (wet), wat nu de wet is, kijken we naar. (Als iets tussendoor is verandert geld de nieuwe wet)
62
Verbod van reformatio in peuis
Verband van verandering voor de puist (kneus)= De bezwaarmaker mag niet slechter worden van het bezwaar
63
Beslissing op bezwaar (BOB)
Bezwaar kan gegrond worden> oorspronkelijke besluit wordt herroepen, of niet gegrond...
64
Wanneer geen bezwaar?
Meteen naar rechter= - Als het besluit wordt genoemd in bijlage 1 gearceerde. - Als de bezwaarder en het bestuursorgaan bezwaar nutteloos vinden> zijn het echt oneens (art. 7:1a awb) - Rest van de uitzonderingen in 7:1 awb. Administratief beroep (art. 1:5 awb= - weleens bij bijzonder recht> gebeurt niet vaak.
65
Uniforme openbare voorbereidingsprocedure (uov)
Art. 3:4 awb. - Facultatief recht - Bij complexe besluitvorming met veel mensen - Je krijgt eerst een ontwerpbesluit (i.p.v een besluit) > dan kun je je zienswijze met klachten indienen > dan komt er een besluit > hiertegen mag je meteen in beroep ( geen bezwaar)
66
ADL (alternative dispute resolution)
Alternatieve manieren om disputen op te lossen= - Nationale ombusdman - Intern klachtrecht - Mediation
67
Mediation
Voor het oplossen van ruzies door met elkaar te praten> burenruzies - Bestuursorgaan kijkt dan alleen maar of het besluit volgens de regels is genomen.
68
Intern klachtrecht v.s extern klachtrecht
- Over hoe je bent behandelt. - Doel= genoegdoening en kwaliteitsverbetering en geschonden vertrouwen herstellen. - Juridisch niet bindend. Intern= art. 9:1 awb klacht indienen bij orgaan Extern= klacht indienen bij Nationale ombudsman.
69
Nationale Ombudsman
Art. 9:18 awb - Voordat je een verzoek mag indienen moet je eerst een klacht indienen bij het bestuursorgaan. Art. 9:20 - Verzoek bij Ombudsman om onderzoek in te stellen tegen een bestuursorgaan -
70
Fasen voor beroep=
- Is er beroep bij een bestuursrechter mogelijk? - Is er een verplichte voorprocedure? - Bij welke bestuursrechter? - Kan hoger beroep? - Kan vovo?
71
Apellabel besluit
Een besluit waartegen je in beroep kan = art. 8:3-8:5
72
Fase 1 voor beroep
Is beroep bij bestuursrechter mogelijk= - Art 8:1 - Ga na of persoon belanghebbende is en de criteria voor een besluit en of het wel appellabele is en of het bij de bestuursrechter mag
73
Fase 2 voor beroep
Is er een verplichte voorprocedure? - Art 7:1 awb + bijlage 1 - Kijken of het geen uov is, geen rechtstreeks beroep en geen administratief beroep.
74
Fase 3 voor beroep
Bij welke bestuursrechter moet ik zijn? == Absolute competentie= welke instantie? Art. 8:6 lid 1 awb> Hoofdregel= bij de rechter, tenzij H2 bijlage 2= bij een bijzondere rechter= vaak bij beroep in eerste en enige aanleg, dus meteen in hoger beroep. == Relatieve competentie= Waar in Nederland moet ik zijn? Art. 8:7 awb= - Besluiten decentrale overheid= zetelcriterium= rechtbank binnen rechtsgebied van de bestuursorgaan. - Van decentrale overheid= waar de indiener van het beroep woont.
75
Wat is de beroepstermijn?
6 weken en geen dag langer= Art. 6:7 awb
76
Besluitsbegrip
Bestuursrechter toetst alleen het bestreden besluit > dus niet hoe je bent behandelt. De bestuursrechter richt zin alleen op de beslissing op het bezwaarschrift (= het bestreden besluit) en dus niet op het primaire besluit.
77
Ambtshalve toetsing
Wanneer de bezwaarder niet alle normen aangedragen, kijkt de bestuursrechter gewoon altijd naar. > Dit is niet zo met de 6 weken termijn> dit moet de andere partij aandragen= dit is dus geen bepaling van openbare orde
78
Bepaling van openbare orde
Kijkt de bestuursrechter er automatisch naar, ondanks dat het niet is genoemd?
79
Ex tunc
Je kijkt naar de regels die golden toen ze het besluit gingen maken. > bij bezwaar= ex nunc
80
Fase 4 van beroep
is hoger beroep mogelijk en bij welke moet ik dan zijn? - Hoofdregel= ja - Uitzondering= art. 8:104 lid 2 awb Bij welke?= - Hoofdregel= art 8:105 awb= afdeling bestuursrechtspraak van de raad van staten - Voor uitkeringen en bedrijfsleven kijk naar bijlage 2. - Bij belastingrecht= gerechtshof
81
Kun je in cassatie?
Nee, alleen als je bij gerechtshof moet zijn, maar is onwaarschijnlijk
82
Functies hoger beroep=
- Biedt herkansing aan partijen tegen fouten - Controleert de rechtbanken - Waarborgt rechtseenheid
83
Appelant
Degene die beroep heeft ingesteld
84
Wanneer is de uitspraak?
Binnen 6 weken na de zitting
85
Wat doet de bestuursrechter als hij het beroep gegrond vindt?
- Art. 8:72= Kale vernietiging= Bestuursrechter zegt alleen dat het besluit wordt vernietigd> orgaan moet nieuw besluit maken> mag weer bezwaar op komen.... durrt te lang... wohoo - Finale geschilbeslechting= bestuursrechter bepaalt het einderesultaat van het besluit > passeren voor gebreken= art. 6:22 awb= voor kleine foutjes, alles blijft hetzelfde. > In stand laten van de rechtsgevolgen= art. 8:72 lid 2= besluit wordt vernietigd door iets te laat zijn b.v.b, maar de rechtsgevolgen blijven. > Zelf in zaak voorzien= Art 8:72 lid 3= besluit wordt vernietiegt en bestuursrechter bepaalt het nieuwe besluit. > Tussenuitspraak/ bestuurlijke lus= Art. 8:51 awb= bestuursrechter vernietigt besluit, maar weet niet goed wat dan nu wel, dus kan orgaan een snel besluit nemen om meteen daarna een hoor en wederhoor te krijgen.... lekkuh sneeel!
86
Fase 5 van beroep
Is verzoek voor voorlopige voorziening mogelijk?= Art. 6:16 awb - Voorwaarden= spoedeisend belang - Connexiteitsvereiste= er moet ook een bezwaar of beroepsprocedure lopen
87
Voorzieningsrechter
Doet uitspraken over spoedeisende kwesties> geeft een voorlopig oordeel: - Kan besluit schorsen (vovo) - Kan vovo niet toekennen - Kan aangeven dat ze wel door moeten gaan= uitkering
88
Artikel over bezwaringstermijn
- Huidige termijn is 6 weken, maar hij vindt dat het voor financiële geschillen naar 5 jaar moet, omdat er te veel procedures zijn over termijnoverschrijding, om zo meer rechtsbescherming en minder werkdruk te creëren. - Hij vond dat 6 weken uit traditie komt, niet uit een belangen afweging> vroeger was snel gewoon handiger voor overheid. - Ook moet er volgens grondwet art. 17 altijd toegang zijn tot de rechter - Hij wil nieuwe wet in awb hebben> daar is awb namelijk voor: basale regels, wat minder verwart.
89
Artikel over praktische drempel te hoog
Formele drempel is laag, maar in het echt is hij eigenlijk nog best hoog. - Bureaucratische barrières= onnodige documentatie is vereist. - Er is geen juridische bijstand (advocaat), je moet dus zelf alles regelen= moeilijk. - Juist de kwetsbare mensen komen er niet uit. > oplossing= - Wetgeving begrijpbaar maken - Voorlichtingsplicht - Van ontmoediging naar ondersteuning van de overheid.
90
Wie is de beste?
JIJ!