Inleiding Criminologie

Question 1

Definitie criminologie

Answer 1

gedragswetenschap die als studie-object het crimineel gedrag heeft, en de maatschappelijke reactie hierop.

Question 2

3 belangrijke punten in de omschrijving van criminologie

Answer 2

1. Beschrijft de werkelijkheid zo goed mogelijk
2. Zoekt en geeft verklaringen voor de misdaad en het ontstaan van crimineel gedrag bij mensen in de maatschappij
3. Probeert te komen tot voorspellingen van toekomstig (crimineel) gedrag.

Question 3

Beschrijving van de criminologie

Answer 3

Criminografie. Gaat vooral in op statische verdeling van criminaliteit in tijd en ruimte. Bijv. Vergelijking tussen steden of over tijd

Question 4

Oorzaken van crimineel gedrag en criminaliteit

Answer 4

Etiologie. Houdt zich bezig met wat de oorzaken zijn van criminaliteit

Question 5

Reactie op criminologie

Answer 5

Penologie. Er is een verschil tussen informele reactie en formele reactie op criminaliteit

Question 6

Informele reactie op criminaliteit

Answer 6

Maatschappelijke reactie

Question 7

formele reactie op criminaliteit

Answer 7

Justitiele reactie

Question 8

Criminaliteitspreventie

Answer 8

Het geheel aan maatregelen die crimineel gedrag moeten doen voorkomen gericht op specifieke risicogroepen of universeel.

Question 9

Slachtofferkunde

Answer 9

Victimologie. Criminologiestroming die specifiek gericht is op de onderzoeken rondom slachtoffers en welke maatregelen er voor hen getroffen kunnen worden.

Question 10

Niet commune criminaliteit

Answer 10

De criminologie die zich richt op niet commune criminaliteit. Richt zich op internationale criminaliteit. Bijvoorbeeld oorlogsmisdrijven.

Question 11

Criminologie spreidt zich over 3 aspecten

Answer 11

1. Micro = Psychologie
2. Meso = Het individu in relatie met de omgeving
3. Maso = Sociologie

Question 12

Sociologie

Answer 12

De studie van de sociale relaties tussen mensen, in het bijzonder de politieke, culturele, religieuze en economische aspecten van menselijke samenlevingen. Daarbij staan vooral de inrichting en veranderingen daarvan, alsmede sociale problemen centraal

Question 13

Relaties criminologie en veiligheid

Answer 13

Er is sociale en fysieke veiligheid. Onder sociale veiligheid heb je de criminaliteit/overlast die objectief en subjectief kan zijn.

Question 14

Sociale onveiligheid

Answer 14

Bedreiging van gezondheid en goederen door handelingen van derden

Question 15

Fysieke onveiligheid

Answer 15

Bedreiging van gezondheid en goederen door allerlei ongevallen in de natuur of technologie

Question 16

Subjectieve onveiligheid

Answer 16

De beleving van de burger staat centraal in het gevoel van criminaliteit

Question 17

Er ontstaat bij subectieve onveiligheid een veiligheidsparadox

Answer 17

1. percepties van de eigen kwetsbaarheid
2. mediaconsumptie
3. psychische toestand

Question 18

Objectieve onveiligheid

Answer 18

Feitelijke aanwezigheid of afwezigheid van criminaliteit staat centraal.

Question 19

Cijfers komen tot stand doordat

Answer 19

1. Registratie van misdrijven en overtredingen door de politie en marechaussee wordt doorgegeven aan het CBS
2. Het CBS zorgt dat landelijke cijfers hun weg vinden in de politiek, media en publiek

Question 20

Cijfers komen vooral voort uit

Answer 20

1. Politierapportage

2. Zelfrapportage

Question 21

Politierapportage

Answer 21

1. Het monitoren van landelijke trends in absolute cijfers. Nadeel: Delicten worden niet altijd goed gekwalificeerd
2. Criminaliteitsindex(overzicht van de hoeveelheid criminaliteit per 1000 km. Voordeel: Makkelijk kunnen vergelijken van steden.
3. Trends op lange termijn. Voordeel: Effecten van programma’s kunnen over lange termijn in kaart worden gebracht.
4. Internationale politiestatistieken. Voordeel: Brengen sociologisch verklaringen van criminaliteit als armoede in kaart. Nadeel: Verschil in wetten, verschillende definities van misdrijven en verschil in aangiftebreidheid.

Question 22

Belangrijkste nadeel van politierapportage

Answer 22

Niet elk misdrijf wordt daadwerkelijk geregistreerd(dark number)

Question 23

Zelfrapportage

Answer 23

Onderzoek naar pleger van een delict. Nadeel: Enquete voor beperkte doelgroep, gaat vaak over relatief “kleine” delicten. Het vergelijken van het aantal daden en misdaden die worden overdreven of verzwegen

Question 24

Onderoek naar slachtoffer van delicten (slachtofferenquetes)

Answer 24

Nadeel: Forward time telescoping( misdaden melden die al te lange tijd geleden zijn gebeurt. Slachtoffer kwalificering is subjectief en het missen van essentiele bevolkingsgroepen.

Question 25

Internationale cijfers

Answer 25

Enquetes bieden betere vergelijking dan politiecijfers, mits deze op dezelfde manier zijn uitgevoerd.

Question 26

Overige methoden in het verzamelen van cijfers

Answer 26

1. Allerlei data van verzekeraars 2. Ziekenhuisregistraties 3. Criminele kaarten van de politie 4. Intergrale veiligheidsmonitor

Question 27

Wat is van invloed op de cijfers

Answer 27

Aangiftebereidheid

Question 28

Cijfers hangen samen met...

Answer 28

Datgeen wat van belang geacht wordt te registreren(verschilt per district.

Question 29

Welke delicten zijn ondervertegenwoordigd

Answer 29

Slachtofferloze delicten, zoals drugsdelicten

Question 30

Preditory crimes

Answer 30

Delicten met slachtoffers

Question 31

Bij welke soort delicten worden bepaalde delicten meer aangegeven dan anderen?

Answer 31

Bij delicten met slachtoffers(perditory crimes). Bijvoorbeeld: Meer aangiften bij autodiefstal dan bij fietsdiefstal

Question 32

Taak politie

Answer 32

Zorgen voor daadwerkelijke handhaving van de rechtsorde en het verlenen van hulp

Question 33

Taak openbaar ministerie

Answer 33

Rechtelijke handhaving van de rechtsorde. Dit omvat: 1. Leiding geven aan opsporing door politie. 2. Het vervolgen van verdachten 3. Toezicht houden op de tenuitvoerlegging van straffen

Question 34

De rechtelijke macht

Answer 34

Op basis van opsporingsonderzoek en het onderzoek ter terechtzitting beslissen rechters uiteindelijk of de ten laste gelegde strafbare feiten wettig en overtuigend bewezen zijn.

Question 35

Vormen van selectiviteit binnen rechtelijke macht

Answer 35

1. Capiciteitsgebrek. Hoge werklast zorgt dat bepaalde vergrijpen niet kunnen worden opgelost. 2. Regionale verschillen. Per regio verschillende manieren van strafafdoening. Oplossing is een nationale politie. 3. Groepskenmerken: Een vorm van persoonsgerichte selectiviteit waarbij bepaalde mensengroepen een andere afdoening krijgen dan anderen. 4. Selectiviteit in politieoptreden op basis van sociale milieu, sekse, etniciteit of vervolgbaarheid OM en strafontneming.