Introduction

Question 1

Wat is het verschil tussen een client en een server?

Answer 1

Een client is een programma op een netwerk computer die requests stuurt, een server voert services uit en reageert op de requests.

Question 2

Wat zorgt voor access control in een service?

Answer 2

Het service interface

Question 3

Hoe werken invocations bij request forwarding?

Answer 3

Per keer dat hij wordt doorgegeven is er een nieuwe invocation.

Question 4

Wat zijn 6 pros van distributed systems?

Answer 4

Cost
Concurrency
Capacity
Reliability
Integration
Distribution

Question 5

Wat zijn 4 cons van distributed systems?

Answer 5

Storage
Time
Concurrent execution
Partial failures

Question 6

Hoe werkt een simpele client-server tegenover client multiserver (+ load balancing)

Answer 6

Bij client server weet je telkens naar welke server je je request moet sturen. Bij Multiserver weet je dat niet altijd en zijn hier methodes voor.

Question 7

Hoe werkt implicit lookup?

Answer 7

De server die verder wilt interacten replied.

Question 8

Wat zijn de 6 eigenschappen van P2P?

Answer 8

• Iedereen kan server / client zijn
• GUIDs
• Limited direct knowledge of other nodes
• Application level routing
• Nodes are volitile
• Structured or unstructured

Question 9

Definitie Distributed System

Answer 9

Een collectie onafhankelijke computers die samen één coherent systeem lijken.

Question 10

Definitie Service

Answer 10

Een computerssyteem gebruikmaken van gerelateerde resources die hun functionaliteit aan users en applicaties tonen.

Question 11

Definitie Server

Answer 11

Een runnend computerprogramma wat requests accepteerd en services uitvoert.

Question 12

Definitie Remote Invocation

Answer 12

Een complete interactie tussen client en server om een request te verwerken.

Question 13

Wat zijn 2 voorbeelden van coupled architecture? Wat zijn hun voor- en nadelen? (2+, 1-) en (1+, 1-)

Answer 13

Layered:
+ Lagen zijn makkelijk te vervangen
+ Maar een laag aantal connecties
- Mogelijk dubbele fucntionaliteit
Object-based:
+ Flexibel
- Moeilijk te maintainen

Question 14

Wat zijn 2 voorbeelden van decoupled architecture? Wat zijn hun voor- en nadelen? (1+) en (1+, 1-)

Answer 14

Event Based:
+ Loose coupling
Data centric:
+ Loose coupling
- Mogelijk Traag

Question 15

Definitie P2P service

Answer 15

Een zelforganiserende, gedecentraliseerde service.