Key termen Flashcards
(143 cards)
Strong Al (Searle)
Een computer die het juiste programma gebruikt, intelligent is en een verstand heeft zoals wij hebben. Het hebben van een verstand is dus niet niets meer van het gebruiken van het juiste programma.
Weak AI
Volgens weak AI kunnen computers alleen verstandelijke vermogens (zoals nadenken en besluiten maken) nadoen. Ze zullen volgens weak AI echter nooit écht intelligent zijn of écht een verstand hebben.
Searle is ervan overtuigd dat alleen deze vorm bestaat.
Connectionisme
Het connectionisme is gebaseerd op kunstmatige neurale netwerken (‘artificial neural networks’, ANN’s) en parallelle verwerking. ANN’s worden gebruikt om menselijke cellen na te bootsen. Het grote verschil met AI is dat ANN’s niet geprogrammeerd zijn, maar getraind worden.
Deze worden getraind i.t.t. AI, die geprogrammeerd zijn.
Een simpel netwerk kan bestaan uit drie lagen:
- Een input laag
- Een verborgen laag
- Een output laag
Connectionistische netwerken doen niet alleen maar wat programmeurs zeggen dat ze moeten doen. Dit is iets heel anders dan de ‘rule-and-symbol AI’ (ofwel de GOFAI) ANN’s hebben vele toepassingsmogelijkheden, bijvoorbeeld handschriften lezen, robots besturen en als spamfilter
Altered States of Consciousness
Andere vormen van bewustzijn.
Objectieve definitie van ASC: Een ASC heeft waarschijnlijk op iedereen een ander impact. Drugs, meditatie en hypnose kunnen bijvoorbeeld leiden tot een ASC. Er kan ook gekeken worden naar fysiologische veranderingen. Het probleem hierbij is dat niet iedere ervaring tot dezelfde fysiologische reactie leidt. Een hersenscan kan een vergelijkbare reactie zichtbaar maken, maar dit hoeft niet te betekenen dat de perceptie hetzelfde is.
Subjectieve definitie van ASC: Hierbij worden de verschillende toestanden van verandering beschreven. Iedereen heeft een ander beeld, dus kun je het niet makkelijk uitleggen. Ook werd er geprobeerd om veranderingen te vergelijken met ‘normale toestanden’, maar ook hierbij is er eenprobleem. Er is geen definitie van ‘normaal’ en ook dit is anders voor iedereen.
Tart’s drie ASC’s op een tweedimensionale schaal:
- Normaal bewustzijn: hoge rationaliteit en lage vaardigheid om te hallucineren.
- REM-slaap: lage rationaliteit en hoge vaardigheid om te hallucineren.
- Lucide dromen: hoge rationaliteit en hoge vaardigheid om te hallucineren.
Dopamine
Plezier & motivatie
Norepinephrine
Snelle aandacht, alertheid en concentratie
Serotonine
Geluk hormoon en lange termijn stemmingen
Psychoactieve drugs
Veranderen de werking van neurotransmitter en hebben effect op het mentaal functioneren en het bewustzijn. (alcohol, roken)
Cocaïne
Zorgt voor het blokkeren van de heropname van dopamine, waardoor je je constant plezierig voelt
XTC & MDMA
Dopamine en serotonine
Cannabis & LSD
Werken op norepinephrine, dopamine en serotonine
NMDA synaps
Speelt een grote rol bij lachgas en ketamine
Attentional Blink
kort na het geven van aandacht aan een stimulus kunnen je hersenen voor een hele korte tijd geen aandacht geven aan de andere stimuli die daar kort daarna komt.
Behavioral criteria for inferring consciousness in other species
Imitatie, zelfherkenning: baby’s na 12-24 maanden, dolfijnen, chimpansees, theory of mind, taal.
Binding problem
Visuele informatie wordt opgesplitst in twee hoofdstromen: parietal (waar) en temporal (wat). Deze informatiestromen zien er voor een groot deel gescheiden uit. Wanneer komen deze stromen weer samen en zorgen deze ervoor dat we een verenigd (unified) bewustzijn hebben? Hoe kan het dat wij objecten en de wereld als één geheel zien, terwijl er allerlei hersengebieden zijn die verschillende processen regelen die nodig zijn om te kunnen waarnemen? Dit wordt het binding probleem genoemd. Er wordt gedacht dat het binding probleem met aandacht te maken heeft. Onvoldoende of overbelaste aandacht kan zorgen voor onjuiste waarneming. Verkeerde kenmerken kunnen aan elkaar verbonden worden. Er is een relatie tussen aandacht, bewustzijn en binding, maar binding kan ook onbewust plaatsvinden. De relatie is nog niet goed blootgelegd.
Malsburg over de binding problem
Malsburg stelde dat het gelijktijdige, gecoördineerde vuren van neuronen in de visuele cortex de basis is van visuele binding. Alle neuronen die bepaalde kenmerken van een object verwerken komen samen en vuren gelijktijdig (bijvoorbeeld kleur of vorm). Hierdoor ervaren we de kenmerken van die objecten als ‘een geheel’.
Crick & Koch over de binding problem
Since a seminal paper by Crick and Koch (1998) claimed that a science of consciousness should first search for its neural correlates (NCC), a variety of correlates have been suggested, including both content-specific NCCs, determining particular phenomenal components within an experience, and the full NCC, the neural substrates supporting entire conscious experiences.
Wel hoge gebieden in hersenen moeten met elkaar verbonden worden om een perceptueel geheel van een object te vormen.
Binocular Rivalry
komt voor wanneer twee verschillende plaatjes gepresenteerd worden aan de twee ogen en de perceptie telkens veranderd. Er is telkens een soort strijd welk beeld aangenomen moet worden.
Bistable perception
Fenomeen waar perceptie veranderd bij een stimulus die onveranderd blijft.
Blindsight
Mensen met blindzicht zeggen dat ze blind zijn, maar kunnen nog wel reageren op stimuli uit de omgeving. Ze ontkennen dat ze iets bewust zien, maar toch oogbewegingen maken als ze stimuli zien.
Als er gevraagd wordt om een huis van een plaatje te kiezen en het ene huis staat in brand en het andere niet, dan kiezen ze bijna altijd het niet brandende huis, De blindsighter kan dus onbewust wel zien, wat bewijs lijkt voor qualia. Mensen met blindzicht hebben ondanks hun corticale blindheid (schade aan de visuele cortex, maar niet aan het oog zelf) het vermogen om te reageren op visuele stimuli die zij niet bewust zien: “vision without awareness”.
Wieskrantz over Blindsight
hebben mensen met blindsight geen mogelijkheid om de informatie verbaal toe te kunnen lichten. Dit komt overeen met de Hogere orde van denken theorie: Ziet het bewust zijn als een gedachten van een eerste-orde staat. Dus een waarneming van een flits is pas bewust, als er je er een hogere orde gedachte van bij hebt.
Hogere orde van denken theorie
Ziet het bewust zijn als een gedachten van een eerste-orde staat. Dus een waarneming van een flits is pas bewust, als er je er een hogere orde gedachte van bij hebt.
Milner en Goodale over blindzicht
stellen dat blindzicht staat voor een aantal visuele capaciteiten die worden gemedieerd door de dorsale route en gelinkt zijn aan subcorticale structuren. Of blindzicht bewijst dat qualia bestaan zijn de meningen verdeeld.