kosmografie Flashcards
(37 cards)
Uitspansel
sterrenhemel, de hemel die men ziet als men omhoog kijkt.
Circumpolaire sterrenbeelden
sterrenbeelden die rond de hemelpolen
dierenriem
bestaat uit 12 sterrenbeelden die vanaf aarde gezien in de baan van de zon lijkt te staan
orion
meest opvallende sterrenbeeld aan de sterrenhemel gedurende de winter
astronomie
wetenschappelijke sterrenkunde
astrologie
maakt gebruik van sterrenbeelden en planeetstanden om de toekomst van mensen te verzinnen. selffulfilling prophecy.
planeten
lijken te bewegen ten opzichte van de sterren.
planetoïden
dit zijn alle objecten tussen de banen van Mars en Jupiter. Asteroïden.
kometen
objecten die door de aantrekkingskracht van de zon deze naderen en dan door de sublimatie licht afgeven.
kuipergordel
de zone voorbij de baan van Neptunus waar zich kleine objecten bevinden.
oortwolk
de verzameling van alle objecten aan de rand van ons zonnestelsel
manen
alle objecten die zich in banen rond de planeten bevinden
meteoren
stofdeeltjes afkomstig van kometen die neerstorten en daarbij een lichtflits afgeven
meteorieten
objecten uit de ruimte die neerstorten op een planeet.
eclipticavlak
banen liggen min of meer op 1 vlak
protoplanetaire
dezelfde richting om de zon is het gevolg van de draaibeweging van dit, waaruit het zonnestelsel ontstond.
perkenwet
tweede wet, planeet beweegt sneller bewegen in de buurt van haar perihelium dan in de buurt van haar aphelium.
perihelium
dichts bij de zon, winter
aphelium
verst van de zon, zomer
harmonische wet
derde wet, hemellichaam dat 4 keer verder is van de zon zal 8 keer langer erover doen om 1 omloop te voltooien.
oppositielus
de lus die de planeet zo aan de hemel beschrijft
elongatie
het verschil in ecliptische lengte tussen de planeet en zon
binnenplaneten
dichter bij de zon dan de aarde
buitenplaneten
verder van de zon dan de aarde