Kosmografie deel 1 Flashcards

(67 cards)

1
Q

EM straling

A

elektromagnetische straling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

stralingen van klein naar groot

A
  • Radiogolven
  • Microgolven
  • IR
  • Zichtbaar licht
  • UV
  • X-stralen
  • gammastralen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

optische radiotelescopen

A

vanop aarde

zichtbaar licht, gedeelte vd radiogolven, gedeelte UV straling bestuderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

interessante info over sterren onderzoeken die aardoppervlak niet bereikt

A

ruimtevaart

ruimtesondes, satellieten, ruimtetelescopen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

optische telescoop

A

bestudeert zichtbaar licht (‘s nachts)

bestaat uit lenzen en spiegels

volgmotor is noodzakelijk door aardrotatie

locatie is zeer belangrijk

spectraalanalyse geeft info over identiteit en beweging van hemellichamen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

locatie optische telescoop

A

op bergtoppen, ver van bewoonde wereld, zo weinig mogelijk atmosfeer om doorheen te kijken, zo mogelijk in droge gebieden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

voorbeelden optische telescoop

A

VLT Telescope (very large …)

E_ELT (European extremely …)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

radiotelescopen

A

waarnemingen in het radiovenster

= enorme radioantennes

meeste bestaan uit één of meerdere parabolische schotelantennes

kunnen overal worden opgezet

kunnen ook overdag gebruikt worden

ontvangen uit de EMS vooral korte radiogolven (lange w weerkaatst)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

James Webbtelescoop makers

A

van NASA, ESA, CSA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

James Webbtelescoop doel

A

(oerknal en andere sterrenstelsels)

opvangen van licht van sterren en sterrenstelsels die kort na oerknal werden gevormd

bepalen hoe oudste sterrenstelsels zijn geëvolueerd

vorming van nieuwe sterrenstelsels observeren

fysische en chemische samenstelling van verre sterrenstelsels meten en mogelijkheden vh bestaan van leven onderzoeken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

afstanden binnen zonnestelsel

A

AE (astronomische eenheid)

1 AE = gemiddelde afstand aarde-zon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

straal zonnestelsel

A

40 AE

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

afstanden buiten zonnestelsel

A

lj (lichtjaar)

= afstand die licht aflegt in 1 jaar tijd aan 300 000 km/s

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

1 AE

A

150 000 000 km

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

1lj

A

9,4608 . 10^12 km (ongeveer 10 biljoen km)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

grootte heelal

A

steeds groter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

hoe zie je dat sterrenstelsels wegbewegen?

A

rode kleur (dx w groter)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

hoe zie je dat sterrenstelsels dichterbij komen?

A

blauwe kleur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

big bang

A

oerknal

13,82 miljard jaar geleden

ontstaan heelal vanuit oeratoom
- razendsnelle expansie
- ontstaan van tijd, ruimte, massa en energie

geen centrum v heelal waar oerknal gebeurde, gebeurde overal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

CMB

A

(cosmic microwave backgroundradiation)

straling vd oerknal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

theoriën oerknal

A

alles w steeds groter, dus alles in miniballetje dat explodeerde

leeftijd oudste sterren is vglbaar met veronderstelde leeftijd heelal

ontdekking vd CMB

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

mogelijke uitkomsten evolutie heelal

A

big rip

big chill

big crunch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

big crunch

A

uitdijen w afgeremd en sterrenstelsels trekken naar elkaar toe

heelal trekt samen en stort ineen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

big rip

A

donkere energie versnelt expansie

ruimte tussen en binnen sterrenstelsels dijt zo snel uit dat alles uit elkaar w getrokken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
big chill
sterrenstelsels gaan steeds verder uit elkaar totdat ze uit ons zicht verdwijnen sterren doven uit heelal eindigt als donkere, koude leegte
26
hoe weten wij vorm melkweg
studie van Melkwegsterren en beelden van andere sterrenstelsels
27
planetenstelsel
zonnestelsel 11 lu
28
sterrenstelsel
de melkweg 100 000 lj
29
clusters
(+/- 10 sterrenstelsels) locale groep 7 miljoen lj
30
superclusters
locale supergroep 100 miljoen lichtjaar
31
muren
Grote muur van Sloan 500 miljoen lj
32
volgorde stelsels
planetenstelsel sterrenstelsel cluster supercluster muur
33
interstellaire ruimte
leeg absorptienevels emissienevels reflectienevels planetaire nevels donkere materie
34
absorpienevels
dikke wolk van gas en stof die het licht van sterren tegenhoudt hier ontstaan nieuwe sterren
35
emissienevels
geïoniseerd deel van absorptiewolk
36
reflectienevels
reflecteren licht van omliggende sterren
37
planetaire nevels
sterren op het einde van hun leven gaslaag afstoten
38
donkere materie
buigen licht af, heeft wel een massa, geen lading, geen EMS donkere materie is een kracht die zwaartekracht uitoefent maar geen licht uitzend
39
EMS
emissienevels
40
hoe lang geleden oerknal
13,82 miljoen jaar geleden
41
cosmic backgroundradiation
Straling die vrijkwam bij de oerknal en nu nog een temperatuur van 3 K heeft.
42
hoe oud is de zon?
4,6 miljard jaar oud in de helft van haar leven
43
evenwicht ster
gravitatiekracht naar binnen tegenovergestelde kracht door straling naar buiten
44
welke stoffen in zon gevormd?
H en He
45
4 protonen -->
He-4 + 2 p+
46
corona
ijle gassen rond zon
47
ijl
dun
48
poollicht
ontploffing (plasmawolk) rond zon electrisch geladen deeltjes in de ruimte via noord- en zuidpool in de atmosfeer vd aarde --> licht = poollicht
49
protuberansen wat en plaats
= zonnestorm in chromosfeer
50
ontstaan planeten —> zonnestelsel
nevel (= kleine deeltjes) concentratie tot proto-zon ontstaan van vele planeetjes (massa + zwaartekracht --> baan rond zon) botsingen --> 8 planeten + dwergplaneten
51
ontstaan planeten
planetesimalen protoplaneet planeet
52
planetesimalen
kleine massa's in baan rond zon
53
protoplaneet
object heeft genoeg gravitatie om bolvormige planeet te worden aantrekking van andere protoplaneten en planetesimalen --> samensmelting
54
planeet
wanneer protoplaneet baan volledig heeft kunnen leegmaken
55
definitie planeet
draait rond zon samengeperst tot bolvormig geheel kosmische nabijheid opgekuist
56
volgorde planeten
terrestrische planeten: Mercurius Venus Aarde Mars gasreuzen: Jupiter Saturnus ijsreuzen: Uranus Neptunus (My Very Excellent Mom Just Served Us Noodles)
57
terrestrische planeten
- metaal en steen: zwaarste metalen (opp = korst = klein)
58
gasreuzen
bestaan grotendeels uit gassen vaste kern groot
59
ijsreuzen
veel gassen + veel ijs grotere kern dan gasreuzen
60
planetoïden
kleine planeetjes baan rond de zon Tussen Mars en Jupiter
61
meteoroïden
brokstokken van botsende planetoïden in ruimte kunnen aangetrokken w door planeten
62
kleine brokstukken --> verbranden
meteoren
63
grote brokstukken --> verbranden niet helemaal en vallen op de grond
meteorieten (zelden)
64
maan
draait rond planeet ontstaan door botsing aarde met andere protoplaneet aarde --> 1 maan + verschillende kunstmanen
65
Kometen
- objecten uit Kuipergordel of Oortwolk - extreem eliptische baan om zon - grote sneeuwbal - ontstaan van een staart
66
exoplaneet
planeet die rond andere ster dan onze zon draait
67