Latijn Woorden 1t/m4 Flashcards
Latijn woordjes (107 cards)
1
Q
Flumen
A
Rivier
2
Q
Rex
A
Koning
3
Q
Servus
A
Slaaf
4
Q
Vocare
A
Roepen
Noemen
5
Q
Venire
A
Komen
6
Q
Audire
A
Horen
7
Q
Videre
A
Zien
8
Q
Puer, pueri
A
Jongen
9
Q
Iacēre
A
Liggen
10
Q
Clamare
A
Screeuwen
11
Q
Et
A
En
Ook
12
Q
Lacrimare
A
Huilen
13
Q
Necare
A
Doden
14
Q
Iubēre
A
Bevelen
15
Q
Timēre
A
Vrezen, bang zijn voor
16
Q
Ideo
A
Daarom
17
Q
Mandatum
A
Opdracht
18
Q
Non
A
Niet
19
Q
Recusare
A
Weigeren
20
Q
Tamen
A
Toch
21
Q
Tollere
A
Optillen
22
Q
Ad+ acc
A
Naar tot
Bij
23
Q
Portare
A
Dragen
24
Q
In+acc
A
In, naar
25
Ponere
Plaatsen
26
Locus
Plaats
27
Ubi
Waar
28
Aqua
Water
29
Inter+ acc
Tussen
| Tijdens
30
Arbor, arbores
Boom
31
Ibi
Daar
32
Esse
Zijn (inf)
33
Custodire
Bewaken
34
Subito
Plotseling
35
Accedere
Gaan naar
| Naderen
36
Haud
Helemaal niet
37
Praebēre
(Aan) bieden
38
Sic
Zo
39
Bibere
Drinken
40
Cogitare
(Na)denken
41
Deus
God
42
Protegere
Beschermen
43
Nam
Want
44
Uxor, uxores
Echtgenote
45
Tradere
Overhandigen
46
Dicere
Zeggen
47
Favere+dat
Steun geven aan
48
Filius
Zoon
49
Femina
Vrouw
50
Ridēre
Lachen
51
Nomen, nomina
Naam
52
Dare
Geven
53
Mater, matres
Moeder
54
Sicut
Zoals
55
Pater, patres
Vader
56
Amicus
Vriend
57
De+abl
Van(af)
| Over
58
Mons, montes
Berg, heuvel
59
Cum+abl
Met
60
Frater, fratres
Broer
61
Populus
Volk
62
Tacēre
Zwijgen
63
Queque
Ook
64
Tandem
Eindelijk
65
Dividere
Verdelen
66
Urbs, urbes
Stad
67
Aedificare
Bouwen
68
Primum
Eerst
69
In+abl
In
| Op
70
Vir, viri
Man
71
Saxum
Rots, rotsblok
72
Murus
Muur
73
Facere, facio
Doen
| Maken
74
Dum
Terwijl
| Zolang als
75
Placēre+dat
Bevallen
76
Cur
Waarom
77
Licet+(dat)
Het is toegestaan (aan)
78
Iam
Al, reeds
79
Stare
Staan
80
Hostis, hostes
Vijand
81
Intrare
Binnenkomen
82
Civis, cives
Burger
83
Sed
Maar
84
Gladius
Zwaard
85
Roma
Rome
86
Periculum
Gevaar
87
Arx, arces
Burcht
88
Romanus
Romein
89
Turba
Menigte
90
Puella
Meisje
91
Miles, milites
Soldaat
92
Si
Als, indien
93
Temptare
Proberen
94
Semper
Altijd
95
Retinēre
Tegenhouden
96
Nox, noctes
Nacht
97
Dormire
Slapen
98
Pars, partes
Deel
99
Custos, custodes
Bewaker
100
Silentium
Stilte
101
Ecce
Kijk
102
Arma
Wapens
103
Statim
Meteen
104
Cadere
Vallen
105
Post+acc
Achter
| Na
106
Auxilium
Hulp
107
Servare
Redden