Latijnse namen

Question 1

slijmvlies laag

Answer 1

mucosa

Question 2

dekweefsel

Answer 2

epitheel

Question 3

bindweefsel

Answer 3

lamina propria

Question 4

spierweefsel

Answer 4

muscularis muscosa

Question 5

middelste bindweefsellaag

Answer 5

submucosa

Question 6

spierlaag

Answer 6

muscularis propria

Question 7

de bewegin van de darmen

Answer 7

perestaltiek

Question 8

buitenste bindweefsellaag

Answer 8

serosa

Question 9

buitenste laag buikvlies

Answer 9

parientale buikvlies

Question 10

binnenste laag buikvlies

Answer 10

viscerale buikvlies

Question 11

buikvlies holte

Answer 11

intraperitoneale holte

Question 12

darmschil

Answer 12

mesenterium

Question 13

opstijgende deel darm

Answer 13

colon ascendus

Question 14

dalend deel

Answer 14

colon descendus

Question 15

s bocht

Answer 15

sigmoid (colon sigmoideum)

Question 16

dwangliggende deel

Answer 16

colon transverum

Question 17

endeldarm

Answer 17

rectum

Question 18

wormvormig aanhangsel

Answer 18

Appendix

Question 19

verwijderen van de appendix

Answer 19

appendectomie

Question 20

ingewandenslagader

brengt bloed naar:

Answer 20

truncus coeliacus

brengt bloed naar: lever;
maag;
alvleesklier;
dunne darm.

Question 21

bovenste darmslagader

Answer 21

arteria mesenterica superior

brengt bloed naar alvleesklier, dunnen darm en dikke darm

Question 22

Onderste darmslagader

Answer 22

arteria mesenterica inferior

brengt bloed naar dikke darm

Question 23

poortader

Answer 23

vena portea

Question 24

glucogenese

Answer 24

een andere soort suiker veranderd in glucose

Question 25

gluconeogenese

Answer 25

genese = opbouwen | andere voeingsstoffen worden verandererd in glucose