LES 14: DE GULDENSPORENSLAG Flashcards

(8 cards)

1
Q

Monarchie

A

bestuursvorm waar 1 persoon macht heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

leliaaard

A

aanhanger van franse koning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

klauwaard

A

aanhanger vlaamse graaf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

datum/plaats Guldensporenslag

A

11 JULI 1302
KORTRIJK

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Oorzaken conflict tussen franse koning + vlaamse graaf

A

strijd om macht/onfhankelijkeheid

sociale tegenstellingen

economische lasten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

verhoudingen tussen verschillenden partijen

A

Strijd tussen sociale klassen: - gewone burgers tegen adel

Politieke conflict: - lelieaards tegen vlamingen die onafhankelijkheid willen

stedelijke opstand: - brugge speelt belangrijke rol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

overwinning van vlamingen

A

-vlamingen kenden het terrein
fransen konden hun ridders goed gebruiken
- vlamingen worden goed georganiseerd met slimme wapens
- de fransen moesten 500 vergulde ruitersporen achterlaten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

2 betekenissen die in moderen/hedendaagse gegeven worden voor de guldensporenslag

A
  • symbool voor onafhankelijkheid in belgië
  • symbool voor vlaams nationaliteitsgevoel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly