les 8 Flashcards
1
Q
die Erreichbarkeit/(nicht) erreichbar sein
A
de bereikbaarheid/(niet) bereikbaar zijn
2
Q
Die Vereinbarkeit (von Beruf und familie)
A
De vereenbaarheid/het kunnen combineren van privé en werk.
3
Q
der Zugriff auf
A
slechte toegang hebben tot
4
Q
Ausarten
A
Uit de hand lopen
5
Q
der Anspruch/die Ansprüche
A
verwachtingen
6
Q
ständig
A
altijd
7
Q
abschalten (bezogen auf Menschen
A
afschakelen van anderen
8
Q
bedürfen
A
noodzakelijk/nodig hebben
9
Q
ausüben
A
uitoefenen